Onderwijs

Arbeidsmarkt ingenieur is nog steeds gunstig

TU-ingenieurs hebben nog steeds goede kansen op de arbeidsmarkt. Maar om dat te bereiken moet men bereid zijn in jobs te stappen die niet altijd direct aansluiten op de studie.

Bovendien daalt het aantal leidinggevende banen en groeit het aandeel banen in de ‘zakelijke dienstverlening’.

Betrouwbare gegevens over de arbeidsmarkt voor academici zijn zeldzaam, maar deze week komen er dan toch twee rapporten uit die voor het eerst sinds drie jaar een beeld geven van de arbeidsmarkt in een groot aantal academische disciplines. Het ene is gebaseerd op gegevens over 75.000 academici die tevens abonnee zijn van het weekblad Intermediair. Het andere betreft aanvullend onderzoek onder alfa’s – omdat die het genoemde weekblad niet krijgen. Beide rapporten zijn voor minister Ritzen opgesteld door twee arbeids-en organisatiepsychologen van de Universiteit van Amsterdam.

De boodschap van het eerste rapport is dat academici, net als hbo-ers, op de arbeidsmarkt steeds breder uitwaaieren. Alleen accountants, informatici en journalisten komen doorgaans bij het beroep uit waarvoor ze zijn opgeleid. Maar verder komen mensen met hetzelfde diploma vaak in zeer verschillende functies, beroepen en branches terecht. De vliegtuigbouwer wordt automatiseerder, en de psycholoog wordt personeelschef. Deels is dat typerend voor tijden met hogere werkloosheid: men neemt genoegen met werk dat niet naadloos op de studie aansluit.

Maar onderzoeker Dick de Gilder signaleert ook structurele veranderingen. Het aantal leidinggevende functies daalt en het belang van kleinere bedrijven groeit – ook voor academici. Dat vergroot de diversiteit van de arbeidsmarkt.

,,Vooral de sterke opkomst van de zakelijke dienstverlening is opvallend”, vindt De Gilder. Naast advocaten-, architecten en ingenieursbureau’s telt deze branche een sterk groeiend aantal automatiseringsbedrijven, financiële en andere dienstverleners. Terwijl de multinationals inkrimpen, zorgen deze kleinere bedrijven voor veel nieuwe banen.

De cijfers laten een lage werkloosheid zien bij de TU- ingenieurs (3,8 procent) en een hoge onder Wageningers (9,0). Bij de bèta’s varieert het beeld: biologen komen al jaren moeilijk aan werk en krijgen gezelschap van geologen en milieukundigen. De informatici gaat het juist voor de wind.

Werkloosheid per sector
WO Techniek3,8%
WO Landbouw9,0%
WO Natuur7,9%
WO Economie4,1%
WO Rechten5,2%
WO Soc.wet7,1%
WO Alfa8,5%
(Hbo Techniek3,4%)

Uitschieters per sector:
GunstigOngunstig
Maritieme Techn0,7%Materiaalkunde8,7%
T.Informatica2,0%Industr.Ontw.7,0%
Elektrotechn2,5%Chem.techn6,3%
Civiele Techn2,5%Geodesie6,0%
T.Bedrijfsk2,6%

(HOP/F.S.)

TU-ingenieurs hebben nog steeds goede kansen op de arbeidsmarkt. Maar om dat te bereiken moet men bereid zijn in jobs te stappen die niet altijd direct aansluiten op de studie. Bovendien daalt het aantal leidinggevende banen en groeit het aandeel banen in de ‘zakelijke dienstverlening’.

Betrouwbare gegevens over de arbeidsmarkt voor academici zijn zeldzaam, maar deze week komen er dan toch twee rapporten uit die voor het eerst sinds drie jaar een beeld geven van de arbeidsmarkt in een groot aantal academische disciplines. Het ene is gebaseerd op gegevens over 75.000 academici die tevens abonnee zijn van het weekblad Intermediair. Het andere betreft aanvullend onderzoek onder alfa’s – omdat die het genoemde weekblad niet krijgen. Beide rapporten zijn voor minister Ritzen opgesteld door twee arbeids-en organisatiepsychologen van de Universiteit van Amsterdam.

De boodschap van het eerste rapport is dat academici, net als hbo-ers, op de arbeidsmarkt steeds breder uitwaaieren. Alleen accountants, informatici en journalisten komen doorgaans bij het beroep uit waarvoor ze zijn opgeleid. Maar verder komen mensen met hetzelfde diploma vaak in zeer verschillende functies, beroepen en branches terecht. De vliegtuigbouwer wordt automatiseerder, en de psycholoog wordt personeelschef. Deels is dat typerend voor tijden met hogere werkloosheid: men neemt genoegen met werk dat niet naadloos op de studie aansluit.

Maar onderzoeker Dick de Gilder signaleert ook structurele veranderingen. Het aantal leidinggevende functies daalt en het belang van kleinere bedrijven groeit – ook voor academici. Dat vergroot de diversiteit van de arbeidsmarkt.

,,Vooral de sterke opkomst van de zakelijke dienstverlening is opvallend”, vindt De Gilder. Naast advocaten-, architecten en ingenieursbureau’s telt deze branche een sterk groeiend aantal automatiseringsbedrijven, financiële en andere dienstverleners. Terwijl de multinationals inkrimpen, zorgen deze kleinere bedrijven voor veel nieuwe banen.

De cijfers laten een lage werkloosheid zien bij de TU- ingenieurs (3,8 procent) en een hoge onder Wageningers (9,0). Bij de bèta’s varieert het beeld: biologen komen al jaren moeilijk aan werk en krijgen gezelschap van geologen en milieukundigen. De informatici gaat het juist voor de wind.

Werkloosheid per sector
WO Techniek3,8%
WO Landbouw9,0%
WO Natuur7,9%
WO Economie4,1%
WO Rechten5,2%
WO Soc.wet7,1%
WO Alfa8,5%
(Hbo Techniek3,4%)

Uitschieters per sector:
GunstigOngunstig
Maritieme Techn0,7%Materiaalkunde8,7%
T.Informatica2,0%Industr.Ontw.7,0%
Elektrotechn2,5%Chem.techn6,3%
Civiele Techn2,5%Geodesie6,0%
T.Bedrijfsk2,6%

(HOP/F.S.)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.