De Hogeschool Inholland heeft terecht een scholier geweigerd die zich wilde inschrijven met een vervalst mbo-diploma. Maar zijn vermeende handlanger had niet mogen worden weggestuurd.
Het college van beroep voor het hoger onderwijs deed vorige week uitspraak in twee zaken die veel met elkaar te maken hadden. De eerste was aangespannen door een scholier die meende dat Inholland hem in maart ten onrechte niet had toegelaten tot de opleiding management, economie & recht. Maar zijn diploma bleek een vervalsing, waarna de rechter weinig mededogen meer kon opbrengen en Inholland gelijk gaf.
Maar in de tweede zaak haalde Inholland bakzeil. De hogeschool had een andere student uitgeschreven die bij de fraude geholpen zou hebben: het was namelijk diens mbo-diploma waarmee het vervalste exemplaar was gemaakt. Maar dat is geen sluitend bewijs voor medeplichtigheid, vond de rechter. Het oorspronkelijke diploma kan immers ook gestolen zijn. De student hield vol dat hij niets met de vervalsing te maken had en zijn betrokkenheid kon verder niet worden bewezen.
Nog niet zo lang geleden woedde er een felle discussie over onderwijsvernieuwingen. Volgens de commissie Dijsselbloem, die het onderwijsbeleid van de afgelopen decennia kraakte, moesten politici en schoolbestuurders niet zomaar grote stelselwijzigingen doorvoeren. Laat alle zogenaamde deskundigen eerst maar eens bewijzen dat die zin hebben, vond Dijsselbloem. En velen met hem.
Alleen al daarom mogen onderwijswetenschappen zich in publieke belangstelling verheugen. Daaronder vallen overigens niet alleen onderwijskunde en pedagogiek, maar ook takken van de cognitieve psychologie, sociologie, bestuursrecht enzovoorts. Als het maar met begrip, kennis en leren te maken heeft.
De commissie van De Graaf moet daarom allereerst aanwijzen wat nu eigenlijk de ‘kerndisciplines’ van onderwijswetenschappen zijn en hoe die disciplines het nu doen. Het gaat dan onder meer om of ze goed samenwerken, vruchtbaar onderzoek verrichten en wat voor artikelen ze schrijven.
Uiteindelijk zal de commissie een plan schrijven om een “vitale en duurzame toekomst voor de onderwijswetenschappen te bevorderen”. Nog voor het einde van 2010 moet er een rapport liggen.
Behalve Thom de Graaf zitten onder anderen Sijbolt Noorda van universiteitenvereniging VSNU en Fons van Wieringen van de Onderwijsraad in de commissie. De bezoldiging van de commissieleden ligt ruim onder de Balkenende-norm: ze krijgen per vergadering een vergoeding van 256 euro bruto. Hun voorzitter ontvangt 333 euro.

Comments are closed.