Duwo mag huurders op straat zetten

Het is voor het eerst dat het zogenaamde ‘campuscontract’ tot een rechterlijke uitspraak heeft geleid. In het campuscontract staat dat huurders na afronding van hun studie moeten verhuizen. Jaarlijks vraagt Duwo om een bewijs van inschrijving aan de universiteit of hogeschool. Wie geen student meer is, heeft na de controle nog zes maanden de tijd om iets anders te zoeken. Duwo wil op die manier de doorstroom in studentenwoningen op gang houden.

Studenten die het huurcontract tekenen, verklaren zich akkoord met deze clausule. In 1997 voerde Duwo het campuscontract voor het eerst in bij een grote studentenflat aan de Balthasar van der Polweg. De uitspraak van de rechter betreft twee woningen in dit studentencomplex. In 1999 voerde Duwo het campuscontract in bij een ander Delfts studentencomplex en in de afgelopen jaren werden alle andere nieuwe huurcontracten in Delft, Den Haag, Amsterdam en Leiden van de campusclausule voorzien.

De Tweede Kamer overweegt het campuscontract landelijk in te voeren. Het probleem is dat de woningmarkt in veel steden verstopt zit, zodat afgestudeerden maar moeilijk aan een nieuwe woning kunnen komen.

In de rechtszaak stelde Duwo de woning nodig te hebben ‘voor dringend eigen gebruik’, namelijk het huisvesten van studenten. De rechter heeft die argumentatie gevolgd. Het belang van Duwo weegt volgens de rechter zwaarder dan het belang van de niet-studerende huurders.

De huurders wisten dat de woonruimte bestemd was voor TU-studenten en de opzegging kwam dus niet uit de lucht vallen, aldus de rechter. Ze hadden daarom tijdig op zoek kunnen gaan naar andere woonruimte. Bovendien is er volgens de rechter in de regio Haaglanden voldoende alternatieve woonruimte beschikbaar. De ene huurder moet zijn woning per 1 juni verlaten, de ander op 1 september.

Duwo is destijds met de invoering van het campuscontract begonnen om de doorstroming in studentenwoningen te bevorderen. Als afgestudeerde studenten in hun woning blijven zitten, kunnen ze geen plaats maken voor de volgende lichting studenten, die dan met kamernood te maken krijgt. Bovendien hebben studentenwoningen een lagere huur dan gewone woningen. Na afloop van hun studie zullen de meeste studenten een baan vinden en een hoger inkomen hebben dan voorheen. “Het is dan niet fair als je nog steeds gebruik maakt van een woning die voor de krappe studentenbeurs is gebouwd”, vindt Duwo.

Het is voor het eerst dat het zogenaamde ‘campuscontract’ tot een rechterlijke uitspraak heeft geleid. In het campuscontract staat dat huurders na afronding van hun studie moeten verhuizen. Jaarlijks vraagt Duwo om een bewijs van inschrijving aan de universiteit of hogeschool. Wie geen student meer is, heeft na de controle nog zes maanden de tijd om iets anders te zoeken. Duwo wil op die manier de doorstroom in studentenwoningen op gang houden.

Studenten die het huurcontract tekenen, verklaren zich akkoord met deze clausule. In 1997 voerde Duwo het campuscontract voor het eerst in bij een grote studentenflat aan de Balthasar van der Polweg. De uitspraak van de rechter betreft twee woningen in dit studentencomplex. In 1999 voerde Duwo het campuscontract in bij een ander Delfts studentencomplex en in de afgelopen jaren werden alle andere nieuwe huurcontracten in Delft, Den Haag, Amsterdam en Leiden van de campusclausule voorzien.

De Tweede Kamer overweegt het campuscontract landelijk in te voeren. Het probleem is dat de woningmarkt in veel steden verstopt zit, zodat afgestudeerden maar moeilijk aan een nieuwe woning kunnen komen.

In de rechtszaak stelde Duwo de woning nodig te hebben ‘voor dringend eigen gebruik’, namelijk het huisvesten van studenten. De rechter heeft die argumentatie gevolgd. Het belang van Duwo weegt volgens de rechter zwaarder dan het belang van de niet-studerende huurders.

De huurders wisten dat de woonruimte bestemd was voor TU-studenten en de opzegging kwam dus niet uit de lucht vallen, aldus de rechter. Ze hadden daarom tijdig op zoek kunnen gaan naar andere woonruimte. Bovendien is er volgens de rechter in de regio Haaglanden voldoende alternatieve woonruimte beschikbaar. De ene huurder moet zijn woning per 1 juni verlaten, de ander op 1 september.

Duwo is destijds met de invoering van het campuscontract begonnen om de doorstroming in studentenwoningen te bevorderen. Als afgestudeerde studenten in hun woning blijven zitten, kunnen ze geen plaats maken voor de volgende lichting studenten, die dan met kamernood te maken krijgt. Bovendien hebben studentenwoningen een lagere huur dan gewone woningen. Na afloop van hun studie zullen de meeste studenten een baan vinden en een hoger inkomen hebben dan voorheen. “Het is dan niet fair als je nog steeds gebruik maakt van een woning die voor de krappe studentenbeurs is gebouwd”, vindt Duwo.