In de tweede serie ‘In Dialoog Met…‘ gaat Jonge Geesten in dialoog met prominenten van de TU Delft, te beginnen met collegevoorzitter Tim van der Hagen. Geen interviews of ondervragingen, maar een tweezijdig gesprek uit nieuwsgierigheid voor elkaars generatie en achtergrond.
Met de dialogen willen we motivaties, gedachten en ideeën achterhalen. Hoe kunnen we de kwaliteiten van de verschillende generaties combineren om het onderwijs te innoveren, onze maatschappij te inspireren en in verbinding te blijven met elkaar? De door ons gebruikte methode is gebaseerd op het begrippenkader van TheoryU.
De nieuwe serie start op een zonnige maandagmorgen op de TU Delft, bij voorzitter van het college van bestuur Tim van der Hagen. Zelfs iets vroeger dan gepland starten TU-student Bern Laninga en organisatieadviseur Carlijn Tempelaars van Jonge Geesten met de vraag of hun gesprekspartner zich wil voorstellen vanuit wie hij écht is, zonder te veel aandacht te besteden aan functies of titels.
De voorzitter van het college van bestuur van de TU Delft begint te vertellen vanaf zijn studietijd. “Wij natuurkundigen gaan heel lang door op de vraag wat de vraag precies is. Als je je dat lang genoeg afvraagt, lost de vraag zich uiteindelijk op. Je stelt je mening als natuurkundige heel lang uit. En tegelijkertijd hebben we ook iets filosofisch, want we willen het fundament begrijpen.”
Na zijn studie in Eindhoven besluit Tim van der Hagen in te gaan op een aanbod van de TU Delft om te promoveren op gebied van kernenergie. Dat is in 1985, wanneer de maatschappelijke discussie over kernenergie een hot topic is. “Ik weet nog goed dat ik tijdens mijn sollicitatie bij zei dat ik hier maximaal vier jaar zou blijven. Want, hoe kun je langer dan vier jaar bij dezelfde club werken?” Het is iets waar Tim van der Hagen nog regelmatig aan terugdenkt. Inmiddels heeft hij iedere wetenschappelijke functie binnen de TU Delft bekleed en wordt hij, naast zijn positie als voorzitter van het college van bestuur, vanaf 1 januari rector magnificus. “Ik ben gewoon een echt universiteitsdier”, concludeert de geboren Tilburger.
De promotie is de mooiste tijd binnen een wetenschappelijke carrière
Een carrière van 32 jaar binnen één universiteit… We vragen Tim van der Hagen om er de periode uit te pakken waar hij de mooiste herinneringen aan bewaart. “De promotietijd is de mooiste tijd. Het is hard werken, maar als je erop terug kijkt zie je dat je een enorme vrijheid had.” Carlijn is geboeid, en vraagt wat Van der Hagen onder vrijheid verstaat. “Je hebt veel invloed op het onderwerp en de vraagstelling. Je reist de wereld over, ontmoet veel wetenschappers, en komt op een gegeven moment tot de ontdekking dat je een expert bent. En je hebt nauwelijks verplichtingen.”
Wij moeten altijd verder kijken dan de overheid en het bedrijfsleven, dat is onze taak
Hoewel een wetenschappelijke carrière binnen één universiteit op papier wat eentonig lijkt, bewijst Tim van der Hagen dat je veel diversiteit kunt geven aan je werkzaamheden. Zo bekleed(de) hij verschillende bestuursfuncties en leidde hij allerlei initiatieven binnen de driehoek wetenschap, innovatie en technologie. Als we Tim van der Hagen vragen naar hoe hij kijkt naar die driehoek en wat hij onder innovatie verstaat, doet hij eerst een stapje terug. “Het is onze taak als universiteit om nieuwe kennis te ontwikkelen en ingenieurs van de toekomst op te leiden. Innovatie is eigenlijk een moment in dat traject. We streven excellentie na die tot impact leidt. Als de uitkomst iets positiefs teweeg brengt, dan is het innovatie.”
We hebben een ‘man on the moon’-project nodig
Tim van der Hagen legt uit dat de overheid een taak heeft om écht te innoveren op gebied van energie. “We hebben radicale innovatie nodig, geen incrementele stappen die de markt op dit moment zet. Er moet een programma komen in plaats van individuele projecten. Met als centrale vraag: hoe ziet onze energiebehoefte eruit over veertig jaar? Wanneer de overheid daar een visie op heeft, kunnen we bepalen welke kennis we vanuit het buitenland nodig hebben en waar we ons in Nederland op willen richten. Maar dat betekent wel dat de overheid keuzes moet durven te maken.”
Ook als je weet wat je níet moet doen, is dat een vorm van innovatie
Radicale innovatie en een ‘man on the moon’-project, dat klinkt ambitieus. We vragen Tim van der Hagen of hij de ingrediënten van succes van zo’n soort programma kan benoemen. “Het begint met de voorkant, de overheid moet vergezichten schetsen waar voldoende invulling aan gegeven kan worden door de wetenschappers. Vervolgens moeten we wetenschappers de tijd gunnen in plaats van ze ieder jaar te vragen ‘hoe ver het ermee staat’. Tenslotte moeten we accepteren dat zo’n programma ook tot andere innovaties kan leiden. Mijn ervaring is dat ieder onderzoek leidt tot meerwaarde.’
Een programma dat Tim van der Hagen graag onder onze aandacht wil brengen is die van de quantumcomputer. Daar werken wetenschappers al in een voorstadium samen met het bedrijfsleven. “Waar er twintig jaar geleden nog stap voor stap werd onderzocht en ontwikkeld, gebeurt dat nu parallel. Van een ketenproces is geen sprake meer”, vertelt hij met gepaste trots.
Tenslotte vragen we naar het verschil tussen studenten van vijftien jaar geleden en nu. “Ik zie enorme verschillen tussen deze verschillende generaties. De student van toen was gedreven door een goede baan, salaris en kansen op de arbeidsmarkt. De student van nu wil een bijdrage leveren aan een betere wereld. Een baan en een salaris volgen daarna.” Tim van der Hagen spreekt Bern aan: “Herken jij jezelf hierin?” Hoewel Bern dit bevestigt, voegt hij er iets fundamenteels aan toe: “Het is wel altijd in combinatie met mijn eigen voorkeuren en kwaliteiten.”
In de vorige ‘In dialoog met…’-serie met iconen uit de bouwsector is het onderwijs regelmatig aan bod gekomen. Met name de steeds meer specialistische insteek ervan, waardoor starters moeite hebben om zich te bewegen binnen bedrijven waar ook andere vaardigheden van ze worden verwacht. Tim van der Hagen voelt zich niet aangesproken: “Delftenaren staan wereldwijd bekend om hun goede educatie. Aan de ene kant omdat ze goed zijn in hun vak en tegelijkertijd omdat ze zichzelf hebben verbreed tijdens hun studie. Je bent, zeker tegenwoordig, nooit uitgeleerd en dus zullen ook werkgevers aandacht moeten blijven besteden aan de ontwikkeling van hun medewerkers.”
Na een zorgvuldig gekozen plek voor de selfie nemen we afscheid van deze, in onze ogen, losse en open bestuurder. Met een inspirerende dialoog én een aantal namen van andere prominenten van de TU Delft voor een volgende dialoog, lopen we de campus weer af. Tim van der Hagen heeft ons bijgebracht dat wetenschappelijk onderwijs aan de basis staat voor innovatie, dat samenwerking met het bedrijfsleven vanaf de start een voorwaarde is voor succes en dat de nieuwe generatie met haar wil om echt impact te kunnen maken ervoor zorgt dat projecten zoals die van de quantumcomputer succesvol zijn. Deze dialoog smaakt naar meer, is de TU Delft er klaar voor?
Deze serie van ‘In dialoog met…’ is een samenwerkingsverband tussen Jonge Geesten en Delta Lab. Jonge Geesten® is expert in generatiemanagement en helpt organisaties om de kennis en ervaring van oudere generaties te verbinden met de ambitie en het onbevangen perspectief van jonge generaties. Delta Lab is de vrijplaats voor producties van studenten en medewerkers van de TU Delft en is onderdeel van Delta.
Carlijn Tempelaars / Jonge Geesten
Comments are closed.