Wetenschap
Dreamteam

Hoe (over)leef je op de maan? Space Oasis ontwierp een antwoord

Het gloednieuwe studententeam Space Oasis werkte het afgelopen jaar aan een zelfvoorzienende kolonie op de maan. Vrijdag presenteerden de teamleden het eerste ontwerp.

Het ontwerp van Space Oasis. Aan de binnenkant van de dikke wanden wordt doorlopend een aards jaar- en dagritme gesimuleerd. Je ziet ook de drie aparte achtpersoons-units met daaromheen de rondlopende, hellende paden. Op de units zijn de daktuinen. Helemaal onderaan wordt het voedsel gekweekt. (Foto: Space Oasis)

Stel je voor dat je met drieëntwintig anderen opgesloten zit in een koepel met een doorsnede van 45 meter. Vijf jaar lang, of zelfs tien. Zelden kom je buiten. De zwaartekracht is slechts een zesde van wat je gewend bent. Buiten wisselen twee weken nacht en twee weken dag elkaar af. Je vrienden en familie zitten 385 duizend kilometer verderop. Zij zijn op aarde, jij op de maan.

Klinkt niet heel aantrekkelijk. Dus zocht studententeam Space Oasis vooral naar manieren om niet alleen te óverleven, maar ook een beetje lekker te léven op de maan toen ze aan het begin van dit jaar van start gingen. Het idee kwam van oprichter Marit de Vegt (master bouwkunde), die lang en hard lobbyde om ruimte-architectuur in de Dream Hall te krijgen.

Haar inspanningen werden beloond met een tweejarig contract voor het team, dat dit jaar uit twintig studenten bestond. Onder hen niet alleen TU’ers, maar ook hogescholers. Ook in de gelederen: een geneeskundestudent (Universiteit van Amsterdam) en een geesteswetenschapper (Universiteit Leiden).

Vogelnest

Het eerste ontwerp dat de koker van het interdisciplinaire team rolt ziet eruit als een grote, grijze bol. Een vogelkenner kan er het nest van de rosse ovenvogel in herkennen, dat als inspiratie diende. De wanden, door robots opgetrokken uit maanregoliet, zijn vier meter dik.

Die dikte is noodzakelijk om te straling tegen te houden, vertelt Tom van Beek (bachelor bouwkunde). Hij is lead architect van het team en werkte het afgelopen jaar fulltime aan het ontwerp. Zonder die bescherming zouden de bewoners binnen enkele weken sterven aan stralingsziekte, legt hij uit. En dan staat de bol nog op de noordpool van de maan, waar de omstandigheden net iets minder erbarmelijk zijn dan op de rest van het hemellichaam.

In het plan van Space Oasis zijn die bewoners vierentwintig astronauten die naar de maan zijn gekomen voor onderzoek. Van Beek: “Dat aantal komt voort uit de sociologie. Die groep kan zichzelf organiseren zonder formele leider.” De studenten werkten de plannen voor één zo’n groep helemaal uit. Maar het is uit te breiden, zegt Van Beek. “Je kunt een heel dorp maken door meer van deze bollen bij elkaar te zetten. Dan kunnen de bewoners samenwerken en elkaar bijstaan.”

previous arrowprevious arrow
next arrownext arrow
 
Aards ritme

Om te voorkomen dat de astronauten binnen enkele weken gillend gek worden, bedacht het team allerlei slimmigheden. Zo kijken de bewoners binnen niet tegen een kleurloze wand aan, maar worden daar doorlopend beelden op geprojecteerd. Op die manier simuleert het team een aards dag- en nachtritme, evenals de vier seizoenen. Zo lijkt het alsof ze buiten zijn.

Het ‘binnen’ bestaat uit drie units, elk bedoeld voor acht mensen. Ook dat aantal komt voort uit de sociologie, zegt Van Beek, het zou een ideale vergadergrootte zijn. Zij hebben ieder een eigen kamer van ongeveer negen vierkante meter en delen daarnaast per twee een badkamer. Elke unit van acht heeft een eigen gemeenschappelijke keuken en woonkamer. Daarnaast delen ze met z’n vierentwintigen een sportzaal, een kantoor en een werkplaats annex laboratorium. Helemaal bovenop kunnen de bewoners zich weer ‘buiten’ wanen – in de daktuinen.

Opvallend detail: tussen de drie units loopt een waterval. Omdat de zwaartekracht slechts een zesde is van die op aarde, vallen de druppels zes keer zo langzaam. Van Beek: “Het herinnert je er eigenlijk constant aan dat je op een ander hemellichaam bent.” De waterval heeft ook een thermisch voordeel, zegt Van Beek. Het water wordt naar buiten gepompt, en daarmee ook de overtollige warmte die de waterval opneemt. Zo blijft het binnen koel.

Zelfvoorzienend

In het ondergrondse deel van de bol is een groot oppervlak gereserveerd voor het verbouwen van voedsel. Als de bewoners een grotendeels plantaardig dieet aanhouden, kunnen zij volledig zelfvoorzienend zijn, legt Van Beek uit. Helemaal plantaardig is het niet: de plantenresten zijn bestemd voor de meelwormen, die op hun beurt een belangrijke eiwitbron zijn voor de astronauten. Door zo veel mogelijk zelf te verbouwen, wil het team bevoorradingsmissies tot een minimum beperken.

Met hun ontwerp doet het team mee aan de jaarlijkse International Architecture and Innovation Competition, georganiseerd door de Jacques Rougerie Foundation in samenwerking met Unesco. Daar maken ze best een kans, denkt Van Beek. “We zijn met een relatief groot team en hebben in mijn ogen heel professioneel werk geleverd.” De competitie staat nog open tot oktober en de prijsuitreiking vindt plaats in december in Parijs. De winnaar krijgt 10 duizend euro.

Zo zou een maandorp met meerdere bollen voor elk 24 personen eruit kunnen zien. (Beeld: Space Oasis)

Staat het ontwerp van de studenten over een paar tientallen jaren dan echt op de maan? Dat is onwaarschijnlijk, weet Van Beek. “Dat komt vooral omdat de kennis zo snel toeneemt. Er komen voortdurende verbeterde ontwerpen.” Desondanks heeft het team geprobeerd zo realistisch mogelijk te ontwerpen. Ze willen een bijdrage leveren aan de ruimte-architectuur, zegt Van Beek. “Wij geloven dat de mens altijd moet ontdekken en verder moet gaan dan de grenzen die we nu kennen. We zijn ervan overtuigd dat dit de vooruitgang in de wetenschap stimuleert.”

Erg dichtbij

Daarnaast kan het volgens Van Beek niet lang meer duren voordat hun toekomstdroom werkelijkheid wordt. NASA wil over twee jaar weer mensen naar de maan sturen en daar rond 2030 zelfs permanent enkele astronauten vestigen. Dus zo vergezocht is hun 24-koppige koepeldorp volgens hem niet: “Wij gaan ervanuit dat een permanente bewoning van de maan erg dichtbij is.”

Wetenschapsredacteur Kim Bakker

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

k.bakker@tudelft.nl

Comments are closed.