In navolging van andere universiteiten krijgt de TU een Young Academy, een platform voor startende onderzoekers, waar men filosofeert over wetenschap en belangen behartigt.
“Jullie zijn de toekomst van de universiteit. Jullie moeten mede bepalen welke richting de TU op gaat.” Als een soort Uncle Sam die rekruten werft, spoort vice-rector magnificus Rob Mudde zijn toehoorders aan om werk te maken van een Jonge Akademie aan de TU Delft. Het publiek dat hij vorige week (op 3 november) toesprak in de aula bestaat uit een vijftigtal wetenschappers.
Wageningen, Nijmegen, Groningen, Amsterdam; overal zijn ze al: Young Academies. Het zijn platforms voor startende onderzoekers waarop volop gediscussieerd kan worden over carrièremogelijkheden, interdisciplinaire samenwerking, beleid en de rol van wetenschap in de maatschappij. Deze clubs zijn gevormd naar het evenbeeld van de landelijke Jonge Akademie van de KNAW (Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen). Delft heeft zo’n organisatie niet. Maar dat moet veranderen.
Vorige week hielden de vier Delftse leden van de (landelijke) Jonge Akademie – multimedia-expert dr. Cynthia Liem (faculteit EWI), hoogleraar opto-electronische materialen Arjan Houtepen (faculteit TNW), hoogleraar energy & climate ethics Behnam Taebi (faculteit TBM) en nanowetenschapper dr. Anton Akhmerov (TNW) – een bijeenkomst in de aula om te polsen of hier voldoende draagvlak is voor een Delftse variant. Ze hadden ingecalculeerd dat het wel goed zat met de motivatie, want ze hadden de bijeenkomst gemakshalve al kick-off van de Delft Young Academy genoemd.
Het doel was om een groep bij elkaar te krijgen die de kar zou gaan trekken, maar ook om na te gaan over welke zaken de Delft Young Academy zich zou moeten buigen. Wat houdt de gemoederen onder startende wetenschappers bezig en welke verwachtingen hebben de wetenschappers van zo’n academie?
‘Het leven van een startende wetenschapper is stressvol’
“De Young Academy is bedoeld voor onderzoekers die korter dan tien jaar geleden zijn gepromoveerd”, vertelde Cynthia Liem tussen de bedrijven door. “De eerste fase is vooral verkennend. Op welke manier willen we met elkaar de Delft Young Academy ontwikkelen? En is er voldoende belangstelling en enthousiasme bij de Delftse early career researchers voor een dergelijk initiatief? Als er genoeg belangstelling is gaat de Academy begin 2022 daadwerkelijk van start.”
Op de meeste universiteiten kun je alleen op uitnodiging van decanen of het college van bestuur lid worden van een jonge academie. Maar in Delft kunnen straks alle TU-onderzoekers die korter dan tien jaar een doctorstitel op zak hebben zich aanmelden.
In groepjes van zo’n vier tot zes mensen werden de geïnteresseerden er na afloop van het plenaire deel op uit gestuurd om te brainstormen en de zaken waar ze als startende wetenschappers mee worstelen op papier te zetten.
Martin Skrodzki, postdoc bij de sectie computer graphics and visualization (faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica) hoeft niet lang na te denken. ‘Academic nomadism’, schrijft hij met zwarte stift op een flipover.
“Het leven van een startende wetenschapper klinkt in eerste instantie opwindend”, vertelt hij. “Je bezoekt talloze landen en komt in contact met verschillende culturen van over de hele wereld. En daar word je nog eens voor betaald ook. Maar ik ben van Duitsland naar de VS, naar Japan en naar Nederland verhuisd, allemaal binnen een periode van twee jaar. Voordat je een plaats echt hebt leren kennen, ben je alweer op weg naar de volgende. Dat is niet spannend, maar stressvol, en zeker niet te combineren met bijvoorbeeld het stichten van een gezin. Ik hoop dat de Delft Young Academy de stem van jonge onderzoekers laat horen en zich inzet voor meer vaste posities voor beginnende wetenschappers.”
Naast Skrodzki zit Atul Bansode, onderzoeker bij de afdeling catalysis engineering (Technische Natuurwetenschappen). Hij wil vooral zijn netwerk verbreden vertelt hij. “Ik hoop dat de Delft Young Academy onderzoekers vanuit verschillende disciplines bijeenbrengt. Contacten van jonge onderzoekers beperken zich vaak tot wetenschappers binnen de eigen afdeling. Dat is jammer.”
“En het zou mooi zijn als de Delft Young Academy een solide platform wordt waar de problemen van beginnen de onderzoekers besproken worden. Zoals het krijgen van financiering voor onderzoeksvoorstellen. Het lijkt een soort ongeschreven regel te zijn dat je een x aantal subsidies moet binnenhalen om het als tenure tracker te maken aan de universiteit.”
Bansodes tafelgenoten, allemaal net als hij niet uit Nederland afkomstig, beamen dat er gebrek is aan transparantie. Je komt aan in de Nederlandse academische wereld en je begrijpt geen snars van hoe het er aan toe gaat, lijkt de teneur. Bansode: “Het zou mooi zijn als je bij aankomst aan de TU een boekje kreeg waarin ongeschreven regels uitgelegd worden.”
- Voor meer informatie over de Delft Young Academy in oprichting zie
tudelft.nl/onderzoek/samenwerking/delft-young-academy
Comments are closed.