Customize Consent Preferences

We use cookies to help you navigate efficiently and perform certain functions. You will find detailed information about all cookies under each consent category below.

The cookies that are categorized as "Necessary" are stored on your browser as they are essential for enabling the basic functionalities of the site. ... 

Always Active

Necessary cookies are required to enable the basic features of this site, such as providing secure log-in or adjusting your consent preferences. These cookies do not store any personally identifiable data.

No cookies to display.

Functional cookies help perform certain functionalities like sharing the content of the website on social media platforms, collecting feedback, and other third-party features.

No cookies to display.

Analytical cookies are used to understand how visitors interact with the website. These cookies help provide information on metrics such as the number of visitors, bounce rate, traffic source, etc.

No cookies to display.

Performance cookies are used to understand and analyze the key performance indexes of the website which helps in delivering a better user experience for the visitors.

No cookies to display.

Advertisement cookies are used to provide visitors with customized advertisements based on the pages you visited previously and to analyze the effectiveness of the ad campaigns.

No cookies to display.

Education

Oermannelijke hilariteit

Na de overwinning van Nuna 2, ballen Delftse studenten in vervoering hun vuisten. Ze hebben gewonnen! Een oermannelijk gebaar, meent dr.ir. Wim Thijs van de faculteit 3mE tijdens zijn lezing over de verschillen tussen man en vrouw voor Studium Generale.

br />
“Zie je hoe blij ze zijn? Met een beker!” Die beker, zo leert hij zijn publiek, is een substituut. Vroeger was de man jager en ving hij een hert. Dat gebeurt nu zelden, maar de zoektocht naar prooien en buit raast onverminderd door het mannelijke bloed. De studenten van de Nuna zijn daar een ultiem voorbeeld van: hun hert is de trofee.

De man is nog altijd een jager en de vrouw een sprokkelaar, is de stelling van Thijs. Mannen komen van Mars en vrouwen van Venus. Die stelling, al zo oud als de weg naar Rome, wil hij met wetenschappelijke feiten onderstrepen.

Vrouwen verzamelden vroeger besjes, kookten, zorgden voor hun kroost en kwebbelden ondertussen met vriendinnen. En dat allemaal tegelijk. De man ging op jacht en moest heel stil zijn, om beesten niet weg te jagen. Nog steeds gebruikt een man daarom maar tweeduizend woorden per dag, tegenover zevenduizend voor een vrouw. Een man kan zich buitengewoon goed focussen en zijn ruimtelijk inzicht is voortreffelijk, omdat hij altijd de weg moet kunnen terugvinden. Zo zitten wij mannen, biologisch, nog steeds in elkaar, aldus Thijs. Alleen de wereld om ons heen is veranderd.

Thijs laat een plaatje van een enorme kast zien, vol met schoenen. “Hier zien we dus de vrouw als sprokkelaar”, zegt hij tot grote hilariteit van de zaal. En alle vrouwen die klungelen met plattegronden steekt Thijs een hart onder de riem: “Jullie hadden als sprokkelaars geen ruimtelijk inzicht nodig.”

Het publiek lacht om de herkenning. Maar dan neemt Thijs’ lezing een opzienbarende wending. “Mannen denken in structuren”, zegt hij, “en vrouwen in taal. Daarom zullen er in Delft nooit veel meer vrouwen komen. Dat zal nog wel een miljoen jaar zo blijven.”

Vervolgens somt Thijs een rijtje grootheden op. “Daarom waren grote geesten als Newton, Leonardo da Vinci en Einstein mannen. Hier kunnen vrouwen vrijwel niets tegenover zetten. Mannen kunnen zich langdurig op een ding focussen, zoals Einstein op zijn relativiteitstheorie. Een vrouw kan dat niet, omdat ze sprokkelaar is en alles tegelijk doet.”

De eeuwenlange vrouwenonderdrukking is blijkbaar aan Thijs’ scherpe jagersoog voorbij gegaan. En dat mannen in topfuncties elkaar nog altijd de beste banen toespelen, zegt hem ook niets. Integendeel. Thijs concludeert zelfs: “Positieve discriminatie is onzin. Schoenmaker blijf bij je leest.” Eens een sprokkelaar, altijd een sprokkelaar.

Een oermannelijk standpunt van een jager in mannenbolwerk Delft. Na de lezing blijft daarom de prangende vraag: hoe anders zou deze lezing zijn geweest als ze door een vrouw was gegeven?

Robert Visscher

Na de overwinning van Nuna 2, ballen Delftse studenten in vervoering hun vuisten. Ze hebben gewonnen! Een oermannelijk gebaar, meent dr.ir. Wim Thijs van de faculteit 3mE tijdens zijn lezing over de verschillen tussen man en vrouw voor Studium Generale.

“Zie je hoe blij ze zijn? Met een beker!” Die beker, zo leert hij zijn publiek, is een substituut. Vroeger was de man jager en ving hij een hert. Dat gebeurt nu zelden, maar de zoektocht naar prooien en buit raast onverminderd door het mannelijke bloed. De studenten van de Nuna zijn daar een ultiem voorbeeld van: hun hert is de trofee.

De man is nog altijd een jager en de vrouw een sprokkelaar, is de stelling van Thijs. Mannen komen van Mars en vrouwen van Venus. Die stelling, al zo oud als de weg naar Rome, wil hij met wetenschappelijke feiten onderstrepen.

Vrouwen verzamelden vroeger besjes, kookten, zorgden voor hun kroost en kwebbelden ondertussen met vriendinnen. En dat allemaal tegelijk. De man ging op jacht en moest heel stil zijn, om beesten niet weg te jagen. Nog steeds gebruikt een man daarom maar tweeduizend woorden per dag, tegenover zevenduizend voor een vrouw. Een man kan zich buitengewoon goed focussen en zijn ruimtelijk inzicht is voortreffelijk, omdat hij altijd de weg moet kunnen terugvinden. Zo zitten wij mannen, biologisch, nog steeds in elkaar, aldus Thijs. Alleen de wereld om ons heen is veranderd.

Thijs laat een plaatje van een enorme kast zien, vol met schoenen. “Hier zien we dus de vrouw als sprokkelaar”, zegt hij tot grote hilariteit van de zaal. En alle vrouwen die klungelen met plattegronden steekt Thijs een hart onder de riem: “Jullie hadden als sprokkelaars geen ruimtelijk inzicht nodig.”

Het publiek lacht om de herkenning. Maar dan neemt Thijs’ lezing een opzienbarende wending. “Mannen denken in structuren”, zegt hij, “en vrouwen in taal. Daarom zullen er in Delft nooit veel meer vrouwen komen. Dat zal nog wel een miljoen jaar zo blijven.”

Vervolgens somt Thijs een rijtje grootheden op. “Daarom waren grote geesten als Newton, Leonardo da Vinci en Einstein mannen. Hier kunnen vrouwen vrijwel niets tegenover zetten. Mannen kunnen zich langdurig op een ding focussen, zoals Einstein op zijn relativiteitstheorie. Een vrouw kan dat niet, omdat ze sprokkelaar is en alles tegelijk doet.”

De eeuwenlange vrouwenonderdrukking is blijkbaar aan Thijs’ scherpe jagersoog voorbij gegaan. En dat mannen in topfuncties elkaar nog altijd de beste banen toespelen, zegt hem ook niets. Integendeel. Thijs concludeert zelfs: “Positieve discriminatie is onzin. Schoenmaker blijf bij je leest.” Eens een sprokkelaar, altijd een sprokkelaar.

Een oermannelijk standpunt van een jager in mannenbolwerk Delft. Na de lezing blijft daarom de prangende vraag: hoe anders zou deze lezing zijn geweest als ze door een vrouw was gegeven?

Robert Visscher

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.