Onderwijs

Aanmeldingen trekken licht aan, meest in hbo

De kans op een scherpe daling van het aantal eerstejaars in het hoger onderwijs als geheel is verder verminderd. De TU Delft is echter nog steeds een zware verliezer met min dertien procent.

br />
Het aantal vooraanmeldingen was de laatste weken opnieuw wat hoger dan in dezelfde periode vorig jaar. Daardoor nam de ‘achterstand’ op 1995 af van acht naar krap zes procent. De universiteiten profiteren hier echter minder van dan het hbo.

Nog steeds hebben zich minder mensen voor een studie per aanstaande september aangemeld dan vorig jaar om deze tijd. Maar in het hbo is de achterstand tussen eind februari en nu sterk afgenomen: van 9,9 naar 4,9 procent. Bij de universiteiten was het herstel minder scherp: van 9,9 naar 7,1 procent.

Eind januari zagen de tellingen van het Centraal Bureau Aanmelding een Plaatsing in Groningen er voor beide sectoren van het hoger onderwijs zelfs nog somber uit, met achterstanden van 12 (wo) en 13 (hbo) procent op vorig jaar. Maar er werd al rekening gehouden met een inhaaleffect, omdat studenten de laatste jaren hun definitieve studiekeus steeds langer uitstellen.

In het hbo is de achterstand nu bijna weggewerkt. Bij de universiteiten lijkt een daling van het aantal eerstejaars bijna onvermijdelijk, zeker omdat geneeskunde en diergeneeskunde de vooraanmeldingscijfers flatteren.

Daarmee zet de trend van de laatste jaren door, waarbij het hbo een steeds groter deel van de studenten trekt. Tien jaar geleden was de instroom van het hbo maar anderhalf keer zo groot als die van de universiteiten; vorig jaar was dat verschil echter al een factor twee.

In totaal hebben zich tot medio april 28100 mensen gemeld voor een voltijdstudie bij de universiteit (was vorig jaar 30241). In het hbo zijn het er tot nu toe 57579 (was 60511).

De onderlinge verhoudingen tussen de universiten zijn weinig veranderd. Nog steeds doet Groningen het als enige klassieke universiteit opvallend goed, en kunnen verder Wageningen en de meeste ‘jonge’ universiteiten hun marktaandeel vergroten. Dramatische uitzondering op die laatste trend is de Universiteit Twente, die nog steeds op 20 procent verlies staat. (HOP/F.S.)

De kans op een scherpe daling van het aantal eerstejaars in het hoger onderwijs als geheel is verder verminderd. De TU Delft is echter nog steeds een zware verliezer met min dertien procent.

Het aantal vooraanmeldingen was de laatste weken opnieuw wat hoger dan in dezelfde periode vorig jaar. Daardoor nam de ‘achterstand’ op 1995 af van acht naar krap zes procent. De universiteiten profiteren hier echter minder van dan het hbo.

Nog steeds hebben zich minder mensen voor een studie per aanstaande september aangemeld dan vorig jaar om deze tijd. Maar in het hbo is de achterstand tussen eind februari en nu sterk afgenomen: van 9,9 naar 4,9 procent. Bij de universiteiten was het herstel minder scherp: van 9,9 naar 7,1 procent.

Eind januari zagen de tellingen van het Centraal Bureau Aanmelding een Plaatsing in Groningen er voor beide sectoren van het hoger onderwijs zelfs nog somber uit, met achterstanden van 12 (wo) en 13 (hbo) procent op vorig jaar. Maar er werd al rekening gehouden met een inhaaleffect, omdat studenten de laatste jaren hun definitieve studiekeus steeds langer uitstellen.

In het hbo is de achterstand nu bijna weggewerkt. Bij de universiteiten lijkt een daling van het aantal eerstejaars bijna onvermijdelijk, zeker omdat geneeskunde en diergeneeskunde de vooraanmeldingscijfers flatteren.

Daarmee zet de trend van de laatste jaren door, waarbij het hbo een steeds groter deel van de studenten trekt. Tien jaar geleden was de instroom van het hbo maar anderhalf keer zo groot als die van de universiteiten; vorig jaar was dat verschil echter al een factor twee.

In totaal hebben zich tot medio april 28100 mensen gemeld voor een voltijdstudie bij de universiteit (was vorig jaar 30241). In het hbo zijn het er tot nu toe 57579 (was 60511).

De onderlinge verhoudingen tussen de universiten zijn weinig veranderd. Nog steeds doet Groningen het als enige klassieke universiteit opvallend goed, en kunnen verder Wageningen en de meeste ‘jonge’ universiteiten hun marktaandeel vergroten. Dramatische uitzondering op die laatste trend is de Universiteit Twente, die nog steeds op 20 procent verlies staat. (HOP/F.S.)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.