De eerste vrouwelijke afstudeerder bij theoretische natuurkunde. Bijzonder of niet? Linda Geux (24) blijft er nuchter onder: ,,Ik wist het eigenlijk niet eens.
Mijn afstudeerprof wees me erop tijdens de buluitreiking.”
Achteraf klonk het haar logisch in de oren. ,,Als er vrouwen vóór mij geweest waren, dan had ik daar ongetwijfeld verhalen over gehoord of was ik met hen vergeleken.”
Maar hoe ervaart iemand het om de enige vrouw in de vakgroep te zijn? ,,Je raakt eraan gewend: er zijn gewoon veel meer mannen, vanaf het eerste jaar al. Bij veel keuzevakken zat ik met alleen jongens. Maar is dat erg? Daar kun je als meisje gewoon vrienden mee worden, hoor.”
,,Waarom weinig meisjes voor technische studies kiezen? Dat is een cultuurverschijnsel. Jongens krijgen auto’s om mee te spelen en meisjes poppen. Daar begint het al mee. Vroeger had ik ook autootjes; toch had mijn broer er veel meer. Er moet een cultuuromslag plaatsvinden. Iedereen roept wel dat hij openstaat voor gelijke rechten, maar als puntje bij paaltje komt, wordt het toch raar gevonden als een man thuiszit en zijn vrouw carrière maakt”, oordeelt Geux.
Toch denkt ze dat er in de toekomst meer vrouwelijke ingenieurs zullen rondlopen, en dan niet alleen afkomstig van Bouwkunde of Industrieel Ontwerpen. ,,De huidige generatie Delftse meisjes heeft het immers al veel makkelijker dan de eerste vrouw aan de TU. Die lijn zal zich voortzetten. Het is leuk dat er dit jaar bij wiskunde eens meer meisjes dan jongens beginnen.”
Versierlijn
Geux probeert de Delftse situatie te analyseren met behulp van een theorie uit de psychologie. ,,Als de verhouding tussen verschillende groepen mensen scheef komt te liggen, wordt de minderheid op een gegeven moment als indringer gezien. Bij een verhouding van 40-60 of 30-70 gaat het nog goed. Maar bij 20-80, zoals het hier in Delft ongeveer ligt tussen mannen en vrouwen, treedt er een verandering op.”
,In een groep mensen heeft iedereen een zekere positie. Als er een nieuw persoon bijkomt, veranderen deze posities enigszins; de relaties verschuiven. Wanneer die nieuwkomer echter tot de minderheid behoort, verandert er relatief meer, er zijn grotere verschuivingen.”
Af en toe had Geux last van vervelende reacties, niet alleen bij Natuurkunde. ,,De bekendste versierlijn in Delft is bijvoorbeeld: ‘Goh, jij studeert zeker bouwkunde’. En dan moet je weer uitleggen dat je natuurkunde doet. Maar dat maakt jou wel jou. Ze onthouden makkelijker wie je bent. Een jongen in de trein vroeg laatst: ‘Zo Linda, hoe ging je tentamen vandaag?’. Ik kende die jongen niet eens. Zij kennen mij eerder dan ik hun. De voordelen compenseren de nadelen.”
,,Je wordt harder als meisje in een mannenwereld, botter”, bekent Geux. ,,Laatst ging ik uit met een stel meisjes uit Amsterdam. Die deden er heel lang over om zich op te maken.Dat gebeurt hier veel minder. In Delft moeten de meisjes op de jongens wachten; bij ons thuis tenminste.”
,,Meisjes die naar Delft komen hebben toch een andere mentaliteit. We zaten hier een keer met zeven meisjes aan tafel en er bleek er maar één te zijn met gaatjes in haar oren. En vroeger waren wij allemaal de enige van de klas zonder gaatjes.”
Maar wat sprak haar – als eerste vrouw – aan in de theoretische natuurkunde? ,,Het was een uitdaging voor me. Toen ik me moest oriënteren had ik een gesprek met mijn afstudeerprofessor, Bauer. Hij vertelde over verschijnselen waar ik nog nooit van gehoord had. Het klonk wel exotisch en spannend, en ik wilde een keer diep in een onderwerp duiken. Bij theoretische natuurkunde kan dat. Voor mij is het interessanter om te zien wat voor experimenten er allemaal mogelijk zijn, dan om die experimenten zelf uit te voeren.”
Kerstcake
Geux’ interesses gaan echter verder. In Rotterdam studeert ze inmiddels ook economie. En in januari vertrekt ze naar Japan. Ze is geselecteerd voor het Japan prizewinners programme van het ministerie van Onderwijs en krijgt er een stage aangeboden. ,,Japan spreekt me heel erg aan, zo’n volstrekt andere cultuur. En op het gebied van technisch management neemt het land een belangrijke positie in de wereld in.”
Ze is zich ervan bewust dat in Japan de verhoudingen tussen mannen en vrouwen ook scheef liggen. ,,Japan heeft de afgelopen eeuw een enorme sprong gemaakt van een middeleeuwse situatie naar het huidige technisch tijdperk. Bepaalde dingen, zoals de positie van de vrouw, zijn echter nog blijven hangen. Dat kun je niet zomaar rechttrekken.”
Voordat zij vertrekt krijgt ze in Leiden bij de faculteit Japankunde taal- en cultuurlessen. ,,Er zijn belangrijke dingen die je vooraf moet weten. Als ik bij een bedrijf niet wordt aangenomen omdat ik vrouw ben, zou dat jammer zijn, maar waarschijnlijk toch beter voor mijzelf. Anders wordt het toch een onwerkbare situatie. Je moet de cultuur dat sommige bedrijven vrouwen weren maar accepteren. Japan kent ook het principe van de Christmascake: een vrouw wordt geacht voor haar 25ste getrouwd te zijn, anders is er iets mis; ook kerstcake kun je niet meer eten na Kerstmis.”
De eerste vrouwelijke afstudeerder bij theoretische natuurkunde. Bijzonder of niet? Linda Geux (24) blijft er nuchter onder: ,,Ik wist het eigenlijk niet eens. Mijn afstudeerprof wees me erop tijdens de buluitreiking.”
Achteraf klonk het haar logisch in de oren. ,,Als er vrouwen vóór mij geweest waren, dan had ik daar ongetwijfeld verhalen over gehoord of was ik met hen vergeleken.”
Maar hoe ervaart iemand het om de enige vrouw in de vakgroep te zijn? ,,Je raakt eraan gewend: er zijn gewoon veel meer mannen, vanaf het eerste jaar al. Bij veel keuzevakken zat ik met alleen jongens. Maar is dat erg? Daar kun je als meisje gewoon vrienden mee worden, hoor.”
,,Waarom weinig meisjes voor technische studies kiezen? Dat is een cultuurverschijnsel. Jongens krijgen auto’s om mee te spelen en meisjes poppen. Daar begint het al mee. Vroeger had ik ook autootjes; toch had mijn broer er veel meer. Er moet een cultuuromslag plaatsvinden. Iedereen roept wel dat hij openstaat voor gelijke rechten, maar als puntje bij paaltje komt, wordt het toch raar gevonden als een man thuiszit en zijn vrouw carrière maakt”, oordeelt Geux.
Toch denkt ze dat er in de toekomst meer vrouwelijke ingenieurs zullen rondlopen, en dan niet alleen afkomstig van Bouwkunde of Industrieel Ontwerpen. ,,De huidige generatie Delftse meisjes heeft het immers al veel makkelijker dan de eerste vrouw aan de TU. Die lijn zal zich voortzetten. Het is leuk dat er dit jaar bij wiskunde eens meer meisjes dan jongens beginnen.”
Versierlijn
Geux probeert de Delftse situatie te analyseren met behulp van een theorie uit de psychologie. ,,Als de verhouding tussen verschillende groepen mensen scheef komt te liggen, wordt de minderheid op een gegeven moment als indringer gezien. Bij een verhouding van 40-60 of 30-70 gaat het nog goed. Maar bij 20-80, zoals het hier in Delft ongeveer ligt tussen mannen en vrouwen, treedt er een verandering op.”
,In een groep mensen heeft iedereen een zekere positie. Als er een nieuw persoon bijkomt, veranderen deze posities enigszins; de relaties verschuiven. Wanneer die nieuwkomer echter tot de minderheid behoort, verandert er relatief meer, er zijn grotere verschuivingen.”
Af en toe had Geux last van vervelende reacties, niet alleen bij Natuurkunde. ,,De bekendste versierlijn in Delft is bijvoorbeeld: ‘Goh, jij studeert zeker bouwkunde’. En dan moet je weer uitleggen dat je natuurkunde doet. Maar dat maakt jou wel jou. Ze onthouden makkelijker wie je bent. Een jongen in de trein vroeg laatst: ‘Zo Linda, hoe ging je tentamen vandaag?’. Ik kende die jongen niet eens. Zij kennen mij eerder dan ik hun. De voordelen compenseren de nadelen.”
,,Je wordt harder als meisje in een mannenwereld, botter”, bekent Geux. ,,Laatst ging ik uit met een stel meisjes uit Amsterdam. Die deden er heel lang over om zich op te maken.Dat gebeurt hier veel minder. In Delft moeten de meisjes op de jongens wachten; bij ons thuis tenminste.”
,,Meisjes die naar Delft komen hebben toch een andere mentaliteit. We zaten hier een keer met zeven meisjes aan tafel en er bleek er maar één te zijn met gaatjes in haar oren. En vroeger waren wij allemaal de enige van de klas zonder gaatjes.”
Maar wat sprak haar – als eerste vrouw – aan in de theoretische natuurkunde? ,,Het was een uitdaging voor me. Toen ik me moest oriënteren had ik een gesprek met mijn afstudeerprofessor, Bauer. Hij vertelde over verschijnselen waar ik nog nooit van gehoord had. Het klonk wel exotisch en spannend, en ik wilde een keer diep in een onderwerp duiken. Bij theoretische natuurkunde kan dat. Voor mij is het interessanter om te zien wat voor experimenten er allemaal mogelijk zijn, dan om die experimenten zelf uit te voeren.”
Kerstcake
Geux’ interesses gaan echter verder. In Rotterdam studeert ze inmiddels ook economie. En in januari vertrekt ze naar Japan. Ze is geselecteerd voor het Japan prizewinners programme van het ministerie van Onderwijs en krijgt er een stage aangeboden. ,,Japan spreekt me heel erg aan, zo’n volstrekt andere cultuur. En op het gebied van technisch management neemt het land een belangrijke positie in de wereld in.”
Ze is zich ervan bewust dat in Japan de verhoudingen tussen mannen en vrouwen ook scheef liggen. ,,Japan heeft de afgelopen eeuw een enorme sprong gemaakt van een middeleeuwse situatie naar het huidige technisch tijdperk. Bepaalde dingen, zoals de positie van de vrouw, zijn echter nog blijven hangen. Dat kun je niet zomaar rechttrekken.”
Voordat zij vertrekt krijgt ze in Leiden bij de faculteit Japankunde taal- en cultuurlessen. ,,Er zijn belangrijke dingen die je vooraf moet weten. Als ik bij een bedrijf niet wordt aangenomen omdat ik vrouw ben, zou dat jammer zijn, maar waarschijnlijk toch beter voor mijzelf. Anders wordt het toch een onwerkbare situatie. Je moet de cultuur dat sommige bedrijven vrouwen weren maar accepteren. Japan kent ook het principe van de Christmascake: een vrouw wordt geacht voor haar 25ste getrouwd te zijn, anders is er iets mis; ook kerstcake kun je niet meer eten na Kerstmis.”
Comments are closed.