Onderwijs

Dirk Hoek (3mE) begeleidt autisten

Er komt in Delft een woning waar autisten die aan de TU studeren begeleid kunnen wonen. Mensen met een stoornis in het autisme spectrum (AS) zijn vaak intelligent, maar hebben moeite met sociale vaardigheden, veranderingen, nieuwe dingen en het organiseren van hun dagelijks leven.

Het woonproject, een initiatief van Elly van der Hagen, moet vastgelopen of vastlopende studenten helpen. Ze heeft sinds vorig jaar in Leiden en Amsterdam een woonproject voor mensen met AS. Dirk Hoek, onderzoeker bij 3mE, woont als begeleider in het Leidse woonproject. Hij licht hieronder zijn rol en taak toe.

“Als begeleider ben ik de schakel bent tussen het wonen bij de ouders en het wonen op jezelf. Het woonproject zit daar tussenin. Sowieso is het voor jongeren van 18, 19 jaar een grote stap als ze gaan studeren. Voor iemand met autisme is die stap nog veel groter. Als begeleider weet ik van hun situatie. Voor hen geeft het een vertrouwd gevoel dat er een begeleider in huis is. Ze hebben moeite met contact en vallen in een normaal studentenhuis daardoor gauw uit de boot.”

Dat wordt enigszins versterkt door hun gebrek aan overzicht en organisatie. “Wat ze minder interessant vinden, dat negeren ze, lijkt het. Dan lijkt het of ze klusjes maar laten, zoals het buiten zetten van de vuilniszakken. Of het briefje voor het halen van de boodschappen vergeten mee te nemen.”

Dat is geen opzet. “Het gebeurt regelmatig dat degene die de boodschappen moet doen twee keer gaat. De tweede keer met het briefje dat hij de eerste keer is vergeten. Ze willen het goed doen, maar zijn de eerste keer echt het briefje vergeten en daar balen ze van. Mensen met autisme hebben echt moeite om de concentratie vast te houden.”

Hoek combineert zijn werk als onderzoeker bij 3mE met het begeleiden van de drie studenten met autisme. “Ik ben gelukkig heel flexibel en werk veel thuis. Mijn taak is om rond het eten ’s avonds met die gasten op te trekken. Eigenlijk heel informeel. Ik help het gesprek op gang, vraag hoe hun dag was. We zijn alle vier verschillend en ik zorg ervoor dat ze allemaal aan bod komen. Dat is belangrijk, want irritaties uitdrukken is voor hen moeilijk. Om te voorkomen dat irritaties gaan voortslepen is, moeten we elkaar snappen.”

Volgens Hoek heeft hij als inwonende begeleider een leuke, dankbare taak. “Het is mooi omdat je ze kunt helpen bij hun beperkingen. Ze vinden het prettig dat er daarvoor iemand in huis is. Een voorbeeld is dat een van de jongens wel een wekker heeft, maar na het uitdoen altijd meteen spontaan weer in slaap valt. Dat vindt hij zelf ook heel vervelend, want hij wil ook graag op tijd op zijn. Hij vraagt dan aan mij om hem ’s ochtends zo nodig op tijd te waarschuwen.”

Skiziek

Vanuit de comfortabele fauteuils in hun
oubollige chalet observeerden de oud-bewoners van studentenhuis ‘De gestreste
bonoboaap’ gezamenlijk meesmuilend de dubbele flikflaks, uitgevoerd door
jongerejaars freestyle snowboarders op een beijzelde halfpipe.

Dergelijke strapatsen lieten zij graag aan
zich voorbijgaan. Hoewel zij zich van tevoren hadden verheugd op een relaxte
sfeer, weg van de 24 uurseconomie, was hun tiendaagse skivakantie in een top
3-wintersportresort tot nog toe een aaneenschakeling van fysieke decepties.

Naweeën van de excessieve feestdagen deden
zich gelden: eerst het kerstdiner, een gastronomisch walhalla waarvoor als
pièce de résistance een heuse sommelier was ingehuurd, en vervolgens een
lucullisch oud-en-nieuw-feestje in het epicurische appartement van een joyeuze
ex-huisgenoot. Baldadig geworden door dit luxueuze festijn, hadden zij op de
Silvesteravond een danig afgeprijsde lastminutevakantie bij elkaar gegoogeld
naar een skigebied bij een gletsjer in de Zuid-Franse Alpen.

Daar zaten ze dan: een achttal chagrijnige
heren, de adolescentie voorbij. “Ik heb diarree!” jeremieerde een van hen, een
lijkbleke schlemiel, gehuld in een warme bouffante. Zijn buurman, getooid met
een veelkleurige kasjmieren sjaal, rapporteerde een maagdeficiëntie die hem de
glühwein deed tegenstaan; zelfs de dampende chocomel schoof hij walgend
terzijde. Dit gebaar bleek onfortuinlijk: met de cacaodrank veegde hij ook de
tot dusver onaangeroerde emmentaler-kaasfondue van tafel. Als een chtonische
offerande belandde de viskeuze brij in de schoot van zijn confrère die, aldus
geteisterd, zijn amoureuze aspiraties voor de avond wel kon vergeten. “Gelukkig
Nieuwjaar!”, grauwde de bezoedelde.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.