Protest tegen beveiligingsbedrijf G4S via TU

De actievoerders van de stichting Diensten en Onderzoek Centrum Palestina (DOCP) hadden de TU uitgekozen voor de Nederlandse start van een internationale campagne tegen beveiligingsgigant G4S. Dat bedrijf beveiligt volgens DOCP gevangenissen, check points, bedrijven in nederzettingen en de scheidingsmuur in Israël. G4S beveiligt ook gebouwen van de TU.



De internationale G4S-campagne startte in 2011 en is onderdeel van een grotere campagne, die in 2005 begon. Toen riepen 170 Palestijnse maatschappelijke organisaties op tot vreedzaam verzet tegen Israël. Dat verzet bestaat uit ‘boycot, desinvestering en sancties’ en draagt daarom de naam BDS. De actievoerders gaan door ‘totdat Israël haar verplichtingen ten aanzien van de Palestijnen, conform het internationaal recht, nakomt’.



DOCP stelt: “Gezien de betrokkenheid van G4S bij Israëls illegale activiteiten ten aanzien van Palestijnen past het de TU Delft niet met dit bedrijf samen te werken. Extra wrang: in door G4S ‘beveiligde’ Israëlische gevangenissen zitten en zaten een groot aantal Palestijnse studenten en universiteitsmedewerkers opgesloten.” Daarbij komt dat de nederzettingen en de veiligheidsmuur volgens het internationaal recht illegaal zijn.



De actievoerders spraken woensdag onder het toeziend oog van een handvol politieagenten met medewerkers en studenten van de TU. Daarna wilden zij het college van bestuur verrassen met een onaangekondigd bezoek en de overhandiging van een brief en het rapport Who Profits, dat dient als bewijsvoering tegen G4S. Dat lukte niet. De stichting DCOP gaat de brief en het rapport nu opsturen, in de hoop dat de universiteit haar samenwerking met G4S wil heroverwegen.



In een reactie laat een universiteitswoordvoerder weten dat de TU van te voren niet op de hoogte was van de actie. “Er is zonder aankondiging gedemonstreerd en wij hebben daar ruimte aan gegeven. Maar als het gaat over aanbestedingen dan houden wij ons aan nationale en internationale regelgeving voor aanbestedingen. Wij maken daarbij geen politieke afwegingen.” Meer wil de universiteit er niet over kwijt.



De BDS-campagne leidde er eerder toe dat de Universiteit van Oslo haar samenwerking met G4S stopte. In Nederland hebben Jantje Beton en de Voedselbank Utrecht besloten geen donaties meer aan te nemen van het bedrijf.



De woordvoerder van het G4S-hoofdkantoor in Engeland laat via de e-mail weten dat het bedrijf middenin de beëindiging van verschillende contracten in Israël zit. Dan gaat het om contracten voor het onderhoud van materiaal in een Israëlische gevangenis en in een politiekantoor en enkele check points op de Westelijke Jordaanoever. Het duurt tot 2015 voordat die contracten aflopen. G4S doet dit ‘omdat deze contracten niet stroken met onze morele en ethische standaarden’. “We hebben een mensenrechtenbeleid gebaseerd op de VN-richtlijnen over bedrijven en mensenrechten uit 2011’.



Op vragen over de internationaal illegaal verklaarde scheidingsmuur en nederzettingen gaat de woordvoerder gedeeltelijk in. “We leveren diensten aan enkele private bedrijven op de Westelijke Jordaanoever, diensten die de hele gemeenschap ten goede komen. We nemen onze activiteiten constant onder de loep om ons ervan te verzekeren dat ze stroken met onze standaarden, die weer beoordeeld worden door externe partijen, en met onze eigen maatregelen op het gebied van maatschappelijke verantwoordelijkheid.”



Op de vraag of het bedrijf in welke vorm dan ook diensten levert of heeft geleverd aan de afscheidingsmuur, zegt hij: “We onderhouden materieel bij een aantal check points op de Westelijke Jordaanoever. Meer niet, en dit contract houdt in 2015 op. Waar die check points precies staan, weet ik niet. We ‘beveiligen’ de afscheidingsmuur niet, zoals u in uw vraag stelde.” Hij zegt dat het niet mogelijk is om een uitgebreid overzicht te geven van welk werk G4S na 2015 wel zal uitvoeren in Israël. G4S staat open voor een gesprek met de TU over het onderwerp.



Lees ook: ‘Druk TU op G4S kan Israel veranderen’