Campus

‘Eindhoven en Twente zijn op sportgebied verder dan Delft’

Het Sportcentrum aan de Mekelweg is te oud, te vol en te klein. Renovatie is daarom hard nodig. Zeker als Delft op sportgebied wil concurreren met de andere technische universiteiten.

/strong>

‘Plik… plok…’. Er wordt een balletje geslagen op de tennisbanen, maar echt druk is het niet, deze middag op het Sportcentrum. Ook met het achterstallig onderhoud lijkt het op het eerste gezicht wel mee te vallen. Oké, echt modern is het allemaal niet en het ziet er ook niet bijster gezellig uit, maar het is nog best te doen, toch?

,,Kijk maar eens goed”, zeggen Rudi Oudijk en Peter Duvé, respectievelijk directeur en adjunct-directeur van het Sportcentrum. Ze wijzen op slecht liggende straattegels, het verouderde kunstgras en op achterstallig onderhoud in de sporthal. Er is al bijna tien jaar geen groot onderhoud gepleegd en dat is te zien.

En die drukte? ,,Overdag hebben we nog wel wat ruimte, maar vooral ’s avonds en in de weekenden is er te weinig capaciteit”, zegt Oudijk. Het Sportcentrum wordt van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat gebruikt voor zeer uiteenlopende activiteiten. Veld- zaal- en baansporten, maar ook aerobics, fitness, klimmen en yoga. Er wordt zowel individueel gesport als in teamverband. Het centrum biedt onderdak aan ongeveer veertig verenigingen.

Van de 13.000 studenten hebben er ongeveer 5.000 een sportkaart. Het aantal medewerkers dat van de sportvoorzieningen gebruikmaakt, is te verwaarlozen: 400 van de 5.500. Het Sportcentrum wil dat dat er in de toekomst meer worden. Ook is er nog een handjevol niet-TU’ers op het Sportcentrum actief.
Topuniversiteit

,,Als Delft propageert op mondiaal niveau een topuniversiteit te zijn, dan moet je op sportgebied tenminste vergelijkbaar zijn met andere universiteiten”, zegt Peter Verheij. Hij heeft als directeur van het Studenten Service Centrum ook het Sportcentrum in zijn portefeuille. ,,Op dit moment is dat zelfs op nationaal niveau niet zo. Eindhoven en Twente zijn een stuk verder dan Delft. Het college heeft erg veel aandacht voor onderwijs en onderzoek, maar ook sport is belangrijk.”

De TU krijgt voor iedere eerstejaarsstudent tienduizend gulden. ,,Studenten komen hier primair vanwege de goede studie, maar als ze sportminded zijn, dan kijken ze ook naar die voorzieningen”, aldus Verheij. ,,Het is moeilijk te bewijzen maar als er tien extra studenten intekenen vanwege de sportfaciliteiten, kun je daar financieel een behoorlijke investering mee rechtvaardigen.”

Inmiddels lijken die investeringen er te komen. Het college is in principe akkoord gegaan met een investering van ongeveer zes miljoen gulden voor de uitbreiding van de bestaande faciliteiten en realisatie van nieuwe voorzieningen. Er is alvast 80.000 gulden uitgetrokken om plannen voor de verbouwing uit te werken. Verheij gaat er vanuit dat de verbouwing doorgaat. ,,Je zou wel gek zijn om te zeggen: hier heb je 80.000 gulden en vervolgens krijg je het geldniet.”

Het budget van het Sportcentrum is jaarlijks iets meer dan 2,2 miljoen gulden. Het varieert iets omdat het afhankelijk is van studentenaantallen. Na de investeringen moet het Sportcentrum voor het eerst in haar bestaan huur gaan betalen: 365.000 gulden per jaar.
Ruimte

Binnenkort gaan de medewerkers van het Sportcentrum en die van vastgoedbeheer met een extern adviseur en een architect om de tafel zitten om te kijken wat de mogelijkheden zijn. ,,Het is een complexe verbouwing. Het Sportcentrum lijkt ruim, maar dat is het niet. Het areaal in Eindhoven is bijvoorbeeld drie keer zo groot als dat in Delft. Je kunt daar wandelen, hardlopen, paardrijden, van alles. Daar hebben ze nu zelfs voor vijf miljoen een zwembad gebouwd. Het college is daar zeer sportminded”, aldus Verheij. ,,Bovendien wordt de exploitatie bevorderd door samenwerking met een hogeschool en de gemeente.”

Een zwembad zit er voor Delft niet in, maar er valt nog genoeg te vernieuwen. Er komt een nieuwe sporthal van 40 x 28 meter (kosten: drie miljoen), vier squashbanen (samen 6,5 ton) en vier nieuwe tennisbanen (vijf ton), liefst met kunstgras vanwege het onderhoud. De renovatie van het kunstgras kost drie ton en de cardiofitness-faciliteiten worden voor twee ton uitgebreid.

Ook in personele voorzieningen en de administratieruimte wordt geïnvesteerd. Het Sportcentrum is de laatste jaren qua bezoekersaantallen gegroeid en daarmee is de hoeveelheid werk ook toegenomen. Het personeel van het Sportcentrum werkt momenteel in zeer kleine en overvolle ruimtes. ,,Er komen twee arbeidsplaatsen bij, dus uitbreiding is hard nodig”, aldus Oudijk.
Personeelssport

Het is de bedoeling dat het accent op het Sportcentrum meer verschuift naar het personeel. ,,Vierhonderd sportkaarten op een bestand van 5.500 werknemers is een lachertje”, zegt Verheij. Met de Arbo- en Milieudienst wordt samengewerkt op het gebied van advisering en begeleiding van werknemers. ,,Samen met de arbodienst kijken we wat nodig is om oudere werknemers fit te houden en zo het ziekteverzuim terug te dringen”, aldus de SSC-directeur.

Daarnaast heeft de TU een ‘morele verplichting’ tegenover personeelsvereniging Prometheus ,,Nu sport Prometheus nog in een hal aan de Kanaalweg, maar daar heeft de TU andere plannen mee. Afgesproken is dat Prometheus in toekomst ook op het Sportcentrum terechtkan. Maar dan moet er wel plek zijn.”

De door Verheij zo gewilde driving range (oefenbaan voor golf) gaat voorlopig niet door. ,,Het college was daar sceptisch over”, zegt Verheij, die zelf voorzitter was van de Noordwijkse Golfclub. ,,Golf is bijzonder populair onder jongeren, maar oudere mensen zijn daar minder mee in aanraking gekomen. Die vinden het dus al gauw onzin.” Ook de studentensportfederatie (DSSF) gaf desgevraagd prioriteit aan de bouw van een nieuwe sporthal en Verheij kan zich hier wel in vinden. ,,Die driving range komt er heus wel een keer.”
Contributie

De contributie gaat na de verbouwing omhoog, iets waar vooral de studenten niet blij mee zijn. Onterecht, vindt de directie. De contributie is in tien jaar tijd niet verhoogd en is nog steeds honderd gulden voor studenten. Dat zou 120 gulden worden, ofwel een tientje per maand. ,,Inderdaad, een verhoging van twintig procent”, geeft Oudijk toe, ,,maar wel nodig om de exploitatie rond te krijgen.” Medewerkers gaan in plaats van 185 gulden straks 200 gulden per jaar voor hun sportkaart betalen. Mensen van buiten de TU betalen nu al een marktconform bedrag (475 gulden)voor de sportkaart.

Verheij wil in oktober klaar zijn met de planvorming en uitwerking zodat in 2001 de uitvoering kan beginnen. ,,Eind 2001/begin 2002 zou het vernieuwde Sportcentrum dan klaar zijn.” Oudijk en Duvé hopen dat de verbouwing van het Sportcentrum eerder gereed is: op 1 september 2001. ,,We zijn natuurlijk afhankelijk van Vastgoed”, zegt Oudijk. ,,Laatst werd nog gezegd op een vergadering: waarom gooien we de hele boel niet plat en beginnen we opnieuw”, vult Duvé aan. ,,Dat zou een enorme kapitaalvernietiging zijn maar het geeft wel aan dat er nog van alles kan veranderen.”

DSSF: ‘Geen accentverschuiving naar personeel’

De investeringsplannen zijn volgens DSSF-voorzitter Henk Jan Faber gebaseerd op studentengebruik. ,,Van een accentverschuiving naar meer personeel kan geen sprake zijn”, vindt hij. ,,De nieuw beschikbare ruimte moet dus naar de bestaande verhouding worden ingedeeld.”

De Delftse Studenten Sport Federatie (DSSF) is de intermediair tussen de directie en de gebruikers van het Sportcentrum. Ook bemiddelt ze tussen de verschillende studentensportverenigingen over de verdeling van speelvelden en speeltijden.

,,Een mooie sportfaciliteit is dé manier om te concurreren met andere universiteiten”, vindt Faber. ,,Het kan de doorslag geven of je ergens wel of niet gaat studeren.” Het bestuur kan zich daarom vinden in de investeringsplannen.

De discussie over de kosten van de sportkaart is nog lang niet afgerond. Het lijkt overdreven, maar de DSSF heeft bezwaren tegen de door het Sportcentrum voorgestelde verhoging van 100 naar 105 gulden. ,,De TU kan zich profileren met het Sportcentrum en het hoeft daarom niet kostendekkend te zijn.” Koppel de verhoging van de sportkaart aan de faciliteiten, vindt de DSSF. ,,De kaart kost al tien jaar hetzelfde, maar er is ook al tien jaar geen groot onderhoud gepleegd. Dat komt nu op gang. Maar als de TU echt wil concurreren met het Eindhovense zwembad, zou de kaart eigenlijk honderd gulden moeten blijven.”

Het Sportcentrum aan de Mekelweg is te oud, te vol en te klein. Renovatie is daarom hard nodig. Zeker als Delft op sportgebied wil concurreren met de andere technische universiteiten.

‘Plik… plok…’. Er wordt een balletje geslagen op de tennisbanen, maar echt druk is het niet, deze middag op het Sportcentrum. Ook met het achterstallig onderhoud lijkt het op het eerste gezicht wel mee te vallen. Oké, echt modern is het allemaal niet en het ziet er ook niet bijster gezellig uit, maar het is nog best te doen, toch?

,,Kijk maar eens goed”, zeggen Rudi Oudijk en Peter Duvé, respectievelijk directeur en adjunct-directeur van het Sportcentrum. Ze wijzen op slecht liggende straattegels, het verouderde kunstgras en op achterstallig onderhoud in de sporthal. Er is al bijna tien jaar geen groot onderhoud gepleegd en dat is te zien.

En die drukte? ,,Overdag hebben we nog wel wat ruimte, maar vooral ’s avonds en in de weekenden is er te weinig capaciteit”, zegt Oudijk. Het Sportcentrum wordt van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat gebruikt voor zeer uiteenlopende activiteiten. Veld- zaal- en baansporten, maar ook aerobics, fitness, klimmen en yoga. Er wordt zowel individueel gesport als in teamverband. Het centrum biedt onderdak aan ongeveer veertig verenigingen.

Van de 13.000 studenten hebben er ongeveer 5.000 een sportkaart. Het aantal medewerkers dat van de sportvoorzieningen gebruikmaakt, is te verwaarlozen: 400 van de 5.500. Het Sportcentrum wil dat dat er in de toekomst meer worden. Ook is er nog een handjevol niet-TU’ers op het Sportcentrum actief.
Topuniversiteit

,,Als Delft propageert op mondiaal niveau een topuniversiteit te zijn, dan moet je op sportgebied tenminste vergelijkbaar zijn met andere universiteiten”, zegt Peter Verheij. Hij heeft als directeur van het Studenten Service Centrum ook het Sportcentrum in zijn portefeuille. ,,Op dit moment is dat zelfs op nationaal niveau niet zo. Eindhoven en Twente zijn een stuk verder dan Delft. Het college heeft erg veel aandacht voor onderwijs en onderzoek, maar ook sport is belangrijk.”

De TU krijgt voor iedere eerstejaarsstudent tienduizend gulden. ,,Studenten komen hier primair vanwege de goede studie, maar als ze sportminded zijn, dan kijken ze ook naar die voorzieningen”, aldus Verheij. ,,Het is moeilijk te bewijzen maar als er tien extra studenten intekenen vanwege de sportfaciliteiten, kun je daar financieel een behoorlijke investering mee rechtvaardigen.”

Inmiddels lijken die investeringen er te komen. Het college is in principe akkoord gegaan met een investering van ongeveer zes miljoen gulden voor de uitbreiding van de bestaande faciliteiten en realisatie van nieuwe voorzieningen. Er is alvast 80.000 gulden uitgetrokken om plannen voor de verbouwing uit te werken. Verheij gaat er vanuit dat de verbouwing doorgaat. ,,Je zou wel gek zijn om te zeggen: hier heb je 80.000 gulden en vervolgens krijg je het geldniet.”

Het budget van het Sportcentrum is jaarlijks iets meer dan 2,2 miljoen gulden. Het varieert iets omdat het afhankelijk is van studentenaantallen. Na de investeringen moet het Sportcentrum voor het eerst in haar bestaan huur gaan betalen: 365.000 gulden per jaar.
Ruimte

Binnenkort gaan de medewerkers van het Sportcentrum en die van vastgoedbeheer met een extern adviseur en een architect om de tafel zitten om te kijken wat de mogelijkheden zijn. ,,Het is een complexe verbouwing. Het Sportcentrum lijkt ruim, maar dat is het niet. Het areaal in Eindhoven is bijvoorbeeld drie keer zo groot als dat in Delft. Je kunt daar wandelen, hardlopen, paardrijden, van alles. Daar hebben ze nu zelfs voor vijf miljoen een zwembad gebouwd. Het college is daar zeer sportminded”, aldus Verheij. ,,Bovendien wordt de exploitatie bevorderd door samenwerking met een hogeschool en de gemeente.”

Een zwembad zit er voor Delft niet in, maar er valt nog genoeg te vernieuwen. Er komt een nieuwe sporthal van 40 x 28 meter (kosten: drie miljoen), vier squashbanen (samen 6,5 ton) en vier nieuwe tennisbanen (vijf ton), liefst met kunstgras vanwege het onderhoud. De renovatie van het kunstgras kost drie ton en de cardiofitness-faciliteiten worden voor twee ton uitgebreid.

Ook in personele voorzieningen en de administratieruimte wordt geïnvesteerd. Het Sportcentrum is de laatste jaren qua bezoekersaantallen gegroeid en daarmee is de hoeveelheid werk ook toegenomen. Het personeel van het Sportcentrum werkt momenteel in zeer kleine en overvolle ruimtes. ,,Er komen twee arbeidsplaatsen bij, dus uitbreiding is hard nodig”, aldus Oudijk.
Personeelssport

Het is de bedoeling dat het accent op het Sportcentrum meer verschuift naar het personeel. ,,Vierhonderd sportkaarten op een bestand van 5.500 werknemers is een lachertje”, zegt Verheij. Met de Arbo- en Milieudienst wordt samengewerkt op het gebied van advisering en begeleiding van werknemers. ,,Samen met de arbodienst kijken we wat nodig is om oudere werknemers fit te houden en zo het ziekteverzuim terug te dringen”, aldus de SSC-directeur.

Daarnaast heeft de TU een ‘morele verplichting’ tegenover personeelsvereniging Prometheus ,,Nu sport Prometheus nog in een hal aan de Kanaalweg, maar daar heeft de TU andere plannen mee. Afgesproken is dat Prometheus in toekomst ook op het Sportcentrum terechtkan. Maar dan moet er wel plek zijn.”

De door Verheij zo gewilde driving range (oefenbaan voor golf) gaat voorlopig niet door. ,,Het college was daar sceptisch over”, zegt Verheij, die zelf voorzitter was van de Noordwijkse Golfclub. ,,Golf is bijzonder populair onder jongeren, maar oudere mensen zijn daar minder mee in aanraking gekomen. Die vinden het dus al gauw onzin.” Ook de studentensportfederatie (DSSF) gaf desgevraagd prioriteit aan de bouw van een nieuwe sporthal en Verheij kan zich hier wel in vinden. ,,Die driving range komt er heus wel een keer.”
Contributie

De contributie gaat na de verbouwing omhoog, iets waar vooral de studenten niet blij mee zijn. Onterecht, vindt de directie. De contributie is in tien jaar tijd niet verhoogd en is nog steeds honderd gulden voor studenten. Dat zou 120 gulden worden, ofwel een tientje per maand. ,,Inderdaad, een verhoging van twintig procent”, geeft Oudijk toe, ,,maar wel nodig om de exploitatie rond te krijgen.” Medewerkers gaan in plaats van 185 gulden straks 200 gulden per jaar voor hun sportkaart betalen. Mensen van buiten de TU betalen nu al een marktconform bedrag (475 gulden)voor de sportkaart.

Verheij wil in oktober klaar zijn met de planvorming en uitwerking zodat in 2001 de uitvoering kan beginnen. ,,Eind 2001/begin 2002 zou het vernieuwde Sportcentrum dan klaar zijn.” Oudijk en Duvé hopen dat de verbouwing van het Sportcentrum eerder gereed is: op 1 september 2001. ,,We zijn natuurlijk afhankelijk van Vastgoed”, zegt Oudijk. ,,Laatst werd nog gezegd op een vergadering: waarom gooien we de hele boel niet plat en beginnen we opnieuw”, vult Duvé aan. ,,Dat zou een enorme kapitaalvernietiging zijn maar het geeft wel aan dat er nog van alles kan veranderen.”

DSSF: ‘Geen accentverschuiving naar personeel’

De investeringsplannen zijn volgens DSSF-voorzitter Henk Jan Faber gebaseerd op studentengebruik. ,,Van een accentverschuiving naar meer personeel kan geen sprake zijn”, vindt hij. ,,De nieuw beschikbare ruimte moet dus naar de bestaande verhouding worden ingedeeld.”

De Delftse Studenten Sport Federatie (DSSF) is de intermediair tussen de directie en de gebruikers van het Sportcentrum. Ook bemiddelt ze tussen de verschillende studentensportverenigingen over de verdeling van speelvelden en speeltijden.

,,Een mooie sportfaciliteit is dé manier om te concurreren met andere universiteiten”, vindt Faber. ,,Het kan de doorslag geven of je ergens wel of niet gaat studeren.” Het bestuur kan zich daarom vinden in de investeringsplannen.

De discussie over de kosten van de sportkaart is nog lang niet afgerond. Het lijkt overdreven, maar de DSSF heeft bezwaren tegen de door het Sportcentrum voorgestelde verhoging van 100 naar 105 gulden. ,,De TU kan zich profileren met het Sportcentrum en het hoeft daarom niet kostendekkend te zijn.” Koppel de verhoging van de sportkaart aan de faciliteiten, vindt de DSSF. ,,De kaart kost al tien jaar hetzelfde, maar er is ook al tien jaar geen groot onderhoud gepleegd. Dat komt nu op gang. Maar als de TU echt wil concurreren met het Eindhovense zwembad, zou de kaart eigenlijk honderd gulden moeten blijven.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.