Wetenschap

Duurzaam begraven

Een Brits crematorium wil de restwarmte van zijn verbrandingsoven benutten voor de verwarming van het gebouw, berichtte DAG op 10 januari.

Geen vlees eten, niet met het vliegtuig reizen en zo min mogelijk kinderen krijgen. Er bestaat een schijnbaar eindeloze lijst voorschriften voor klimaatneutraal leven. Maar wat gebeurt er na dat leven? Volgens www.uitvaart.nl kiest vijftig procent van de Nederlandse bevolking op dit moment voor een crematie. Een vervuilende aangelegenheid, waarbij schadelijke stoffen vrijkomen en restwarmte verloren gaat. Het crematorium van het Britse Dukinfield ziet brood in duurzaam sterven en overweegt zijn verbrandingsoven via een warmtewisselaar aan zijn verwarmingssysteem te koppelen. Een goed idee?

Dr.ir. Rob Stikkelman van de sectie energie en industrie (TBM): “Vanuit puur technisch oogpunt is mijn eerste vraag wat dit systeem oplevert. Biedt de restwarmte van de verbrandingsoven voldoende energie om het gebouw te verwarmen? Eigenlijk is alleen de restwarmte hergebruiken een druppel op een gloeiende plaat. De uitstoot van de verbrandingsovens kan bijvoorbeeld sterk vervuilende kwik uit de vullingen van de overledene bevatten. Het beoordelen van de milieubelasting van cremeren omvat meer dan alleen het energiegebruik.”

In Nederland kiezen de meeste mensen voor een begrafenis of crematie. Maar het kan ook anders. In Zweden is het vriesdrogen ontwikkeld. Bij deze techniek wordt een lijk bij ondergedompeld in vloeibaar stikstof, zodat het breekbaar wordt en door trilling tot stof gebracht kan worden. Volgens bedenkster Susanne Wiigh-Msak kost dit nauwelijks energie en komen er geen schadelijke stoffen vrij. Hoewel dergelijke methoden milieutechnisch aantrekkelijk klinken, wijst Stikkelman op de psychologische kant van de uitvaart. “Als je net een dierbare bent verloren, wil je niet nadenken over milieuvoordelen. Het is belangrijker op een waardige manier afscheid te nemen. Echt duurzaam zou het zijn om de overledene ‘zonder verpakking’ terug te geven aan de natuur en op te laten eten door de dieren. Een begrafenis komt in de buurt. Het is goed om na te denken over het verduurzamen van de uitvaart, maar het is niet iets om mee te koop te lopen.”

Volgens dr. Otto Kroesen, universitair docent van de sectie filosofie (TBM), belemmert angst voor de dood in de westerse cultuur het bespreken van duurzaam cremeren. “Angst creëert verwarring. Mensen krijgen het idee dat het crematorium verwarmd zal worden door hun dierbare overledene. Ze zien niet dat de restwarmte juist niet gebruikt is voor de crematie van de overledene en er dus geen directe link is tussen de overledene en het verwarmingssysteem.

Bovendien speelt de perceptie van wat dood betekent een rol. Westerlingen willen eeuwig leven en verdringen dat de dood bestaat. Daardoor wordt er krampachtig omgegaan met de overledenen. Enige tijd geleden was er ophef rond een ziekenhuis dat organen had achtergehouden voor onderzoek. De nabestaanden klaagden dat zij hun opa nu niet volledig konden begraven. Dit is naturalistische fictie. Want is opa het orgaan? En is je moeder de as in de verbrandingsoven? Zolang wij op deze manier over de dood denken, blijft het lastig de voordelen van het verduurzamen van de uitvaart te verkopen in de westerse wereld.”

Hoewel de westerse wereld de dood het liefst ontkent, lijkt duurzame crematie toch in opkomst. Onder meer in een crematorium in West-Vlaanderen zitten de rouwklagers er binnenkort warmpjes bij dankzij de restwarmte van de verbrandingsoven.

Geen vlees eten, niet met het vliegtuig reizen en zo min mogelijk kinderen krijgen. Er bestaat een schijnbaar eindeloze lijst voorschriften voor klimaatneutraal leven. Maar wat gebeurt er na dat leven? Volgens www.uitvaart.nl kiest vijftig procent van de Nederlandse bevolking op dit moment voor een crematie. Een vervuilende aangelegenheid, waarbij schadelijke stoffen vrijkomen en restwarmte verloren gaat. Het crematorium van het Britse Dukinfield ziet brood in duurzaam sterven en overweegt zijn verbrandingsoven via een warmtewisselaar aan zijn verwarmingssysteem te koppelen. Een goed idee?

Dr.ir. Rob Stikkelman van de sectie energie en industrie (TBM): “Vanuit puur technisch oogpunt is mijn eerste vraag wat dit systeem oplevert. Biedt de restwarmte van de verbrandingsoven voldoende energie om het gebouw te verwarmen? Eigenlijk is alleen de restwarmte hergebruiken een druppel op een gloeiende plaat. De uitstoot van de verbrandingsovens kan bijvoorbeeld sterk vervuilende kwik uit de vullingen van de overledene bevatten. Het beoordelen van de milieubelasting van cremeren omvat meer dan alleen het energiegebruik.”

In Nederland kiezen de meeste mensen voor een begrafenis of crematie. Maar het kan ook anders. In Zweden is het vriesdrogen ontwikkeld. Bij deze techniek wordt een lijk bij ondergedompeld in vloeibaar stikstof, zodat het breekbaar wordt en door trilling tot stof gebracht kan worden. Volgens bedenkster Susanne Wiigh-Msak kost dit nauwelijks energie en komen er geen schadelijke stoffen vrij. Hoewel dergelijke methoden milieutechnisch aantrekkelijk klinken, wijst Stikkelman op de psychologische kant van de uitvaart. “Als je net een dierbare bent verloren, wil je niet nadenken over milieuvoordelen. Het is belangrijker op een waardige manier afscheid te nemen. Echt duurzaam zou het zijn om de overledene ‘zonder verpakking’ terug te geven aan de natuur en op te laten eten door de dieren. Een begrafenis komt in de buurt. Het is goed om na te denken over het verduurzamen van de uitvaart, maar het is niet iets om mee te koop te lopen.”

Volgens dr. Otto Kroesen, universitair docent van de sectie filosofie (TBM), belemmert angst voor de dood in de westerse cultuur het bespreken van duurzaam cremeren. “Angst creëert verwarring. Mensen krijgen het idee dat het crematorium verwarmd zal worden door hun dierbare overledene. Ze zien niet dat de restwarmte juist niet gebruikt is voor de crematie van de overledene en er dus geen directe link is tussen de overledene en het verwarmingssysteem.

Bovendien speelt de perceptie van wat dood betekent een rol. Westerlingen willen eeuwig leven en verdringen dat de dood bestaat. Daardoor wordt er krampachtig omgegaan met de overledenen. Enige tijd geleden was er ophef rond een ziekenhuis dat organen had achtergehouden voor onderzoek. De nabestaanden klaagden dat zij hun opa nu niet volledig konden begraven. Dit is naturalistische fictie. Want is opa het orgaan? En is je moeder de as in de verbrandingsoven? Zolang wij op deze manier over de dood denken, blijft het lastig de voordelen van het verduurzamen van de uitvaart te verkopen in de westerse wereld.”

Hoewel de westerse wereld de dood het liefst ontkent, lijkt duurzame crematie toch in opkomst. Onder meer in een crematorium in West-Vlaanderen zitten de rouwklagers er binnenkort warmpjes bij dankzij de restwarmte van de verbrandingsoven.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.