Onderwijs

Dreiging ‘supertsunami’ blijkt toch reëel

Een vulkaanuitbarsting op La Palma zou volgens een doemscenario een supertsunami veroorzaken die half Europa en Amerika overspoelt. Volgens prof.dr. Jan Nieuwenhuis bestaat de kans op een tsunami inderdaad, maar de vloedgolf zal niet zo groot zijn.

Tijdens een vulkaanuitbarsting op het Canarische eiland La Palma, zal de zuidkant van het eiland in zee storten, zo voorspellen sommige wetenschappers. Dat zou een vloedgolf veroorzaken van honderden meters hoog, die met de snelheid van een vliegtuig de Atlantische oceaan oversteekt. Binnen een paar uur zouden zo de oostkust van de Verenigde Staten en de zuidwestkust van Europa van de kaart worden geveegd.

Na de tsunami in Azië lijkt dit doemscenario actueel. Reden voor emeritushoogleraar waterbouwkunde prof.dr. Jan Nieuwenhuis (faculteit Civiele techniek en Geowetenschappen) om, op verzoek van rector Fokkema, op zoek te gaan naar een wetenschappelijke onderbouwing. Dinsdag presenteerde hij zijn eerste resultaten op het symposium van het Water Research Centre Delft.

Tijdens een uitbarsting, die statistisch gezien ergens in de komende tientallen jaren moet plaatsvinden, kan volgens hem een stuk steen met een lengte van zeven kilometer worden los geduwd en van twee kilometer hoogte de zee in schuiven. In het oorspronkelijke scenario gebeurt dit met een snelheid van bijna vierhonderd kilometer per uur, maar volgens Nieuwenhuis zal de wrijving de schuivende steenmassa afremmen tot ruim honderd kilometer per uur. Het gevolg is toch nog een vloedgolf van ongeveer honderd meter hoog, die zich als een groeiende cirkel over de Atlantische Oceaan verspreidt.

Met een modelstudie onderzocht Nieuwenhuis hoe de ‘supertsunami’ zich zal voortplanten over de oceaan en hij vond verontrustende resultaten. Hij concludeert dat de golf na ongeveer twee uur de Spaanse kust bereikt en dan nog zo’n twee procent van de energie bevat. Dat betekent dat als de vloedgolf bij La Palma honderd meter hoog is, die in Spanje nog twee meter hoog zal zijn. Na zes of zeven uur bereikt de tsunami Amerika met een procent van de energie. Dat zal nog steeds een vloedgolf met een hoogte van een meter veroorzaken.

Deze resultaten had Nieuwenhuis niet verwacht. Nieuwenhuis: “Daar schrik ik van en dat kunnen we niet verwaarlozen.” Hij en zijn collega’s dachten dat de vloedgolf, doordat die zich steeds meer over de oceaan verspreidt, sneller zou uitvlakken. Dit in tegenstelling tot de lijnvormige tsunami bij Sumatra, die werd veroorzaakt door een plaat die over een lengte van honderd kilometer omhoog schoot.

Nieuwenhuis plaatst nog wel vraagtekens bij het uitgangspunt dat een rotsblok van zeven kilometer lang met honderd kilometer per uur in zee kan storten. Daarom zal hij zijn onderzoek vervolgen in samenwerking met collega’s van technische aardwetenschappen. Zij zullen hun aandacht gaan richten op de vulkaan en hoe heftig de uitbarsting kan zijn.

Nieuwenhuis was op een punt wel hoopgevend. “De steile bergtop zal niet door zwaartekracht alleen afbreken, daar is in elk geval een vulkaanuitbarsting bij nodig”, aldus Nieuwenhuis.

Tijdens een vulkaanuitbarsting op het Canarische eiland La Palma, zal de zuidkant van het eiland in zee storten, zo voorspellen sommige wetenschappers. Dat zou een vloedgolf veroorzaken van honderden meters hoog, die met de snelheid van een vliegtuig de Atlantische oceaan oversteekt. Binnen een paar uur zouden zo de oostkust van de Verenigde Staten en de zuidwestkust van Europa van de kaart worden geveegd.

Na de tsunami in Azië lijkt dit doemscenario actueel. Reden voor emeritushoogleraar waterbouwkunde prof.dr. Jan Nieuwenhuis (faculteit Civiele techniek en Geowetenschappen) om, op verzoek van rector Fokkema, op zoek te gaan naar een wetenschappelijke onderbouwing. Dinsdag presenteerde hij zijn eerste resultaten op het symposium van het Water Research Centre Delft.

Tijdens een uitbarsting, die statistisch gezien ergens in de komende tientallen jaren moet plaatsvinden, kan volgens hem een stuk steen met een lengte van zeven kilometer worden los geduwd en van twee kilometer hoogte de zee in schuiven. In het oorspronkelijke scenario gebeurt dit met een snelheid van bijna vierhonderd kilometer per uur, maar volgens Nieuwenhuis zal de wrijving de schuivende steenmassa afremmen tot ruim honderd kilometer per uur. Het gevolg is toch nog een vloedgolf van ongeveer honderd meter hoog, die zich als een groeiende cirkel over de Atlantische Oceaan verspreidt.

Met een modelstudie onderzocht Nieuwenhuis hoe de ‘supertsunami’ zich zal voortplanten over de oceaan en hij vond verontrustende resultaten. Hij concludeert dat de golf na ongeveer twee uur de Spaanse kust bereikt en dan nog zo’n twee procent van de energie bevat. Dat betekent dat als de vloedgolf bij La Palma honderd meter hoog is, die in Spanje nog twee meter hoog zal zijn. Na zes of zeven uur bereikt de tsunami Amerika met een procent van de energie. Dat zal nog steeds een vloedgolf met een hoogte van een meter veroorzaken.

Deze resultaten had Nieuwenhuis niet verwacht. Nieuwenhuis: “Daar schrik ik van en dat kunnen we niet verwaarlozen.” Hij en zijn collega’s dachten dat de vloedgolf, doordat die zich steeds meer over de oceaan verspreidt, sneller zou uitvlakken. Dit in tegenstelling tot de lijnvormige tsunami bij Sumatra, die werd veroorzaakt door een plaat die over een lengte van honderd kilometer omhoog schoot.

Nieuwenhuis plaatst nog wel vraagtekens bij het uitgangspunt dat een rotsblok van zeven kilometer lang met honderd kilometer per uur in zee kan storten. Daarom zal hij zijn onderzoek vervolgen in samenwerking met collega’s van technische aardwetenschappen. Zij zullen hun aandacht gaan richten op de vulkaan en hoe heftig de uitbarsting kan zijn.

Nieuwenhuis was op een punt wel hoopgevend. “De steile bergtop zal niet door zwaartekracht alleen afbreken, daar is in elk geval een vulkaanuitbarsting bij nodig”, aldus Nieuwenhuis.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.