De TU moet een meer uniforme propedeuse krijgen. De basisvakken moeten centraal worden aangeboden en op alle faculteiten dezelfde inhoud krijgen. Dit ‘instellingspakket’ dient centraal gefinancierd te worden, terwijl het onder toezicht staat van een nieuw op te richten ‘commissie van opleidingsdirecteuren’ (COD).
br />
Dit schrijft het college van bestuur in een notitie die binnenkort in de Universiteitsraad wordt besproken. Met deze voorstellen volgt het college de aanbevelingen en conclusies van de Adviescommissie Service Onderwijs (Acso). Die commissie werd ingesteld om de problemen met het service-onderwijs te onderzoeken.
Met name de faculteiten Technische Wiskunde en Informatica (TWI) en Wijsbegeerte Technische Maatschappijwetenschappen (WTM) raken in de problemen door teruglopend gebruik van door hen aangeboden vakken. De problemen zijn grotendeels terug te voeren op de ‘communicatie’ en verrekening tussen de diverse faculteiten. Daarnaast probeert een aantal faculteiten het ontslaan van personeel te voorkomen door hen de colleges te laten verzorgen die anders door TWI of WTM worden gegeven.
Het college van bestuur, daarin gesteund door de U-raad, is van mening dat het onderwijs dáár gegeven moet worden waar de kwaliteit voor de hand ligt, dus wiskunde door TWI en ethiek door WTM.
De Acso stelt in haar rapportage voor om tot een meer uniforme propedeuse voor de TU te komen, wat al eerder werd voorgesteld door de ARTD (adviescommissie voor onderzoek). Volgens de Acso maakt een meer uniforme propedeuse de Delftse opleidingen ‘herkenbaarder’. Daarnaast kunnen studenten zelf kiezen waar ze welk door de faculteit voorgeschreven basisvak willen volgen.
Het instellingspakket beperkt zich in eerste instantie nog tot slechts een aantal basisvakken, maar kan wat het college betreft op termijn worden uitgebreid naar een volledig uniforme propedeuse. Het is de bedoeling dat faculteiten in de toekomst de keuze krijgen of zij mee willen doen aan het instellingspakket. Wel blijft er binnen de uniforme vakken ruimte voor een eigen invulling tot maximaal twintig procent.
Het instellingspakket moet volgens de adviescommissie centraal gefinancierd worden en niet via output-financiering (betalen per studiepunt), zoals het college dat voorstond. De commissie: ,,Verrekening is een zinloos rondpompen van geld; het draagt niet bij aan de kwaliteit van het onderwijs, het werkt juist contraproductief.”
De coördinatie van het instellingspakket zou in handen moeten liggen van een formele Commissie van Opleidingsdirecteuren (COD) onder voorzitterschap van de rector-magnificus.
(Jrn)
De TU moet een meer uniforme propedeuse krijgen. De basisvakken moeten centraal worden aangeboden en op alle faculteiten dezelfde inhoud krijgen. Dit ‘instellingspakket’ dient centraal gefinancierd te worden, terwijl het onder toezicht staat van een nieuw op te richten ‘commissie van opleidingsdirecteuren’ (COD).
Dit schrijft het college van bestuur in een notitie die binnenkort in de Universiteitsraad wordt besproken. Met deze voorstellen volgt het college de aanbevelingen en conclusies van de Adviescommissie Service Onderwijs (Acso). Die commissie werd ingesteld om de problemen met het service-onderwijs te onderzoeken.
Met name de faculteiten Technische Wiskunde en Informatica (TWI) en Wijsbegeerte Technische Maatschappijwetenschappen (WTM) raken in de problemen door teruglopend gebruik van door hen aangeboden vakken. De problemen zijn grotendeels terug te voeren op de ‘communicatie’ en verrekening tussen de diverse faculteiten. Daarnaast probeert een aantal faculteiten het ontslaan van personeel te voorkomen door hen de colleges te laten verzorgen die anders door TWI of WTM worden gegeven.
Het college van bestuur, daarin gesteund door de U-raad, is van mening dat het onderwijs dáár gegeven moet worden waar de kwaliteit voor de hand ligt, dus wiskunde door TWI en ethiek door WTM.
De Acso stelt in haar rapportage voor om tot een meer uniforme propedeuse voor de TU te komen, wat al eerder werd voorgesteld door de ARTD (adviescommissie voor onderzoek). Volgens de Acso maakt een meer uniforme propedeuse de Delftse opleidingen ‘herkenbaarder’. Daarnaast kunnen studenten zelf kiezen waar ze welk door de faculteit voorgeschreven basisvak willen volgen.
Het instellingspakket beperkt zich in eerste instantie nog tot slechts een aantal basisvakken, maar kan wat het college betreft op termijn worden uitgebreid naar een volledig uniforme propedeuse. Het is de bedoeling dat faculteiten in de toekomst de keuze krijgen of zij mee willen doen aan het instellingspakket. Wel blijft er binnen de uniforme vakken ruimte voor een eigen invulling tot maximaal twintig procent.
Het instellingspakket moet volgens de adviescommissie centraal gefinancierd worden en niet via output-financiering (betalen per studiepunt), zoals het college dat voorstond. De commissie: ,,Verrekening is een zinloos rondpompen van geld; het draagt niet bij aan de kwaliteit van het onderwijs, het werkt juist contraproductief.”
De coördinatie van het instellingspakket zou in handen moeten liggen van een formele Commissie van Opleidingsdirecteuren (COD) onder voorzitterschap van de rector-magnificus.
(Jrn)
Comments are closed.