Een samenleving die vergrijst moet studenten aanmoedigen en zeker geen drempels voor hen opwerpen. Dat is de belangrijkste boodschap van de ‘strategische agenda’ van het ISO.
Het Interstedelijk Studenten Overleg ISO heeft minister Van Engelshoven de loef afgestoken. De verschijning van de Strategische Agenda Hoger Onderwijs, waarin de minister van onderwijs het beleid voor de komende jaren uiteenzet, is met een half jaar uitgesteld. Vanwege de ingewikkelde herziening van het bekostigingsstelsel heeft ze meer tijd nodig, tot teleurstelling van de Tweede Kamer.
Het ISO besloot het niet af te wachten, zegt voorzitter Tom van den Brink. “We wilden de minister een voorzet geven die als leidraad voor haar eigen agenda kan dienen.”
Barrières
De Nederlandse kenniseconomie moet het volgens het ISO hebben van goed opgeleide en breed ontwikkelde werknemers. “Studenten zijn ambitieus”, stelt Van den Brink, “en er wordt vanuit de samenleving veel druk op hen uitgeoefend om een stapje extra te zetten. Dat lukt niet altijd, want diezelfde samenleving werpt vreemd genoeg ook allerlei barrières op, waardoor de ruimte voor ontwikkeling steeds beperkter wordt.”
Het verdwijnen van de basisbeurs, het almaar stijgende collegegeld, de hoge kamerhuren en de dreigende renteverhoging op studieschulden zijn voorbeelden van zulke barrières die ook nog eens voor extra stress zouden zorgen. “Steeds meer studenten hebben bijbaantjes, vaak uit angst dat ze een te hoge studieschuld opbouwen. Dat gaat ten koste van hun opleiding en van activiteiten naast de studie die belangrijk zijn voor hun cv.”
Het ISO pleit daarom voor herinvoering van de basisbeurs, en voor het breder toekennen en verhogen van de aanvullende beurs. “Ook studenten uit gezinnen met middeninkomens kunnen er dan gebruik van maken.”
Bsa
Net als minister Van Engelshoven vindt het ISO de norm voor het bindend studieadvies aan eerstejaars gemiddeld te streng. “Ik geloof niet dat een arts, een ingenieur of een advocaat later minder goed is in zijn vak omdat hij in het eerste jaar een paar punten heeft gemist”, zegt Van den Brink.
Het volledig afschaffen van het bsa hoeft niet van het ISO. “Maar leg de lat niet te hoog en geef eerstejaars meer ruimte. Wat heeft het voor zin om ze na een jaar opnieuw te laten beginnen bij een andere instelling? Dat is verspilling van talent! Geef eerstejaars liever wat extra aandacht, informeer hoe het met ze gaat, motiveer ze, maar maak ook duidelijk dat ze mogen falen.”
Het ISO is blij dat het op dit punt een bondgenoot heeft aan de minister. Van den Brink: “Ze toont lef door te zeggen dat studenten meer lucht moeten krijgen. Daar is maatwerk voor nodig en niet een massaal systeem waarin het kaf van het koren wordt gescheiden.”
Selectie
Een andere horde voor studenten is de “wildgroei” aan selectiemethoden in het hoger onderwijs. “Dat leidt niet tot een betere match tussen student en opleiding.” Critici geloven überhaupt niet dat selectie aan de poort werkt. Ook regeringspartij D66 (“niet kloten maar loten”) pleit voor terugkeer van de centrale loting.
Maar het ISO heeft de moed nog niet opgegeven. Van den Brink: “Als de selectiemethode goed is, komen studenten vaker op de juiste plek terecht dan bij loting. Wij vinden proefstuderen een goede optie, want dan kunnen studiekiezers uitgebreid kennismaken met een opleiding. Als je hun vervolgens een eindtoets afneemt, kun je als opleiding aardig inschatten of ze geschikt zijn.”
Verlengde studieduur?
Ook ouderejaars moeten als het aan het ISO ligt meer “ademruimte” krijgen. “Wie een bestuursfunctie heeft of een semester in het buitenland studeert – zaken die werkgevers belangrijk vinden op een cv – doet dat nu gewoonlijk buiten het curriculum. Dat geldt ook voor stages van universitaire studenten. Ze doen daardoor langer over hun studie en bouwen een hogere schuld op.”
Moet de studieduur niet worden verlengd als studenten meer ruimte en aandacht krijgen? “Dat zou uiteindelijk het resultaat kunnen zijn van alles wat we bepleiten. Maar het gevaar is dat dit ook studenten meer geld kan gaan kosten. Want een extra studiejaar betekent dat je later op de arbeidsmarkt komt en een grotere schuld opbouwt. Bovendien heb je ook studenten die liever zo snel mogelijk afstuderen en die wil je niet de dupe laten zijn. Dat is een spanningsveld, dus vandaar dat we een langere studieduur niet in onze agenda hebben opgenomen.”
HOP, Hein Cuppen
Do you have a question or comment about this article?
redactie@hogeronderwijspersbureau.nl
Comments are closed.