Campus

Studeren op afstand

,,Ik mis het contact met mede-studenten. In de eerste weken werd er nog wel veel gechat over de opdrachten op het discussieplatform, maar dat nam snel af”, aldus Guido Op ‘t Root, zesdejaars werktuigbouw.

br />
Op ‘t Root, Jan Paul van Hall en Frank Severens volgen via Internet een cursus projectmanagement aan de University of Wisconsin in Amerika. Begeleider John Stremikis is de grote plas overgestoken om te onderzoeken wat de studenten, zes uit Delft en nog een aantal in Helsinki, van de cursus vinden.

Op ‘t Root heeft al eens organisatiekunde gevolgd, maar Van Hall en Severens, beiden zesdejaars mijnbouw en in de afstudeerfase, volgen de cursus projectmanagement juist omdat zo’n vak bij hun studie ontbreekt. Van Hall: ,,Alleen bepaalde rekengedeeltes kwamen bekend voor van operationele analyse. Het werken via Internet bevalt mij goed, maar dat komt ook omdat het voor mijn studiestijl weinig uitmaakt. Ik heb nooit veel college gelopen.”

De Delftenaren zijn de enige deelnemers die nog enigszins op schema lopen met de cursus. Severens: ,,Het is heel intensief. Elke week moet je veel stof doorlezen en opdrachten inleveren, die dus in Amerika worden nagekeken. Na zeven van de in totaal tien weken lopen wij hier allemaal ongeveer een week achter, de meeste Finse en Amerikaanse studenten zijn echter pas in de derde week.”

De universiteit van Wisconsin biedt al lang cursussen aan via Internet, telefoon, televisie en fax in Amerika, en besloot haar diensten uit te breiden naar Europa. Stremikis: ,,Er was vraag naar onze distance education. En deze uitbreiding is voor ons ook interessant: het gaat om nog grotere afstanden en culturele verschillen spelen nu ook een rol. Tot nu toe zijn mijn bevindingen heel positief, de communicatie verloopt heel goed en de studenten hier zijn erg gemotiveerd en vertellen eerlijk wat ze van de cursus en Internet vinden.”

Mist Op ‘t Root het contact met mede-studenten, ook de anderen vinden het jammer dat je niet weet wat de andere studenten inleveren. Maar over het medium, Internet, komen geen klachten. Van Hall voorziet zelfs een grote toekomst voor Internet en de mijnbouw: ,,Ik ben in Amerika op stage geweest en daar werd via video-conferences vergaderd. Iedereen die meevergaderd, zit achter een pc met een camera op zich gericht. Ben je aan ‘t woord, dan verschijn jij bij iedereen op het scherm. Zo kun je dus vergaderen met mensen die verspreid zitten over honderden kilometers. De mijnwereld bestaat gedeeltelijk uit multinationals die over de hele wereld actief zijn. Met Internet valt er dus ook veel tijd te besparen, vooral als de ontwikkeling zo door gaat.”

Ir. Boy Hendriksen, werkzaam bij Internationale Betrekkingen aan de TU, legt uit waarom de universiteit besloot de cursus aan de Delftse studenten aan te bieden: ,,Wij kregen geld van de Europese Unie om de cursussen te volgen. Europa kan nog veel leren van Amerika wat betreft het gebruik van Internet. Daar zijn ze al veel verder met het onderzoek van demogelijkheden die het medium biedt.”

Het ziet er niet naar uit dat de TU zelf binnenkort een uitgebreid cursuspakket via Internet aanbiedt. Drs. Maarten van de Ven, adviseur voor het computer ondersteund onderwijs aan de TU: ,,Voor de TU is dat niet van belang. Alle studenten wonen nu in Delft en omstreken, ze kunnen dus makkelijk naar de colleges komen. De eerste stappen om iets voor deeltijd- of post-doctoralestudenten te ontwikkelen worden nu wel gezet. Maar meestal haalt de TU buitenlandse studenten nog gewoon naar Nederland.”

De door de TU betaalde lunch, de studenten hebben flink zitten bunkeren, zit erop. Om half vier zullen ze contact maken met Amerika om even te chatten, maar eerst wil Stremikis nog even zijn e-mail bekijken: een paar collega’s schijnen ook in Delft te zitten, misschien wel leuk om ze even op te zoeken.

,,Ik mis het contact met mede-studenten. In de eerste weken werd er nog wel veel gechat over de opdrachten op het discussieplatform, maar dat nam snel af”, aldus Guido Op ‘t Root, zesdejaars werktuigbouw.

Op ‘t Root, Jan Paul van Hall en Frank Severens volgen via Internet een cursus projectmanagement aan de University of Wisconsin in Amerika. Begeleider John Stremikis is de grote plas overgestoken om te onderzoeken wat de studenten, zes uit Delft en nog een aantal in Helsinki, van de cursus vinden.

Op ‘t Root heeft al eens organisatiekunde gevolgd, maar Van Hall en Severens, beiden zesdejaars mijnbouw en in de afstudeerfase, volgen de cursus projectmanagement juist omdat zo’n vak bij hun studie ontbreekt. Van Hall: ,,Alleen bepaalde rekengedeeltes kwamen bekend voor van operationele analyse. Het werken via Internet bevalt mij goed, maar dat komt ook omdat het voor mijn studiestijl weinig uitmaakt. Ik heb nooit veel college gelopen.”

De Delftenaren zijn de enige deelnemers die nog enigszins op schema lopen met de cursus. Severens: ,,Het is heel intensief. Elke week moet je veel stof doorlezen en opdrachten inleveren, die dus in Amerika worden nagekeken. Na zeven van de in totaal tien weken lopen wij hier allemaal ongeveer een week achter, de meeste Finse en Amerikaanse studenten zijn echter pas in de derde week.”

De universiteit van Wisconsin biedt al lang cursussen aan via Internet, telefoon, televisie en fax in Amerika, en besloot haar diensten uit te breiden naar Europa. Stremikis: ,,Er was vraag naar onze distance education. En deze uitbreiding is voor ons ook interessant: het gaat om nog grotere afstanden en culturele verschillen spelen nu ook een rol. Tot nu toe zijn mijn bevindingen heel positief, de communicatie verloopt heel goed en de studenten hier zijn erg gemotiveerd en vertellen eerlijk wat ze van de cursus en Internet vinden.”

Mist Op ‘t Root het contact met mede-studenten, ook de anderen vinden het jammer dat je niet weet wat de andere studenten inleveren. Maar over het medium, Internet, komen geen klachten. Van Hall voorziet zelfs een grote toekomst voor Internet en de mijnbouw: ,,Ik ben in Amerika op stage geweest en daar werd via video-conferences vergaderd. Iedereen die meevergaderd, zit achter een pc met een camera op zich gericht. Ben je aan ‘t woord, dan verschijn jij bij iedereen op het scherm. Zo kun je dus vergaderen met mensen die verspreid zitten over honderden kilometers. De mijnwereld bestaat gedeeltelijk uit multinationals die over de hele wereld actief zijn. Met Internet valt er dus ook veel tijd te besparen, vooral als de ontwikkeling zo door gaat.”

Ir. Boy Hendriksen, werkzaam bij Internationale Betrekkingen aan de TU, legt uit waarom de universiteit besloot de cursus aan de Delftse studenten aan te bieden: ,,Wij kregen geld van de Europese Unie om de cursussen te volgen. Europa kan nog veel leren van Amerika wat betreft het gebruik van Internet. Daar zijn ze al veel verder met het onderzoek van demogelijkheden die het medium biedt.”

Het ziet er niet naar uit dat de TU zelf binnenkort een uitgebreid cursuspakket via Internet aanbiedt. Drs. Maarten van de Ven, adviseur voor het computer ondersteund onderwijs aan de TU: ,,Voor de TU is dat niet van belang. Alle studenten wonen nu in Delft en omstreken, ze kunnen dus makkelijk naar de colleges komen. De eerste stappen om iets voor deeltijd- of post-doctoralestudenten te ontwikkelen worden nu wel gezet. Maar meestal haalt de TU buitenlandse studenten nog gewoon naar Nederland.”

De door de TU betaalde lunch, de studenten hebben flink zitten bunkeren, zit erop. Om half vier zullen ze contact maken met Amerika om even te chatten, maar eerst wil Stremikis nog even zijn e-mail bekijken: een paar collega’s schijnen ook in Delft te zitten, misschien wel leuk om ze even op te zoeken.

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.