Als het aan TU-studenten ligt, wordt D66 de grootste partij. Medewerkers kiezen juist overtuigend voor GroenLinks, blijkt uit een peiling van Delta.
Aan de online peiling, die van 2 tot en met 8 maart werd gehouden, deden 438 studenten en 154 medewerkers mee. Van alle deelnemers zegt bijna zestig procent al zeker te weten naar welke partij of zelfs welke kandidaat diens stem gaat.
Onder studenten is D66 met 19,56% van de stemmen de grootste, op de voet gevolgd door GroenLinks (17,78%), VVD (17,33%) en nieuwkomer Volt (16,44%). Medewerkers kiezen overtuigend voor GroenLinks (29,11%). D66 (13,92%), VVD en PvdA (beiden 8,86%) volgen op flinke afstand.
Blanco stemmen
Bijna 40 procent van de deelnemers twijfelt nog tussen twee of meerdere partijen. Onder deze zwevende kiezers worden D66 (23%), Volt (18%) en GroenLinks (18%) het vaakst genoemd.
Student Nezaam Akbari (Civiele Techniek & Geowetenschappen) is zo’n zwevende kiezer. “Ik twijfel tussen PvdA, VVD of blanco stemmen”, vertelt hij. “En ja, ik weet dat het vreemd klinkt”, voegt hij meteen toe. Van huis uit is Akbari gewend om PvdA te stemmen. “Mijn familie is vrij links.” Maar sinds het uitbreken van de coronacrisis voelt hij ook wel wat voor de VVD. Of liever gezegd, voor Mark Rutte. “Het programma van de VVD spreekt me niet aan, maar ik vind Rutte een goede premier. Vooral bij het nemen van coronamaatregelen staat hij stevig in zijn schoenen. Hij luistert niet te veel naar schreeuwers of relschoppers.” En die blanco stem? “Eigenlijk is er geen enkele partij waar ik me echt in herken. Maar ik vind het wel belangrijk om naar het stemhokje te gaan.”
Akbari is daarin niet alleen, ook een andere respondent vulde in blanco te willen stemmen. Vier deelnemers lieten weten helemaal niet te gaan stemmen, een reden daarvoor gaven ze niet.
Thema’s
Hoewel politieke campagnes dit jaar worden overschaduwd door de coronacrisis, is deze pandemie voor de TU-gemeenschap geen zwaarwegend thema. Klimaat, hoger onderwijs en Europa zijn dat wel.
Medewerker Tineke Hoogeboom van het Universiteitsfonds lijkt aardig representatief voor de keuzes van de TU-gemeenschap. Thema’s als klimaat en duurzaamheid zijn voor haar enorm belangrijk. Zonder de coronacrisis was het klimaat hét thema van de verkiezingen geweest”, meent ze. Hoogeboom is al jaren vegetariër. “Als het aan mij ligt, komt er een einde aan de bio-industrie. Ook iets doen tegen onnodig gebruik van plastic vind ik belangrijk.”
Hoogeboom vindt dat stemgerechtigden dit jaar echt wat te kiezen hebben. “Neem alleen die kleine partijen al. Forum voor Democratie is uiteengevallen in splinterpartijen. En Volt doet dit keer voor het eerst mee aan de landelijke verkiezingen.”
Die versplintering komt ook duidelijk uit de peiling naar voren. Want vertalen we de stemmen naar fictieve zetels, dan nemen volgens medewerkers zeventien partijen zitting in het parlement. Studenten helpen zelfs negentien verschillende partijen aan een of meer zetels.
Verder valt op dat Forum voor Democratie het goed doet onder studenten, terwijl de partij bij medewerkers juist onderaan de lijst bungelt. Datzelfde geldt voor de SGP. Meerdere studenten zeggen op de partij te willen stemmen, van medewerkers krijgt de partij geen enkele stem. Een mogelijke verklaring is dat ‘nieuwe conservatieven’ volgens Europees onderzoek vaker jong, rechts en hoogopgeleid zijn.
Andere studentensteden
In verschillende studentensteden voerden hogeronderwijsmedia een vergelijkbare peiling uit. Dat levert opvallende verschillen op. In Utrecht en Groningen is GroenLinks, net als in Delft, de grote winnaar. Maar de uitkomsten in Rotterdam, waar D66 de grootste is, lijken ook erg op die in Delft. Het opvallendste resultaat is te vinden in Enschede: daar komt nieuwkomer Volt als grootste uit de bus.
Klimaat blijkt net als in Delft het belangrijkste verkiezingsthema onder studenten en medewerkers van de gepeilde universiteiten. Ook hoger onderwijs, Europa en wonen worden in de andere deelnemende steden als belangrijke thema’s gezien.
Stemlokaal
Of de peiling representatief is voor de rest van Nederland weten we na woensdag 17 maart, zodra alle stemmen zijn geteld. Door corona zijn die stemmogelijkheden dit jaar uitgebreid. Zo zijn stembussen al op maandag 15 en dinsdag 16 maart open voor kiezers die als gevolg van het coronavirus tot de risicogroepen behoren. In Delft kan op woensdag 17 maart op meer locaties worden gestemd dan voorgaande verkiezingen. Bijzondere stemlokalen vind je dit jaar onder meer in de sociëteit van Virgiel, de Nieuwe Kerk, de Oude Kerk, het Rietveldtheater en op de campus in de TU Aula.
Medewerker Hoogeboom stemt dit jaar niet op de campus, maar in haar woonplaats Leiden. “Mijn dochter is dit jaar voor het eerst stemgerechtigd dus we gaan samen naar het stemlokaal. Wat zij gaat stemmen? Ze is nog aan het zweven.”
Verantwoording
592 studenten en medewerkers namen tussen 2 maart en 8 maart deel aan de verkiezingspeiling van Delta. Van alle deelnemers zijn 438 als studenten verbonden aan de TU en 154 als medewerker. 66,72 procent van de respondenten is man.
Deelnemers is gevraagd of ze al zeker wisten wat ze gingen stemmen en op welke partij dat was, tussen welke partijen de twijfelaars twijfelden en welke thema’s een rol spelen bij het maken van een keuze. Respondenten zijn via verschillende digitale kanalen benaderd, te weten: onze website, Twitter, LinkedIn, Facebook en Instagram. Hierdoor bestaat het risico dat alleen studenten en medewerkers die geïnteresseerd zijn in politiek, de enquête hebben ingevuld.
Voor deze enquête is gerekend met een groep van 25 duizend studenten en 7 duizend medewerkers. Om statistisch relevante resultaten te werven moet de steekproefgrootte met een foutmarge van 4 procent en een betrouwbaarheidsniveau van 95 procent, uit tenminste 590 respondenten bestaan. Met 592 respondenten voldoet deze enquête aan de eis. Verlagen we de foutenmarge echter naar twee procent, dan is de vereiste steekproefgrootte 2234 respondenten en komt deze enquête een flink aantal respondenten tekort.
Comments are closed.