Studentenleven

Tijdens en na de OWee: studenten moeten af van de alcoholcultuur

Studenten moeten verantwoord met alcohol leren omgaan en niet drinken normaal gaan vinden. Dat staat in het nieuwe Delftse alcoholconvenant. De OWee doet ook mee.

(Foto: Roos van Tongeren)

Zeg studentencultuur en je zegt alcohol. Dat moet anders, vindt het OWee-bestuur. Samen met dertien Delftse studentenverenigingen, de gemeente Delft, de TU en meerdere gezondheidsorganisaties tekenden zij vlak voor de zomervakantie het nieuwe convenant ‘Verantwoord Alcoholgebruik door Delftse studenten’. Doel is, de naam zegt het al, om studenten zover te krijgen dat ze verantwoord met alcohol omgaan en het normaal vinden om geen alcohol te drinken.

Het alcoholconvenant is de opvolger van een overeenkomst uit 2018, getekend door vijf grote studentenverenigingen, de Stichting Jeugd en Alcohol, Het Rode Kruis, de regio Haaglanden, de gemeente Delft en de TU Delft. Daar komen nu meer partijen bij, waaronder roeivereniging Laga, studentenvoetbalclub Ariston ’80, de GGD en stichting verslavingszorg Brijder. Bovendien hebben acht studentenorganisaties zich als ‘ambassadeurs’ aan het nieuwe convenant verbonden, waarvan de Studieverenigingenraad (SVR) de grootste is.

Dat een vervolg nodig is, blijkt wel uit de Corona Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen 2022 van GGD Haaglanden die het convenant citeert. Uit dat onderzoek blijkt dat:

  • 50,4% van de respondenten het normaal vindt dat vrienden tien glazen alcohol per dag drinken;
  • 34,9% van de Delftse jongeren een ‘zware drinker’ is, ten opzichte van 19,4 procent in de regio Haaglanden.

Overmatig alcoholgebruik leidt tot ‘overlast en fysieke schade, effect op gezondheid en studieresultaat, maar ook imagoschade voor studenten in het algemeen en de studentenverenigingen in het bijzonder’, aldus het convenant. “Dit kan vervolgens afstralen op de stad Delft en de TU Delft.”

0.0wee=Oke
Het OWee-bestuur laat er na het tekenen van het convenant geen gras over groeien. Hoewel het alcoholgebruik tijdens de OWee van 2022 volgens de organisatie al 26 procent lager was dan in pre-coronajaar 2019, treft de organisatie onder het motto ‘0.0wee=Oke’ verschillende maatregelen om het alcoholgebruik verder te verminderen.

‘Een brein is pas rijp bij 23 of 24 jaar’

Zo is er op twaalf van de vijftien evenementen uit het reguliere programma geen alcohol te krijgen en start het schenken ervan op de andere drie niet vóór 17 uur. Net als in andere jaren gaat het dan om bier met 4 procent in plaats van 5 procent alcohol. Nieuw is de keuze uit drie alcoholvrije biertjes, in plaats van één. Waar 0.0 vaak duurder is, zal dat tijdens de OWee niet zo zijn. Daarnaast hoopt het bestuur dat het gebruik van hardcups het halen van veel bier tegelijk ontmoedigt. De hardcups zijn ook nog eens kleiner dan de eerdere wegwerpbekers.

De mentoren – ouderejaars studenten – die de eerstejaars begeleiden, moeten er net als de afgelopen twee jaren voor tekenen dat ze zullen letten op het alcoholgebruik in hun groep. Daarnaast staan op OWee-locaties geen studentvrijwilligers meer achter de bar, omdat zij in het verleden gratis drank zouden hebben weggegeven. Extern professioneel barpersoneel, van buiten Delft, neemt hun plaats in.

Dataverzameling
De OWee zet daarmee de toon voor wat de ondertekenaars van het alcoholconvenant hopen dat een cultuuromslag zal worden. Volgens de initiatiefnemer van de overeenkomst uit 2018, de Delftse kinderarts Nico van der Lely, blijft dat keihard nodig. Onvermoeibaar strijdt hij voor het terugdringen van alcoholgebruik. Hij richtte de alcoholpoli voor kinderen met een alcoholprobleem op, lobbyde succesvol voor het ophogen van de alcoholleeftijd naar 18 jaar en zorgt met zijn stichting Jeugd en Alcohol mede voor de financiering van het Delftse alcoholconvenant. Hij ziet elk collegejaar ‘drie piekjes’ van studenten met een zware alcoholvergiftiging op de eerste hulp, vertelt hij: tijdens de OWee en tijdens de introductieperiodes van disputen en jaarclubs. “Een brein is pas rijp bij 23 of 24 jaar. In die zin is het niet goed dat tegenwoordig zulke jonge studenten mentor zijn. Het ene kind heet het andere welkom.”

Ondanks het beeld dat hij schetst, heeft Van der Lely geen harde data over alcoholmisbruik in Delft. Dat gaat wel veranderen. Deze introductieperiode meet een postdoc voor hem hoeveel mensen tussen 17 en 25 jaar er tijdens de introductieperiode op de eerste hulp binnenkomen en en hoeveel alcohol er in hun bloed zit.

‘Als het misgaat met alcohol leidt dat tot veel schade’

Ook de verenigingen en de andere ondertekenaars van het alcoholconvenant willen meer data, vertelt Meike Mulders. Zij is student en voorzitter van het kernteam van studentenverenigingen die het alcoholconvenant hebben getekend. Volgens Mulders is het aan het nieuwe kernteam, dat eind augustus aantreedt en waarvan zij voor de continuïteit voorzitter blijft, om werk te maken van dataverzameling. Want hoewel het convenant meldt dat er een ‘positieve trend te zien is in de verkoop van alcoholvrij bier in de verenigingen’ en de OWee een behoorlijke terugloop zag in alcoholconsumptie op haar evenementen, speelt een groot deel van de introductieperiodes zich af op de verenigingen. Vooralsnog is nergens centraal bekend is of de verkoop van meer alcoholvrij bier betekent dat er minder alcohol wordt gedronken.

Gedragsverandering

(tekst gaat verder onder de foto)

Tijdens de OWee is er steeds meer aandacht voor problemen die met alcoholmisbruik samenhangen. Deze posters komen op de verenigingen te hangen. (Foto: SB)

Hoe je het ook wendt of keert, betrokkenen bij het alcoholconvenant weten dat ze een lange adem moeten hebben. Een cultuur laat zich niet zomaar veranderen. Meer keuze aan alcoholvrije opties moet volgens de ondertekenaars samengaan met gedragsverandering. Workshops voor barpersoneel op de verenigingen over verantwoord schenken zijn er al, net als voorlichting aan eerstejaars. Daarnaast komt er steeds meer aandacht voor problemen die met alcoholmisbruik samenhangen, zoals seksueel grensoverschrijdend gedrag en verslaving. “Op die manier sijpelt de cultuurverandering langzaam door”, verwacht Mulders.

Dat is ook wat Van der Lely hoopt, want uiteindelijk moeten de studenten het zelf doen, zegt hij. “Het is hun probleem, ik houd ze slechts een spiegel voor: als het misgaat met alcohol leidt dat tot veel schade voor de betrokkenen.”

Hoofdredacteur Saskia Bonger

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

s.m.bonger@tudelft.nl

Comments are closed.