Onderwijs

De collegekaart krijgt een chipje

De media staan bol over de strijd wat de chipcard van de toekomst moet worden: de chipknip van de gezamenlijke banken of de chipper (Postbank en PTT Telecom).

De TU houdt zich buiten dit conflict en komt met een eigen chipcard. Betalen met deze kaart is onmogelijk, je kunt er alleen mee bewijzen wie je bent.


Figuur 1 Met de nieuwe chipcard kunnen TU-studenten volgend jaar onder meer boeken lenen en zich inschrijven voor tentamens

Het afgelopen jaar startte het eerste experiment met de ‘academische chipkaart’ op de universiteiten van Groningen en Twente. Initiatiefnemers waren de Informatiseringsbank (IBG), PTT Telecom en IBM. Voor de IBG was de kaart een uitkomst omdat allerlei mutaties – bijvoorbeeld adreswijzigingen – niet meer via de post hoefden te lopen. De bedrijven waren enthousiast over het experiment, weet ir. Nico de Koo, projectleider van de invoering van de Delftse chipcard. Maar de vereniging van universiteiten VSNU plaatste toch kanttekeningen.

Volgens De Koo hielden de bedrijven en instellingen te weinig rekening met de wensen van de universiteit. ,,Een van de plannen was om de OV-kaart in de chipkaart onder te brengen. Maar een conducteur in de trein kan niets met zo’n chipcard. Alleen als er een foto op zit, kan hij een identiteitscontrole uitvoeren. De conducteur moet eveneens kunnen zien om welk type OV-kaart het gaat. Daardoor zou de kaart ieder jaar vernieuwd moeten worden. De universiteiten moesten dan voor de kosten opdraaien.” Ondertussen hebben de academische protesten ertoe geleid dat de OV-kaart is losgekoppeld van de chipcard.

Nog steeds staan de universiteiten en hogescholen niet in de rij om het Twents en Gronings voorbeeld te volgen. Toch komt er wel een chipcard aan de TU. Deze krijgt echter alleen de functie van identificatie- en autorisatiemiddel. De Koo: ,,Met deze kaart kan een student boeken lenen bij de – nieuwe – bibliotheek en zich inschrijven voor tentamens. Daarnaast kan de controle bij tentamens en de toegang tot de gebouwen ermee worden uitgevoerd.”
Diefstal

Voorlopig beperkt de kaart zich tot deze functies. De chipcard ‘opvullen’ met een telefoonkaart of gegevens van de Informatiseringsbank heeft namelijk grote organisatorische consequenties. De Koo: ,,Bedrijven die hun gegevens op de kaart willen hebben, stellen ook eisen met betrekking tot diefstal en verlies van hun gegevens. Het kost organisatorisch teveel moeite om aan deze uiteenlopende verlangens tegemoet te komen.”

Evenmin kan er met de toekomstige Delftse chipcard wordenbetaald. Om dat mogelijk te maken, zou de TU een rol in het betalingsverkeer moeten gaan spelen. En daarvoor is de instelling niet toegerust. Een chipcard werkt volgens het principe van ‘de gesloten beurs’: het laden van geld op de kaart vindt binnen de universiteit plaats. Vervolgens kunnen hiermee kleine financiële transacties – binnen de universiteit – worden verricht.

De Koo: ,,Het knelpunt hierbij is dat een onderwijsinstelling als een bank moet gaan werken. De universiteit zou een rekening moeten beheren voor haar medewerkers. Dit houdt onder meer in dat we moeten controleren of iemand voldoende saldo heeft. En er moeten ook regelingen komen voor diefstal of verlies. Wij vonden dat de universiteit deze financiële verantwoordelijkheid niet op zich moest nemen.”
Chipknip

Aangezien de universiteit niet zelf het betalingsverkeer wil regelen, is het de bedoeling voorzieningen te treffen zodat de chipknip of de chipper van de banken geaccepteerd kan worden door kantines, koffiemachines en kopieerapparaten van de TU.

De Koo: ,,Het traject voor de ontwikkeling van de Delftse chipcard is gestart. Het is de bedoeling om in het collegejaar 1997/1998 met de kaart te starten. Met het gereedmaken van de interne organisatie voor het gebruik van de chipper of chipknip zijn we iets voorzichtiger. Wij willen niet twee betalingssystemen hebben en om die reden wachten wij nog de landelijke ontwikkeling af.”

Angèle Steentjes

De media staan bol over de strijd wat de chipcard van de toekomst moet worden: de chipknip van de gezamenlijke banken of de chipper (Postbank en PTT Telecom). De TU houdt zich buiten dit conflict en komt met een eigen chipcard. Betalen met deze kaart is onmogelijk, je kunt er alleen mee bewijzen wie je bent.


Figuur 1 Met de nieuwe chipcard kunnen TU-studenten volgend jaar onder meer boeken lenen en zich inschrijven voor tentamens

Het afgelopen jaar startte het eerste experiment met de ‘academische chipkaart’ op de universiteiten van Groningen en Twente. Initiatiefnemers waren de Informatiseringsbank (IBG), PTT Telecom en IBM. Voor de IBG was de kaart een uitkomst omdat allerlei mutaties – bijvoorbeeld adreswijzigingen – niet meer via de post hoefden te lopen. De bedrijven waren enthousiast over het experiment, weet ir. Nico de Koo, projectleider van de invoering van de Delftse chipcard. Maar de vereniging van universiteiten VSNU plaatste toch kanttekeningen.

Volgens De Koo hielden de bedrijven en instellingen te weinig rekening met de wensen van de universiteit. ,,Een van de plannen was om de OV-kaart in de chipkaart onder te brengen. Maar een conducteur in de trein kan niets met zo’n chipcard. Alleen als er een foto op zit, kan hij een identiteitscontrole uitvoeren. De conducteur moet eveneens kunnen zien om welk type OV-kaart het gaat. Daardoor zou de kaart ieder jaar vernieuwd moeten worden. De universiteiten moesten dan voor de kosten opdraaien.” Ondertussen hebben de academische protesten ertoe geleid dat de OV-kaart is losgekoppeld van de chipcard.

Nog steeds staan de universiteiten en hogescholen niet in de rij om het Twents en Gronings voorbeeld te volgen. Toch komt er wel een chipcard aan de TU. Deze krijgt echter alleen de functie van identificatie- en autorisatiemiddel. De Koo: ,,Met deze kaart kan een student boeken lenen bij de – nieuwe – bibliotheek en zich inschrijven voor tentamens. Daarnaast kan de controle bij tentamens en de toegang tot de gebouwen ermee worden uitgevoerd.”
Diefstal

Voorlopig beperkt de kaart zich tot deze functies. De chipcard ‘opvullen’ met een telefoonkaart of gegevens van de Informatiseringsbank heeft namelijk grote organisatorische consequenties. De Koo: ,,Bedrijven die hun gegevens op de kaart willen hebben, stellen ook eisen met betrekking tot diefstal en verlies van hun gegevens. Het kost organisatorisch teveel moeite om aan deze uiteenlopende verlangens tegemoet te komen.”

Evenmin kan er met de toekomstige Delftse chipcard wordenbetaald. Om dat mogelijk te maken, zou de TU een rol in het betalingsverkeer moeten gaan spelen. En daarvoor is de instelling niet toegerust. Een chipcard werkt volgens het principe van ‘de gesloten beurs’: het laden van geld op de kaart vindt binnen de universiteit plaats. Vervolgens kunnen hiermee kleine financiële transacties – binnen de universiteit – worden verricht.

De Koo: ,,Het knelpunt hierbij is dat een onderwijsinstelling als een bank moet gaan werken. De universiteit zou een rekening moeten beheren voor haar medewerkers. Dit houdt onder meer in dat we moeten controleren of iemand voldoende saldo heeft. En er moeten ook regelingen komen voor diefstal of verlies. Wij vonden dat de universiteit deze financiële verantwoordelijkheid niet op zich moest nemen.”
Chipknip

Aangezien de universiteit niet zelf het betalingsverkeer wil regelen, is het de bedoeling voorzieningen te treffen zodat de chipknip of de chipper van de banken geaccepteerd kan worden door kantines, koffiemachines en kopieerapparaten van de TU.

De Koo: ,,Het traject voor de ontwikkeling van de Delftse chipcard is gestart. Het is de bedoeling om in het collegejaar 1997/1998 met de kaart te starten. Met het gereedmaken van de interne organisatie voor het gebruik van de chipper of chipknip zijn we iets voorzichtiger. Wij willen niet twee betalingssystemen hebben en om die reden wachten wij nog de landelijke ontwikkeling af.”

Angèle Steentjes

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.