Premier Balkenende snakt naar nieuwe ingenieursinzichten zoals een vampier snakt naar een litertje vers bloed. Als we Jan Douwe Kroeske mogen geloven, tenminste.
Onze premier is voorzitter van het innovatieplatform ‘but he doesn’t know shit about technology!‘ “He wants to know what’s going on in your fucking minds!. Zo gaat een mens praten als hij jarenlang grofgebekte rockhelden â la Iggy Pop heeft mogen interviewen. “Balkenende is geïnteresseerd in mensen die de maatschappij kunnen veranderen, niet in mensen die praten over de maatschappij veranderen”, besloot de programmamaker zijn peptalk.
Kroeske was dinsdagmiddag op de faculteit Industrieel Ontwerpen om over de ware ingenieur te praten met IO-studenten Patrick Sanwikarja and Hasso Schaap en de Amerikaanse hoogleraar Clive Dym, auteur van werkjes als ‘Engineering Design’ en ‘Principles of Mathematical Modeling’.
Dym constateerde dat men in Amerikaanse academische kringen nog vaak neerkijkt op de ingenieur. Die wordt gezien als een bekrompen, zielloze engerling, zonder een greintje gevoel voor kunst. “Ingenieurs voelen zich een beetje inferieur, en tegelijkertijd beseffen ze: zonder ons werk zou de maatschappij niet kunnen draaien.”
Een student in het publiek wist te melden dat die minachting voor ingenieurs ook in Nederland bestaat. “Studenten worden gestimuleerd om bÈtavakken te kiezen, maar wie dat doet wordt door iedereen als geek gezien.”
“Shut up, geek!” zou Cartman van ‘South Park’ hardvochtig hebben geblÈrd, maar dit publiek toonde meer beschaving. “Een deel van het probleem is dat ingenieurs vaak niet goed aan de buitenwereld kunnen uitleggen wat ze doen”, meende de student. “Ze verliezen zichzelf in technische details.”
Technologische hoogstandjes populariseren, daar kon Jan Douwe Kroeske over meepraten. “Om de kijker te bereiken moet je als programmamaker het verhaal opnieuw en anders vertellen”, vertelde hij. “En je beperkt je tot de hoogtepunten. Wie compleet probeert te zijn, vergeet dat er een spannend verhaal moet worden verteld.”
Toen zevendejaars Patrick Sanwikarja even later vertelde nog niet te weten wat hij na zijn studie ging doen, reageerde Kroeske met een welgemeend: “Maar dat is helemaal niet slecht!” Kroeske: “Herman Brood zei ooit: dankzij de rock ’n roll heb ik nooit hoeven opgroeien. De TU Delft is ook een fantastische cocon voor creatieve geesten.” Maar, wierp moderator Karin Westerbeek tegen, daarnet had Kroeske nog beweerd dat de universiteit jongeren onvoldoende voorbereidt op de eisen van de maatschappij. Zat daar geen tegenstrijdigheid in? “Yes!” klonk het droogjes uit de mond van Dym. Duidelijk géén Brood-kenner.
Joost Panhuysen
(Foto: Sam Rentmeester/FMAX)
Premier Balkenende snakt naar nieuwe ingenieursinzichten zoals een vampier snakt naar een litertje vers bloed. Als we Jan Douwe Kroeske mogen geloven, tenminste. Onze premier is voorzitter van het innovatieplatform ‘but he doesn’t know shit about technology!‘ “He wants to know what’s going on in your fucking minds!. Zo gaat een mens praten als hij jarenlang grofgebekte rockhelden â la Iggy Pop heeft mogen interviewen. “Balkenende is geïnteresseerd in mensen die de maatschappij kunnen veranderen, niet in mensen die praten over de maatschappij veranderen”, besloot de programmamaker zijn peptalk.
Kroeske was dinsdagmiddag op de faculteit Industrieel Ontwerpen om over de ware ingenieur te praten met IO-studenten Patrick Sanwikarja and Hasso Schaap en de Amerikaanse hoogleraar Clive Dym, auteur van werkjes als ‘Engineering Design’ en ‘Principles of Mathematical Modeling’.
Dym constateerde dat men in Amerikaanse academische kringen nog vaak neerkijkt op de ingenieur. Die wordt gezien als een bekrompen, zielloze engerling, zonder een greintje gevoel voor kunst. “Ingenieurs voelen zich een beetje inferieur, en tegelijkertijd beseffen ze: zonder ons werk zou de maatschappij niet kunnen draaien.”
Een student in het publiek wist te melden dat die minachting voor ingenieurs ook in Nederland bestaat. “Studenten worden gestimuleerd om bÈtavakken te kiezen, maar wie dat doet wordt door iedereen als geek gezien.”
“Shut up, geek!” zou Cartman van ‘South Park’ hardvochtig hebben geblÈrd, maar dit publiek toonde meer beschaving. “Een deel van het probleem is dat ingenieurs vaak niet goed aan de buitenwereld kunnen uitleggen wat ze doen”, meende de student. “Ze verliezen zichzelf in technische details.”
Technologische hoogstandjes populariseren, daar kon Jan Douwe Kroeske over meepraten. “Om de kijker te bereiken moet je als programmamaker het verhaal opnieuw en anders vertellen”, vertelde hij. “En je beperkt je tot de hoogtepunten. Wie compleet probeert te zijn, vergeet dat er een spannend verhaal moet worden verteld.”
Toen zevendejaars Patrick Sanwikarja even later vertelde nog niet te weten wat hij na zijn studie ging doen, reageerde Kroeske met een welgemeend: “Maar dat is helemaal niet slecht!” Kroeske: “Herman Brood zei ooit: dankzij de rock ’n roll heb ik nooit hoeven opgroeien. De TU Delft is ook een fantastische cocon voor creatieve geesten.” Maar, wierp moderator Karin Westerbeek tegen, daarnet had Kroeske nog beweerd dat de universiteit jongeren onvoldoende voorbereidt op de eisen van de maatschappij. Zat daar geen tegenstrijdigheid in? “Yes!” klonk het droogjes uit de mond van Dym. Duidelijk géén Brood-kenner.
Joost Panhuysen
(Foto: Sam Rentmeester/FMAX)
Comments are closed.