‘College moet consequent zijn’

TU-coryfee Arnbak, die Van Till vier jaar geleden naar Delft heeft gehaald, verwacht dat zijn eigen deeltijdaanstelling nu ook wordt beëindigd. ‘Internetprofessor’ Van Till kreeg onlangs te horen dat zijn contract als deeltijdhoogleraar telecommunicatiesystemen bij de TU niet wordt verlengd, omdat hij te weinig heeft gepubliceerd.

Arnbak: ,,Net als Van Till heb ook ik de laatste tijd weinig gepubliceerd. Als dat de reden is voor het vertrek van Van Till, moet het college van bestuur consequent zijn en mij ook wegsturen.” Want voor iedereen moeten dezelfde regels gelden, meent Arnbak. ,,Dat mag je tenminste verwachten van een academische instelling. Duidelijke regels, heldere voorwaarden die voor iedereen gelden. Anders wil ik niet voor deze universiteit werken.” Arnbak weerspreekt dat Van Till te weinig zou hebben gedaan. ,,Hij heeft waanzinnig veel voor de universiteit gedaan, net als ik.”

Arnbaks aanstelling zou per komend cursusjaar moeten worden beëindigd. Maar ITS-decaan prof.dr.ir. J. van Katwijk spreekt dat tegen: ,,Arnbak heeft een vaste aanstelling, die gewoon doorloopt. Zijn contract loopt helemaal niet af.”

Van Katwijk betreurt de gang van zaken, maar vindt niet dat er fouten zijn gemaakt. ,,De procedure is correct.”

Toch staat er in het als vertrouwelijk bestempelde herbenoemingsvoorstel dat ‘veel ontwikkelingen in de toepassingen van ICT zo snel gaan dat publiceren niet het geëigende middel is om vakgenoten te informeren.’ En ook: ‘Het bestuur constateert dat staf en studenten buitengewoon enthousiast zijn over inhoud en presentatie van de door professor Van Till verzorgde bijdragen in onderwijs en onderzoek.’ Van Katwijk ziet hierin geen onoverkomelijke tegenspraak, want de raad van hoogleraren beslist in laatste instantie over de kwaliteit van onderzoek, en niet de faculteit.

Van Tills wergever, consultancybureau Stratix, is onaangenaam verrast door het niet verlengen van zijn aanstelling. Als het werk van Van Till aan de universiteit niet gewaardeerd wordt, had hij zijn tijd beter kunnen besteden aan de zaak, luidt het commentaar.

TU-coryfee Arnbak, die Van Till vier jaar geleden naar Delft heeft gehaald, verwacht dat zijn eigen deeltijdaanstelling nu ook wordt beëindigd. ‘Internetprofessor’ Van Till kreeg onlangs te horen dat zijn contract als deeltijdhoogleraar telecommunicatiesystemen bij de TU niet wordt verlengd, omdat hij te weinig heeft gepubliceerd.

Arnbak: ,,Net als Van Till heb ook ik de laatste tijd weinig gepubliceerd. Als dat de reden is voor het vertrek van Van Till, moet het college van bestuur consequent zijn en mij ook wegsturen.” Want voor iedereen moeten dezelfde regels gelden, meent Arnbak. ,,Dat mag je tenminste verwachten van een academische instelling. Duidelijke regels, heldere voorwaarden die voor iedereen gelden. Anders wil ik niet voor deze universiteit werken.” Arnbak weerspreekt dat Van Till te weinig zou hebben gedaan. ,,Hij heeft waanzinnig veel voor de universiteit gedaan, net als ik.”

Arnbaks aanstelling zou per komend cursusjaar moeten worden beëindigd. Maar ITS-decaan prof.dr.ir. J. van Katwijk spreekt dat tegen: ,,Arnbak heeft een vaste aanstelling, die gewoon doorloopt. Zijn contract loopt helemaal niet af.”

Van Katwijk betreurt de gang van zaken, maar vindt niet dat er fouten zijn gemaakt. ,,De procedure is correct.”

Toch staat er in het als vertrouwelijk bestempelde herbenoemingsvoorstel dat ‘veel ontwikkelingen in de toepassingen van ICT zo snel gaan dat publiceren niet het geëigende middel is om vakgenoten te informeren.’ En ook: ‘Het bestuur constateert dat staf en studenten buitengewoon enthousiast zijn over inhoud en presentatie van de door professor Van Till verzorgde bijdragen in onderwijs en onderzoek.’ Van Katwijk ziet hierin geen onoverkomelijke tegenspraak, want de raad van hoogleraren beslist in laatste instantie over de kwaliteit van onderzoek, en niet de faculteit.

Van Tills wergever, consultancybureau Stratix, is onaangenaam verrast door het niet verlengen van zijn aanstelling. Als het werk van Van Till aan de universiteit niet gewaardeerd wordt, had hij zijn tijd beter kunnen besteden aan de zaak, luidt het commentaar.