,,Toen ik afgelopen februari met min tien graden achter op de tractor zat, dacht ik wel eens: ‘Waar ben je aan begonnen, joh!’ Maar ik pas me gelukkig snel aan.
Het is gewoon een kwestie van wennen, hoewel ik nog regelmatig verkouden ben.”
De 32-jarige Harold Bosman werkte al ruim zeven jaar bij de Fotografische Dienst van de TU, toen hij begin dit jaar de overstap maakte naar de dienst Groenvoorzieningen. Een opmerkelijke switch, vonden velen in zijn directe omgeving. ,,Mijn vriendin stond me áán te kijken toen ik het haar vertelde; je zág haar denken… En mijn moeder had ook haar bedenkingen. Ze zag me de hele dag al op zo’n schoffel hangen.”
,,Veel reacties die ik kreeg waren een beetje lacherig. Op het werk van de dienst Groenvoorzieningen wordt nogal eens neergekeken. Ten onrechte, denk ik. Er wordt hier ontzettend veel goed werk verricht. Kijk maar eens om je heen als je door de TU-wijk rijdt: de bomen zijn gesnoeid, bladeren geharkt en nu in het voorjaar zijn er weer bloemen geplant. Daardoor ziet het er altijd netjes uit. Maar dat valt niet iedereen op.”
Zo’n acht jaar geleden trad Harold Bosman in dienst van de TU. Zijn vader werkte toen bij de bibliotheek en tipte hem. Via wat tijdelijke baantjes bij verschillende faculteiten kwam hij bij de Fotografische Dienst terecht. Daar kreeg hij tenslotte een vaste aanstelling als algemeen medewerker, een soort manusje-van-alles.
Bosman: ,,Iemand noemde mij daar wel eens de ‘vliegende kiep’. Ik deed van alles: archiveren, dia’s nummeren, bestellingen klaarmaken, afleveren, noem maar op. En veel vrijheid, hè; ik had daar een eigen kamer. Op mijn deur hing een bordje ‘Hoofd Afdeling Afwerking’. Dat was een geintje natuurlijk, want ik werkte daar maar in m’n eentje. Maar zo kon ik wel mijn eigen tijd indelen. Als het maar op tijd afkwam.”
Totdat de TU besloot om veel werk van de Fotografische Dienst uit te besteden. Daarmee kwam de baan van Harold Bosman op de tocht te staan. Er werd naarstig gezocht naar vervangend werk. ,,Ik mocht achter zo’n moderne kopieermachine gaan staan”, zegt Bosman. ,,Daar heb ik over na moeten denken. Niets negatiefs over dat werk, hoor, maar ik was gewend om losse klusjes te doen, en achter zo’n machine ben je toch behoorlijk plaatsgebonden. En tegelijk was daar de vacature bij de dienst Groenvoorzieningen. Ik heb toen binnen twee, drie weken de beslissing genomen om naar de tuindienst te gaan.”
Op een donderdag hield hij op met werken bij de Fotografische Dienst, en op vrijdag fietste hij gewoon naar zijn nieuwe baan. Bij de dienst Groenvoorzieningen verricht Bosman ook allerhande werkzaamheden. Dat betekent niet alleen snoeien of bladeren harken, maar ook hout ophalen, afvalbakken legen, viooltjes planten en ‘koffiedrab’ ophalen bij de faculteiten. Veel lichamelijk werk dus, en in de buitenlucht.
Dat leverde hem in het begin nog regelmatig spierpijn op. En een verhoogde eetlust. Maar dat lost hij eenvoudig op door,,eens wat vaker een broodje kroket te nemen”.
Zowel de Fotografische Dienst als de dienst Groenvoorzieningen vallen onder het Facilitair Bedrijf. Toch merkt Bosman dat er verschil is in cultuur tussen de twee diensten. ,,Bij de Fotografische Dienst dronken we met z’n allen in één kamer koffie. Er werd veel over voetbal gepraat. En natuurlijk over het werk. Er lagen altijd wel bladen over fotografie. Man, het leek soms wel werkoverleg tijdens de koffie. Dat is bij de Groenvoorziening heel anders. ‘s Ochtends ga je met z’n tweeën op pad. Koffie drinken en lunchen doe je in de kantine die op dat moment het dichtst bij is. Ik ken al die kantines nu dus ook uit m’n hoofd. Maar je ziet je collega’s wel veel minder.”
Het afscheid van de Fotografische Dienst is niet definitief, volgens Bosman. Nog regelmatig komt hij zijn fotorolletjes afleveren bij zijn oude collega’s. Die zitten nu op de nieuwe locatie, bij de drukkerij. ,,Misschien is dat maar goed ook”, meent Bosman. ,,Wanneer ik een paar maanden geleden terug ging, zag ik mijn oude werkplek weer en de dingetjes die daar bij horen. Nu ze op de nieuwe locatie zitten is het voor mij allemaal onbekend geworden. En dat maakt het afscheid wat gemakkelijker te accepteren.”
,,Toen ik afgelopen februari met min tien graden achter op de tractor zat, dacht ik wel eens: ‘Waar ben je aan begonnen, joh!’ Maar ik pas me gelukkig snel aan. Het is gewoon een kwestie van wennen, hoewel ik nog regelmatig verkouden ben.”
De 32-jarige Harold Bosman werkte al ruim zeven jaar bij de Fotografische Dienst van de TU, toen hij begin dit jaar de overstap maakte naar de dienst Groenvoorzieningen. Een opmerkelijke switch, vonden velen in zijn directe omgeving. ,,Mijn vriendin stond me áán te kijken toen ik het haar vertelde; je zág haar denken… En mijn moeder had ook haar bedenkingen. Ze zag me de hele dag al op zo’n schoffel hangen.”
,,Veel reacties die ik kreeg waren een beetje lacherig. Op het werk van de dienst Groenvoorzieningen wordt nogal eens neergekeken. Ten onrechte, denk ik. Er wordt hier ontzettend veel goed werk verricht. Kijk maar eens om je heen als je door de TU-wijk rijdt: de bomen zijn gesnoeid, bladeren geharkt en nu in het voorjaar zijn er weer bloemen geplant. Daardoor ziet het er altijd netjes uit. Maar dat valt niet iedereen op.”
Zo’n acht jaar geleden trad Harold Bosman in dienst van de TU. Zijn vader werkte toen bij de bibliotheek en tipte hem. Via wat tijdelijke baantjes bij verschillende faculteiten kwam hij bij de Fotografische Dienst terecht. Daar kreeg hij tenslotte een vaste aanstelling als algemeen medewerker, een soort manusje-van-alles.
Bosman: ,,Iemand noemde mij daar wel eens de ‘vliegende kiep’. Ik deed van alles: archiveren, dia’s nummeren, bestellingen klaarmaken, afleveren, noem maar op. En veel vrijheid, hè; ik had daar een eigen kamer. Op mijn deur hing een bordje ‘Hoofd Afdeling Afwerking’. Dat was een geintje natuurlijk, want ik werkte daar maar in m’n eentje. Maar zo kon ik wel mijn eigen tijd indelen. Als het maar op tijd afkwam.”
Totdat de TU besloot om veel werk van de Fotografische Dienst uit te besteden. Daarmee kwam de baan van Harold Bosman op de tocht te staan. Er werd naarstig gezocht naar vervangend werk. ,,Ik mocht achter zo’n moderne kopieermachine gaan staan”, zegt Bosman. ,,Daar heb ik over na moeten denken. Niets negatiefs over dat werk, hoor, maar ik was gewend om losse klusjes te doen, en achter zo’n machine ben je toch behoorlijk plaatsgebonden. En tegelijk was daar de vacature bij de dienst Groenvoorzieningen. Ik heb toen binnen twee, drie weken de beslissing genomen om naar de tuindienst te gaan.”
Op een donderdag hield hij op met werken bij de Fotografische Dienst, en op vrijdag fietste hij gewoon naar zijn nieuwe baan. Bij de dienst Groenvoorzieningen verricht Bosman ook allerhande werkzaamheden. Dat betekent niet alleen snoeien of bladeren harken, maar ook hout ophalen, afvalbakken legen, viooltjes planten en ‘koffiedrab’ ophalen bij de faculteiten. Veel lichamelijk werk dus, en in de buitenlucht.
Dat leverde hem in het begin nog regelmatig spierpijn op. En een verhoogde eetlust. Maar dat lost hij eenvoudig op door,,eens wat vaker een broodje kroket te nemen”.
Zowel de Fotografische Dienst als de dienst Groenvoorzieningen vallen onder het Facilitair Bedrijf. Toch merkt Bosman dat er verschil is in cultuur tussen de twee diensten. ,,Bij de Fotografische Dienst dronken we met z’n allen in één kamer koffie. Er werd veel over voetbal gepraat. En natuurlijk over het werk. Er lagen altijd wel bladen over fotografie. Man, het leek soms wel werkoverleg tijdens de koffie. Dat is bij de Groenvoorziening heel anders. ‘s Ochtends ga je met z’n tweeën op pad. Koffie drinken en lunchen doe je in de kantine die op dat moment het dichtst bij is. Ik ken al die kantines nu dus ook uit m’n hoofd. Maar je ziet je collega’s wel veel minder.”
Het afscheid van de Fotografische Dienst is niet definitief, volgens Bosman. Nog regelmatig komt hij zijn fotorolletjes afleveren bij zijn oude collega’s. Die zitten nu op de nieuwe locatie, bij de drukkerij. ,,Misschien is dat maar goed ook”, meent Bosman. ,,Wanneer ik een paar maanden geleden terug ging, zag ik mijn oude werkplek weer en de dingetjes die daar bij horen. Nu ze op de nieuwe locatie zitten is het voor mij allemaal onbekend geworden. En dat maakt het afscheid wat gemakkelijker te accepteren.”

Comments are closed.