Jarenlang sleepte het Verenigd Koninkrijk de meeste Europese beurzen voor toponderzoekers in de wacht. Maar voor het eerst moet het Duitsland voor laten gaan. Nederland doet het nog altijd prima
In 2016 had de Europese Onderzoeksraad ERC voor 540 miljoen euro aan advanced grants te vergeven. Daarmee wordt onderzoek van ervaren wetenschappers betaald.
Van de in totaal 231 beurzen gingen er 45 naar wetenschappers van Duitse onderzoeksinstellingen. Het Verenigd Koninkrijk, dat in 2015 en ook in eerdere jaren met kop en schouders boven de concurrentie uitstak, moet nu genoegen nemen met 41 beurzen.
Bij de toekenning van ‘starting grants‘ voor minder ervaren onderzoekers deden de Duitsers het in 2016 overigens ook al beter dan de Britten.
Het is onduidelijk of het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie zijn schaduw vooruit werpt. De onderzoeksvoorstellen konden vanaf mei 2016 worden ingediend ingeleverd en toen maakten de Britse universiteiten zich al flink zorgen.
Zwitserland doet het dit jaar opvallend goed. Met 25 advanced grants streeft het Frankrijk (23 beurzen) en Nederland (19 beurzen) voorbij. Vorig jaar stond Nederland nog vierde in het landenklassement, al ontving het toen relatief iets minder beurzen.
Spijtig
ERC-voorzitter Jean-Pierre Bourguignon vindt het spijtig dat in 2016 nog geen tien procent van de onderzoekaanvragen gehonoreerd kon worden. Gelet op de voorziene stijging van het ERC-budget hoopt hij op een hogere score in de komende jaren.
Van de Nederlandse onderzoeksinstellingen ontvangt de Universiteit van Amsterdam de meeste advanced grants, namelijk drie.
Comments are closed.