Onderwijs

Nieuw beurzenstelsel krijgt vorm in Kamer

Minister Ritzen wil de discussie pas na de zomer beginnen, maar in de Tweede Kamer wordt al duidelijker waar het met de studiefinanciering heen moet: hogere beurzen, voor een kortere periode en voor minder studenten.

br />
Ook in het parlement groeit het besef dat het stelsel nu zo uitgekleed is, dat de uitgangspunten op de helling moeten. Het was een mooi idee om elke student een ‘basisbeurs’ te geven. Maar nu dat bedrag gedaald is tot 420 gulden – waarvan de helft opgaat aan collegegeld -, en ook nog eens afhankelijk is van studieprestaties, is van een basisvoorziening weinig sprake meer. De studiefinanciering is eerder een extra selectiemiddel geworden, zegt bijvoorbeeld de VSNU, de belangenorganisatie van de universiteiten.

Ritzen is nog niet overtuigd van de noodzaak, maar de roep om een andere aanpak wordt luider. Partijgenoot R. van der Ploeg kwam er als eerste mee. Voormalig OCW-topambtenaar R. Meijerink, nu voorzitter van de VSNU, wees in maart in dezelfde richting: voor het begin van de studie een hogere beurs, en daarna meer lenen. Aanstaande studenten worden zo minder afgeschrikt; en in het zicht van het diploma willen ze wel wat meer investeren, is de gedachte.

De regeringsfracties hielden zich tot voor kort op de vlakte, maar uit een rondje dat een dagblad kort geleden langs de fractiespecialisten maakte, komt nu een groeiende consensus naar voren. ,,Als we het noodzakelijke lenen meer naar latere studiejaren verschuiven”, zegt D66-woorvoerder B. Bakker bijvoorbeeld, ,,kunnen we de eerste jaren een hogere beurs geven”. Gevolg is dat studenten minder rente betalen. ,,En de drempel om te gaan studeren wordt verlaagd.” Ook oppositiepartij CDA blijkt in deze richting te denken.

De VVD zoekt eveneens manieren om de beurs te verhogen door hem over minder jaren uit te smeren. Maar deze partij wil studenten juist het liefst in het eerste studiejaar zelf (door een lening) laten betalen. Daarmee bepleit de partij in feite een extra selectie.

Op onderdelen verschillen de standpunten, en ook de koppeling met studieprestaties is in het nieuwe stelsel nog onduidelijk. Maar de rode draad is dat de beurzen hoger en korter moeten – en dat er op de OV-kaart fors bezuinigd kan worden. Een ander element van de toekomstige studiefinanciering lijkt te zijn dat studiekosten weer fiscaal aftrekbaar worden. (HOP/F.S.)

Minister Ritzen wil de discussie pas na de zomer beginnen, maar in de Tweede Kamer wordt al duidelijker waar het met de studiefinanciering heen moet: hogere beurzen, voor een kortere periode en voor minder studenten.

Ook in het parlement groeit het besef dat het stelsel nu zo uitgekleed is, dat de uitgangspunten op de helling moeten. Het was een mooi idee om elke student een ‘basisbeurs’ te geven. Maar nu dat bedrag gedaald is tot 420 gulden – waarvan de helft opgaat aan collegegeld -, en ook nog eens afhankelijk is van studieprestaties, is van een basisvoorziening weinig sprake meer. De studiefinanciering is eerder een extra selectiemiddel geworden, zegt bijvoorbeeld de VSNU, de belangenorganisatie van de universiteiten.

Ritzen is nog niet overtuigd van de noodzaak, maar de roep om een andere aanpak wordt luider. Partijgenoot R. van der Ploeg kwam er als eerste mee. Voormalig OCW-topambtenaar R. Meijerink, nu voorzitter van de VSNU, wees in maart in dezelfde richting: voor het begin van de studie een hogere beurs, en daarna meer lenen. Aanstaande studenten worden zo minder afgeschrikt; en in het zicht van het diploma willen ze wel wat meer investeren, is de gedachte.

De regeringsfracties hielden zich tot voor kort op de vlakte, maar uit een rondje dat een dagblad kort geleden langs de fractiespecialisten maakte, komt nu een groeiende consensus naar voren. ,,Als we het noodzakelijke lenen meer naar latere studiejaren verschuiven”, zegt D66-woorvoerder B. Bakker bijvoorbeeld, ,,kunnen we de eerste jaren een hogere beurs geven”. Gevolg is dat studenten minder rente betalen. ,,En de drempel om te gaan studeren wordt verlaagd.” Ook oppositiepartij CDA blijkt in deze richting te denken.

De VVD zoekt eveneens manieren om de beurs te verhogen door hem over minder jaren uit te smeren. Maar deze partij wil studenten juist het liefst in het eerste studiejaar zelf (door een lening) laten betalen. Daarmee bepleit de partij in feite een extra selectie.

Op onderdelen verschillen de standpunten, en ook de koppeling met studieprestaties is in het nieuwe stelsel nog onduidelijk. Maar de rode draad is dat de beurzen hoger en korter moeten – en dat er op de OV-kaart fors bezuinigd kan worden. Een ander element van de toekomstige studiefinanciering lijkt te zijn dat studiekosten weer fiscaal aftrekbaar worden. (HOP/F.S.)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.