Sportschooljongens in zwemvest selecteren aan de poort. Rita Verdonk selecteert aan de poort. Petrus selecteert aan de poort. Nog even en dan selecteren universiteiten ook aan de poort.
Als dat maar goed gaat. De uiterlijke kenmerken en karaktereigenschappen waarop sportschooljongens, Rita Verdonk en Petrus selecteren, doen het ergste vermoeden.
In veel landen selecteren de universiteiten al aan de poort. In Japan, in Engeland, in de Verenigde Staten en in Frankrijk. Dat zijn landen die, misschien niet toevallig, ook een veel gelaagdere sociale structuur kennen dan Nederland. Frankrijk is het meest extreem. Als je daar slaagt voor het toelatingsexamen van de école normale supérieure, dan is je kostje gekocht en hoef je nooit meer te werken. Alle notabelen van het land komen er vandaan: bankiers, wetenschappers, politici, zakenlui. Iedereen kent elkaar, ons kent ons. Een beter recept voor corruptie is er niet. Kennelijk moeten wij daar ook naartoe, dan hebben we straks nooit meer last van bouwfraude.
Maar goed, de politiek is klaar voor selectie aan de poort, dus ontkomen we er toch niet aan. Laten we dan vooral gebruikmaken van de plaatselijke proven best practices op selectiegebied. Delftse studentenverenigingen onderwerpen hun aspirant-leden elk jaar aan een uitgebreid testprogramma. Als de TU dit programma gewoon overneemt, dan komen enkel nog de uiterst getalenteerden door de poort.
Nu selecteren studentenverenigingen voornamelijk op de meer fysiologische talenten die het best tot hun recht komen na de inname van een grote hoeveelheid sterke drank. Zoiets als, pak ‘m beet, het fluiten van het Wilhelmus vanuit je achterste. Strikt genomen zijn dit natuurlijk geen academische vaardigheiden, maar via deze fysiologische test krijgen wij wel het materiaal door de poort waaruit we toekomstige topmanagers kunnen kneden. Daarom lijkt een kleine aanpassing van het curriculum me van pas, om deze meer fysiologische vaardigheden binnen het academisch kader te plaatsen. Als voortaan alle colleges beginnen met het verplicht nuttigen van een fles jonge jenever, waarna de professor aanzet tot een feestelijke samenzang betreffende, bijvoorbeeld, het drielichamenprobleem, dan zal het verwelkte Delftse talent dat nu nog ligt te slapen op de achterste collegebanken, tot grote bloei kunnen worden gebracht.
Robbert Fokkink is universitair docent bij het Delft Institute of Applied Mathematics. Vanaf deze week schrijft hij elke vier weken een column op deze pagina.
Sportschooljongens in zwemvest selecteren aan de poort. Rita Verdonk selecteert aan de poort. Petrus selecteert aan de poort. Nog even en dan selecteren universiteiten ook aan de poort. Als dat maar goed gaat. De uiterlijke kenmerken en karaktereigenschappen waarop sportschooljongens, Rita Verdonk en Petrus selecteren, doen het ergste vermoeden.
In veel landen selecteren de universiteiten al aan de poort. In Japan, in Engeland, in de Verenigde Staten en in Frankrijk. Dat zijn landen die, misschien niet toevallig, ook een veel gelaagdere sociale structuur kennen dan Nederland. Frankrijk is het meest extreem. Als je daar slaagt voor het toelatingsexamen van de école normale supérieure, dan is je kostje gekocht en hoef je nooit meer te werken. Alle notabelen van het land komen er vandaan: bankiers, wetenschappers, politici, zakenlui. Iedereen kent elkaar, ons kent ons. Een beter recept voor corruptie is er niet. Kennelijk moeten wij daar ook naartoe, dan hebben we straks nooit meer last van bouwfraude.
Maar goed, de politiek is klaar voor selectie aan de poort, dus ontkomen we er toch niet aan. Laten we dan vooral gebruikmaken van de plaatselijke proven best practices op selectiegebied. Delftse studentenverenigingen onderwerpen hun aspirant-leden elk jaar aan een uitgebreid testprogramma. Als de TU dit programma gewoon overneemt, dan komen enkel nog de uiterst getalenteerden door de poort.
Nu selecteren studentenverenigingen voornamelijk op de meer fysiologische talenten die het best tot hun recht komen na de inname van een grote hoeveelheid sterke drank. Zoiets als, pak ‘m beet, het fluiten van het Wilhelmus vanuit je achterste. Strikt genomen zijn dit natuurlijk geen academische vaardigheiden, maar via deze fysiologische test krijgen wij wel het materiaal door de poort waaruit we toekomstige topmanagers kunnen kneden. Daarom lijkt een kleine aanpassing van het curriculum me van pas, om deze meer fysiologische vaardigheden binnen het academisch kader te plaatsen. Als voortaan alle colleges beginnen met het verplicht nuttigen van een fles jonge jenever, waarna de professor aanzet tot een feestelijke samenzang betreffende, bijvoorbeeld, het drielichamenprobleem, dan zal het verwelkte Delftse talent dat nu nog ligt te slapen op de achterste collegebanken, tot grote bloei kunnen worden gebracht.
Robbert Fokkink is universitair docent bij het Delft Institute of Applied Mathematics. Vanaf deze week schrijft hij elke vier weken een column op deze pagina.

Comments are closed.