Desgevraagd

Het scheelde weinig of de mannen waren aan de andere kant van de pier in het water geplonsd en een ‘wisse verdrinkningsdood gestorven’.

,,Een metershoge boeggolf, dat lijkt me een beetje overdreven”, vindt ir. Rink Groenveld, werkzaam bij Havens en Scheepvaartwegen bij Civiele Techniek. Hij schat dat de golf, waarvan de dimensies vooral afhankelijk zijn van de afmetingen van het schip en diens vaarsnelheid, eerder de helft hoog was.

Tijdens het varen verdringt een boot water, resulterend in deze boeggolf aan de voorkant en een hekgolf aan de achterkant van het schip. Ernaast daalt de waterspiegel licht.

De kracht die een boeggolf overbrengt op een object is in formulevorm te beschrijven als de helft van het product van de dichtheid van het water, het kwadraat van de golfloopsnelheid en het oppervlak van het object. Groenveld: ,,De snelheid van de boeggolf zal ongeveer gelijk zijn geweest aan de snelheid van het schip: zo’n zes knopen, dat is ongeveer twaalf kilometer per uur.”

Loodsplichtig

Het gegeven dat de vissers op de Noorderpier stonden, biedt Groenveld aanknopingspunten. ,,Die pieren zijn onregelmatig geplaveid. Ik kan me voorstellen dat de boeggolf de vissers deed struikelen, waarop ze met het volle lichaam in het water terecht kwamen. Het oppervlak werd daardoor dus veel groter en daarmee ook de kracht van de boeggolf. Ik kan me voorstellen dat ze toen wel een stukje werden meegenomen.”

De sportvissers beschuldigen de kapitein van de ms. Brittanica ervan te hard te hebben gevaren en net buitengaats ‘een extra dot gas’ te hebben gegeven. Volgens Groenveld is vooral het eerste makkelijk aan te tonen: ,,De ferryschepen zijn niet loodsplichtig. Omdat ze vaak de haven aandoen, hoeven ze dus niet verplicht een loods aan boord te nemen die het schip op zijn in- en zijn uittocht door de haven leidt. Maar de schepen worden wel geadviseerd door het Vessel Traffic Service System, een verkeersbegeleidingssysteem. Langs de Nieuwe Waterweg staan deze bemande radarposten die de boten volgen. Als een ferry buiten zijn boekje gaat, krijgt deze signalen van de radarposten.”

Groenveld vraagt zich af wie er eigenlijk in overtreding is geweest: ,,De Noorderpier is niet bedoeld om op te vissen, het is een havendam die de zee insteekt om schepen aan te geven waar de havenmond ophoudt en het strand begint. En er staan niet voor niets waarschuwingsborden bij.”

Nat

Vijftien sportvissers zijn zondagnacht aan de dood ontsnapt nadat een boeggolf ze dertig meter meenam.

Een metershoge boeggolf, veroorzaakt door een veerboot van Stena Line, zou de vijftien hengelaars ‘als lappenpoppen’ van de Noorderpier in de Nieuwe Waterweg hebben opgetild en dertig meter verder hebben neergekwakt. Het scheelde weinig of de mannen waren aan de andere kant van de pier in het water geplonsd en een ‘wisse verdrinkningsdood gestorven’.

,,Een metershoge boeggolf, dat lijkt me een beetje overdreven”, vindt ir. Rink Groenveld, werkzaam bij Havens en Scheepvaartwegen bij Civiele Techniek. Hij schat dat de golf, waarvan de dimensies vooral afhankelijk zijn van de afmetingen van het schip en diens vaarsnelheid, eerder de helft hoog was.

Tijdens het varen verdringt een boot water, resulterend in deze boeggolf aan de voorkant en een hekgolf aan de achterkant van het schip. Ernaast daalt de waterspiegel licht.

De kracht die een boeggolf overbrengt op een object is in formulevorm te beschrijven als de helft van het product van de dichtheid van het water, het kwadraat van de golfloopsnelheid en het oppervlak van het object. Groenveld: ,,De snelheid van de boeggolf zal ongeveer gelijk zijn geweest aan de snelheid van het schip: zo’n zes knopen, dat is ongeveer twaalf kilometer per uur.”

Loodsplichtig

Het gegeven dat de vissers op de Noorderpier stonden, biedt Groenveld aanknopingspunten. ,,Die pieren zijn onregelmatig geplaveid. Ik kan me voorstellen dat de boeggolf de vissers deed struikelen, waarop ze met het volle lichaam in het water terecht kwamen. Het oppervlak werd daardoor dus veel groter en daarmee ook de kracht van de boeggolf. Ik kan me voorstellen dat ze toen wel een stukje werden meegenomen.”

De sportvissers beschuldigen de kapitein van de ms. Brittanica ervan te hard te hebben gevaren en net buitengaats ‘een extra dot gas’ te hebben gegeven. Volgens Groenveld is vooral het eerste makkelijk aan te tonen: ,,De ferryschepen zijn niet loodsplichtig. Omdat ze vaak de haven aandoen, hoeven ze dus niet verplicht een loods aan boord te nemen die het schip op zijn in- en zijn uittocht door de haven leidt. Maar de schepen worden wel geadviseerd door het Vessel Traffic Service System, een verkeersbegeleidingssysteem. Langs de Nieuwe Waterweg staan deze bemande radarposten die de boten volgen. Als een ferry buiten zijn boekje gaat, krijgt deze signalen van de radarposten.”

Groenveld vraagt zich af wie er eigenlijk in overtreding is geweest: ,,De Noorderpier is niet bedoeld om op te vissen, het is een havendam die de zee insteekt om schepen aan te geven waar de havenmond ophoudt en het strand begint. En er staan niet voor niets waarschuwingsborden bij.”