Op de vraag: ‘Wat is architectuur?’ zijn al zoveel verschillende antwoorden gegeven, dat het boek Kaleidoscoop zich daar niet aan waagt. De publicatie, die de bouwkundige studievereniging Stylos uitgeeft in het kader van haar honderdjarige bestaan, biedt daarentegen een groot aantal ideeën en theorieën over de ondefinieerbaarheid van architectuur.
Architectuurtheorieën verschijnen vaak in moeilijk leesbare boeken, waar de lezer tussen veel tekst en vage illustraties moet uitvissen wat architectuur nou eigenlijk is. Dat kan ook anders, dacht de boekcommissie van Stylos in 1994. De vereniging vierde destijds het twintigste lustrum en plande ter ere daarvan twee publicaties. Twee jaar na het eerste boek verscheen onlangs het chic vormgegeven laatste deel.
‘Kaleidoscoop’ geeft in vijf hoofdstukken (zoals ‘architectuur en techniek’ en ‘visioen van de stad’) een beknopte maar heldere weergave van wat er zoal speelt in het architectenwereldje. Elk van de hoofdstukken is verdeeld in interviews, essays, ingezonden stukken en een enquête.
Het hoofdstuk ‘architectuur en techniek’ bevat een aardig essay over de rol die techniek speelt in de hedendaagse architectuur. De uitspraak ‘alles is te maken’ wordt door veel architecten en vormgevers erkend en uitgebuit. Elk materiaal is te vervormen en te manipuleren op de wijze die de ontwerper wenst. Dat de computer daarin een leidende rol speelt, door de mogelijkheden van visualisatie en nauwkeurige berekeningen, moge duidelijk zijn. De in Delft omstreden ‘architectuurgod’ Rem Koolhaas en zijn collega Ben van Berkel zijn duidelijke voorbeelden van designers die de rol van de computer en van de techniek uitbuiten.
In een van de interviews in het boek komt architect Sjoerd Soeters aan het woord. Soeters, bekend van zijn kleurige gebouwen, was een van de begeleiders bij een workshop tijdens het Stylos-jubileum. In het boek geeft hij af op de korte universitaire opleidingen architectuur: ,,Ik vond het prettig om negen jaar te mogen studeren. Je moet in staat zijn om iets wat je leert te laten rijpen. Net als alcohol in een eiken fust.”
Voor de enquêtes werden 160 docenten van de faculteit Bouwkunde gevraagd om een vragenlijst in te vullen – onder meer over het architectuuronderwijs – maar slechts 14 van hen leverden hun antwoorden in. De resultaten ervan zijn dus nauwelijks sprekend voor de faculteit.
Het lustrumboek, met als motto: ‘Overwegingen voor het komende millennium’, is een goed en handzaam achtergrondwerk voor de aankomend architect. De meeste uitspraken in de essays komen weliswaar uit andere boeken, maar ze zijn zo helder opgeschreven dat iedereen er mee uit de voeten kan. Te koop in de Stylos-bookshop, voor 15 gulden.
Op de vraag: ‘Wat is architectuur?’ zijn al zoveel verschillende antwoorden gegeven, dat het boek Kaleidoscoop zich daar niet aan waagt. De publicatie, die de bouwkundige studievereniging Stylos uitgeeft in het kader van haar honderdjarige bestaan, biedt daarentegen een groot aantal ideeën en theorieën over de ondefinieerbaarheid van architectuur.
Architectuurtheorieën verschijnen vaak in moeilijk leesbare boeken, waar de lezer tussen veel tekst en vage illustraties moet uitvissen wat architectuur nou eigenlijk is. Dat kan ook anders, dacht de boekcommissie van Stylos in 1994. De vereniging vierde destijds het twintigste lustrum en plande ter ere daarvan twee publicaties. Twee jaar na het eerste boek verscheen onlangs het chic vormgegeven laatste deel.
‘Kaleidoscoop’ geeft in vijf hoofdstukken (zoals ‘architectuur en techniek’ en ‘visioen van de stad’) een beknopte maar heldere weergave van wat er zoal speelt in het architectenwereldje. Elk van de hoofdstukken is verdeeld in interviews, essays, ingezonden stukken en een enquête.
Het hoofdstuk ‘architectuur en techniek’ bevat een aardig essay over de rol die techniek speelt in de hedendaagse architectuur. De uitspraak ‘alles is te maken’ wordt door veel architecten en vormgevers erkend en uitgebuit. Elk materiaal is te vervormen en te manipuleren op de wijze die de ontwerper wenst. Dat de computer daarin een leidende rol speelt, door de mogelijkheden van visualisatie en nauwkeurige berekeningen, moge duidelijk zijn. De in Delft omstreden ‘architectuurgod’ Rem Koolhaas en zijn collega Ben van Berkel zijn duidelijke voorbeelden van designers die de rol van de computer en van de techniek uitbuiten.
In een van de interviews in het boek komt architect Sjoerd Soeters aan het woord. Soeters, bekend van zijn kleurige gebouwen, was een van de begeleiders bij een workshop tijdens het Stylos-jubileum. In het boek geeft hij af op de korte universitaire opleidingen architectuur: ,,Ik vond het prettig om negen jaar te mogen studeren. Je moet in staat zijn om iets wat je leert te laten rijpen. Net als alcohol in een eiken fust.”
Voor de enquêtes werden 160 docenten van de faculteit Bouwkunde gevraagd om een vragenlijst in te vullen – onder meer over het architectuuronderwijs – maar slechts 14 van hen leverden hun antwoorden in. De resultaten ervan zijn dus nauwelijks sprekend voor de faculteit.
Het lustrumboek, met als motto: ‘Overwegingen voor het komende millennium’, is een goed en handzaam achtergrondwerk voor de aankomend architect. De meeste uitspraken in de essays komen weliswaar uit andere boeken, maar ze zijn zo helder opgeschreven dat iedereen er mee uit de voeten kan. Te koop in de Stylos-bookshop, voor 15 gulden.
Comments are closed.