Prof.dr. Cees de Bont (40) is benoemd tot decaan van de nieuwe faculteit Industrieel Ontwerpen. U begint op 1 april. Wat doet u nu?”Ik ben hoofd marktonderzoek en strategie bij Philips en ben een dag in de week hoogleraar strategische marketing aan de Vrije Universiteit van Amsterdam.”
Delen
Waarom deze carriÈremove?
“Ik ben begonnen in de academische wereld, in een toegepast vakgebied. Mijn levensmotto is: als je onderzoek doet in een toegepaste wetenschap, moet je ook zelf enige tijd aan de knoppen zitten. Anders ben je niet geloofwaardig. Dat praktijkwerk heb ik de afgelopen tien jaar erg veel gedaan bij Philips. Het is een natuurlijk proces dat je steeds meer van die knoppen afblijft, je gaat meer organiseren en besturen. De TU is een organisatie waar ik veel affiniteit mee heb. De inhoud spreekt me aan, en in maatschappelijke relevantie scoort de TU ook hoog.”
U bent geen onbekende op de TU. In 1992 promoveerde u bij IO op het proefschrift ‘Consumer Evaluations of Early Product-Concepts‘. Hoe is het om weer op de TU te zijn?
“IO bruist van de creativiteit. Ik heb in het verleden met veel plezier bij IO gewerkt. En al ben ik in 1992 vertrokken, je bent nooit helemaal weg. Het is onvergelijkbaar met vroeger. Er zijn veel nieuwe hoogleraren, IO zit in een ander gebouw. Ook in wetenschap en onderwijs zijn diverse slagen gemaakt, het is verder geprofessionaliseerd.”
Wat gaat u als eerste aanpakken?
“Zelf ben ik vooral geïnteresseerd in de toepassing van wetenschappelijke inzichten in concrete innovatiestrategieën, marketingstrategieën en de daarbij behorende productontwerpen. Ik denk een belangrijke rol te kunnen vervullen in de samenwerking tussen universiteit en bedrijfsleven. Ik heb natuurlijk een marketingachtergrond en daar breng ik iets van mee. Vragen als: wat zijn onze competenties, welke zijn relevant voor afnemers, hoe communiceren we die het beste. Om die vragen te beantwoorden moeten keuzes worden gemaakt. We moeten bepalen hoe we gezien willen worden.”
U bent de eerste decaan van de zelfstandige faculteit IO.
“Dat loskomen van werktuigbouwkunde wordt binnen IO als iets fantastisch gezien: eindelijk staat IO weer op eigen benen. Het is natuurlijk prettig om je eigen gezicht te kunnen laten zien. IO is te belangrijk om verpakt te worden in een zusterfaculteit, ze verdient het op eigen benen te staan.”
Wat merken IO-studenten straks van uw aanwezigheid?
Dat is een moeilijke vraag. Je zit als decaan toch met een relatief klein gremium aan tafel. Ik zal dus geen intensief contact hebben met allerlei studenten, wel met hun vertegenwoordigers.”
Cees de Bont (Foto: Nout Steenkamp/FMAX)
U begint op 1 april. Wat doet u nu?
“Ik ben hoofd marktonderzoek en strategie bij Philips en ben een dag in de week hoogleraar strategische marketing aan de Vrije Universiteit van Amsterdam.”
Waarom deze carriÈremove?
“Ik ben begonnen in de academische wereld, in een toegepast vakgebied. Mijn levensmotto is: als je onderzoek doet in een toegepaste wetenschap, moet je ook zelf enige tijd aan de knoppen zitten. Anders ben je niet geloofwaardig. Dat praktijkwerk heb ik de afgelopen tien jaar erg veel gedaan bij Philips. Het is een natuurlijk proces dat je steeds meer van die knoppen afblijft, je gaat meer organiseren en besturen. De TU is een organisatie waar ik veel affiniteit mee heb. De inhoud spreekt me aan, en in maatschappelijke relevantie scoort de TU ook hoog.”
U bent geen onbekende op de TU. In 1992 promoveerde u bij IO op het proefschrift ‘Consumer Evaluations of Early Product-Concepts‘. Hoe is het om weer op de TU te zijn?
“IO bruist van de creativiteit. Ik heb in het verleden met veel plezier bij IO gewerkt. En al ben ik in 1992 vertrokken, je bent nooit helemaal weg. Het is onvergelijkbaar met vroeger. Er zijn veel nieuwe hoogleraren, IO zit in een ander gebouw. Ook in wetenschap en onderwijs zijn diverse slagen gemaakt, het is verder geprofessionaliseerd.”
Wat gaat u als eerste aanpakken?
“Zelf ben ik vooral geïnteresseerd in de toepassing van wetenschappelijke inzichten in concrete innovatiestrategieën, marketingstrategieën en de daarbij behorende productontwerpen. Ik denk een belangrijke rol te kunnen vervullen in de samenwerking tussen universiteit en bedrijfsleven. Ik heb natuurlijk een marketingachtergrond en daar breng ik iets van mee. Vragen als: wat zijn onze competenties, welke zijn relevant voor afnemers, hoe communiceren we die het beste. Om die vragen te beantwoorden moeten keuzes worden gemaakt. We moeten bepalen hoe we gezien willen worden.”
U bent de eerste decaan van de zelfstandige faculteit IO.
“Dat loskomen van werktuigbouwkunde wordt binnen IO als iets fantastisch gezien: eindelijk staat IO weer op eigen benen. Het is natuurlijk prettig om je eigen gezicht te kunnen laten zien. IO is te belangrijk om verpakt te worden in een zusterfaculteit, ze verdient het op eigen benen te staan.”
Wat merken IO-studenten straks van uw aanwezigheid?
Dat is een moeilijke vraag. Je zit als decaan toch met een relatief klein gremium aan tafel. Ik zal dus geen intensief contact hebben met allerlei studenten, wel met hun vertegenwoordigers.”
Cees de Bont (Foto: Nout Steenkamp/FMAX)
Comments are closed.