Een appartement met ieder een eigen badkamer, een zwembad in de tuin en een fitnessruimte. En als je wilde, golfles van Mr. Tan. De monden van mijn studiegenoot en mij vielen
Beest als een bus
Mooi weer en interessante tripjes. Dat vindt ir. René Kartodikromo (30), in 2006 afgestudeerd bij L&R, de grootste voordelen van Singapore. Hij kwam acht maanden geleden naar de stad voor het eerste deel van zijn mba-opleiding. Met zijn vriendin woont hij tussen de andere studenten vlakbij zijn school, Insead. “We zitten met zijn alleen in een soort ‘Insead-bubble’. De hele dag studeren we samen en ‘s avonds hebben we feestjes of een barbecue bij het zwembad.”
Vanuit zijn bubble krijgt Kartodikromo toch genoeg mee van de Aziatische cultuur. Vooral door de vele reisjes die hij maakt in de weekends. “Je bent vanaf hier zo in Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië”, somt Kartodikromo op. Dat zal hij gaan missen, als hij in mei naar Frankrijk vertrekt voor het laatste deel van zijn studie.
Van Myanmar was hij nog het meest onder de indruk. “Het is een erg mooi land”, vertelt Kartodikromo. “Je merkt niet veel van het regime, maar ziet wel dat mensen arm zijn en niemand over politiek wil praten.” En ook het weekeinde in de Filippijnen maakte indruk. Kartodikromo kwam in het juiste seizoen en had het geluk twee keer tien minuten mee te zwemmen met een walvishaai, een beest zo groot als een stadsbus.
Gevraagd naar de nadelen van Singapore, noemt hij het vervoer. “Thuis in Amsterdam stapte ik op mijn fiets en was ik snel waar ik moest zijn.” Ook in Singapore is Kartodikromo in het bezit van een fiets, als een van de weinigen in de stad. “Maar het is hier te groot en veel te warm om te fietsen.”
Vreemde luxe
Hier kan ze wel aan wennen, zegt ir. Annemieke van Middelkoop (33) lachend. Ze is sinds drie maanden in Singapore en zit op zondag aan een champagnebrunch in het Fullerton Hotel. Het chique hotel aan de Singapore River serveert iedere zondag een enorm buffet. Van sushi tot scrambled eggs en van Franse kaas tot kreeft. Met onbeperkt champagne.
“Het kwam mooi uit, want we gingen net vóór de winter weg uit Kopenhagen”, vertelt ze. Daar werkten Van Middelkoop, die in Delft technische bestuurskunde studeerde, en haar man voor de Deense transporteur Maersk. “Vorig jaar was de winter wel erg koud en guur.” Dan zit ze liever in de tropen.
Helemaal omdat ze nu niet werkt. Haar Deense zwangerschapsverlof van een jaar loopt in Singapore gewoon door. “Er kwam een heel team uit Kopenhagen hierheen en veel vrouwen werken nog niet”, vertelt ze. Met hen gaat ze naar het strand en de stad in. En wilde ze naar het enorme nieuwe casino, het eerste van Singapore. “Maar we kwamen er niet in omdat mijn zoontje van acht maanden mee was. Minderjarigen mogen niet naar binnen. En regels zijn regels in Singapore.”
Voor haar verlof over is, wil ze wel een nieuwe baan vinden. “Maar het is moeilijk solliciteren met een klein kind thuis.” Opvang heeft ze nog niet. Veel andere expats hebben iemand in huis om voor het huishouden en de kinderen te zorgen. Die luxe voelt voor Van Middelkoop nog een beetje vreemd. “Maar het is veel goedkoper dan de crèche, dus ik denk dat we ons daar dan maar overheen moeten zetten.”
,Weinig cultuur
“Voor het culturele leven hoef je hier niet te zijn”, zegt ing. Daan van der Schroeff (33). Op het podium naast hem speelt een rockband niet al te beste muziek. In Amsterdam ging hij zeker eens per week, maar liever vaker naar een concert. “Ik was laatst bij mijn broertje, die in Tokio woont. De culturele scene daar is echt om jaloers op te worden.”
Van der Schroeff is in Singapore om een fabriek te bouwen voor Shell. Die zet het zware residu uit de Bukom-raffinaderij om in ethyleen. Dat gaat weer naar een andere fabriek op het complex, om er grondstoffen voor onder andere de autoindustrie van te maken. “Van het residu maken ze nu vaak stookolie”, zegt Van der Schroeff.
In Nederland werkte hij al twee jaar aan de ontwikkeling van het elektrische distributiesysteem van de fabriek. Na zijn studie elektrotechniek – die hij begon in Delft en afmaakte in Rijswijk – werkte hij bij ingenieursbureau CB&I Lummus aan allerlei plannen. “Het is leuk om ze eens uit te voeren”, zegt Van der Schroeff die met zijn kantoor midden in de actie zit: vlak naast de flare – een vuurspugende schoorsteen – van de fabriek.
Van der Schroeff stapt iedere dag om zes uur zijn bed uit, ook op zaterdag. En hij is zelden voor half acht thuis. Maar de verantwoordelijkheid die hij krijgt, maken de lange dagen meer dan goed. “Als er iets gebeurt, kijken ze meteen naar jou. Dan moet je maar zien hoe je het oplost.”
,Beest als een bus
Mooi weer en interessante tripjes. Dat vindt ir. René Kartodikromo (30), in 2006 afgestudeerd bij L&R, de grootste voordelen van Singapore. Hij kwam acht maanden geleden naar de stad voor het eerste deel van zijn mba-opleiding. Met zijn vriendin woont hij tussen de andere studenten vlakbij zijn school, Insead. “We zitten met zijn alleen in een soort ‘Insead-bubble’. De hele dag studeren we samen en ‘s avonds hebben we feestjes of een barbecue bij het zwembad.”
Vanuit zijn bubble krijgt Kartodikromo toch genoeg mee van de Aziatische cultuur. Vooral door de vele reisjes die hij maakt in de weekends. “Je bent vanaf hier zo in Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië”, somt Kartodikromo op. Dat zal hij gaan missen, als hij in mei naar Frankrijk vertrekt voor het laatste deel van zijn studie.
Van Myanmar was hij nog het meest onder de indruk. “Het is een erg mooi land”, vertelt Kartodikromo. “Je merkt niet veel van het regime, maar ziet wel dat mensen arm zijn en niemand over politiek wil praten.” En ook het weekeinde in de Filippijnen maakte indruk. Kartodikromo kwam in het juiste seizoen en had het geluk twee keer tien minuten mee te zwemmen met een walvishaai, een beest zo groot als een stadsbus.
Gevraagd naar de nadelen van Singapore, noemt hij het vervoer. “Thuis in Amsterdam stapte ik op mijn fiets en was ik snel waar ik moest zijn.” Ook in Singapore is Kartodikromo in het bezit van een fiets, als een van de weinigen in de stad. “Maar het is hier te groot en veel te warm om te fietsen.”
,Moeiteloos leven
Ze heeft een vrije dag, maar zelfs dan heeft ir. Alice Beurze Mba (33) het druk. Ze gaat in juni trouwen en moet nog veel regelen. Zoveel dat ze er een vrije dag voor nam. Normaal lukt het haar prima om alles te regelen, gewoon na haar lange werkdagen of in het weekeinde. Anders dan in Nederland, waar de winkels allang dicht waren als Beurze eindelijk vrij was.
“Dat is zo fijn hier, iedereen wil service verlenen”, vertelt Beurze, die vijfeneenhalf jaar in Singapore woont. “De stomerij haalt en brengt op je kantoor. En het postkantoor is gewoon op zondag open. Je kunt hier een moeiteloos leven leiden.” Ook aan het huishouden hoeft ze geen tijd te spenderen. Twee keer per week komt de hulp schoonmaken, strijken, boodschappen doen of de onderhoudsmonteur binnenlaten.
Beurze, opgeleid als civiel ingenieur, kan zich dus volop richten op haar werk bij de Standard Chartered Bank. Ze verkoopt financiële contracten aan grootgebruikers of producenten van olie. “Dat betekent dat ik continu de olieprijzen volg”, vertelt ze. “Ik zit tussen de beurshandelaren. Maar ik volg ook alle nieuws. De werkloosheid in de Verenigde Staten heeft bijvoorbeeld invloed op de markt.”
Dat de glimmende winkelcentra altijd open zijn en drinkbaar water uit de kraan komt, betekent niet dat er geen armoede is, meent Beurze. Taxichauffeurs hebben er soms een baan naast om rond te komen. “En na het uitgaan zie ik weleens een hele oude man frietjes van de vloer vegen”, aldus Beurze. “Ik betaal hier waanzinnig weinig belasting. Ik zou graag iets meer betalen voor wat betere sociale voorzieningen.”
,Lekkere laksa
“Hier is de crisis voorbij.” Ir. Sara Caris (33) staat bij een enorme maquette van Singapore. Ze wijst op metrostations, hotels en shopping malls die in rap tempo verrijzen. Toen ze in Singapore aankwam, in september 2008, was het wel anders. De architect liep alle netwerkbijeenkomsten af en schreef talloze brieven naar architectenbureaus. Zonder succes: er was geen werk.
“Het is een prima land om niet te werken”, zegt Caris. “Altijd lekker weer en genoeg te zien en te doen.” Maar na een paar maanden was ze het zat. Ze had alle hoeken van de stad gezien, ieder gebouw bekeken. Ze begon haar eigen tourorganisatie, Arch1day. Het vele netwerken – ‘niets voor mij, maar hier heb ik het wel geleerd’ – bleek niet voor niets. Ze had al snel haar eerste klanten. En niet veel later leidde ze minister-president Balkenende rond tijdens zijn bezoek aan de stad. “Vergeleken bij Singapore is de nieuwe architectuur in Nederland vaak saai”, zegt ze. Ze wijst op een gebouw met een soort spinnenweb erover. “‘s Avonds is de verlichting van al die vakken in het spinnenweb echt spectaculair.”
Als ze weggaat, zal ze het eten in Singapore het meest missen. Hainanese kip met rijst, Koreaanse barbecue, black pepper crab, Singapore laksa, Caris kan niet kiezen wat ze het lekkerst vindt. De lijst met opties gaat nog even door. Ze bestelt twee keer per dag voor een paar euro een maaltijd bij een van de vele eetstalletjes. “Niemand kookt hier, je kunt toch niet op tegen die koks in de food courts.”
De lezingencyclus ‘Evolutie’ in de Botanische Tuin van de TU behandelt alle wetenswaardigheden over de evolutietheorie en zijn geestelijk vader Darwin. Docent algemene natuurwetenschappen Jacob Kroeze van het Merlet College in Grave vertelt op 4 september over ‘Darwin in zijn en in onze tijd’. Taeke de Jong, hoogleraar milieuplanning en ecologie bij Bouwkunde heeft het op 11 september over ‘De evolutie van een ontwerp’. ‘Evolutie en taal’ is het onderwerp van Jeroen Wiedenhof, verbonden aan de instituten voor Regiostudies en Taalkunde van de Universiteit Leiden. En hoogleraar enzymologie bij Technische Natuurwetenschappen spreekt zijn toehoorders op 25 september toe over ‘De Ontstaansgeschiedenis van de Levende Materie’. De lezingen vinden plaats op lunchtijd: van 12.45 tot 13.45 uur.
Vreemde luxe
Hier kan ze wel aan wennen, zegt ir. Annemieke van Middelkoop (33) lachend. Ze is sinds drie maanden in Singapore en zit op zondag aan een champagnebrunch in het Fullerton Hotel. Het chique hotel aan de Singapore River serveert iedere zondag een enorm buffet. Van sushi tot scrambled eggs en van Franse kaas tot kreeft. Met onbeperkt champagne.
“Het kwam mooi uit, want we gingen net vóór de winter weg uit Kopenhagen”, vertelt ze. Daar werkten Van Middelkoop, die in Delft technische bestuurskunde studeerde, en haar man voor de Deense transporteur Maersk. “Vorig jaar was de winter wel erg koud en guur.” Dan zit ze liever in de tropen.
Helemaal omdat ze nu niet werkt. Haar Deense zwangerschapsverlof van een jaar loopt in Singapore gewoon door. “Er kwam een heel team uit Kopenhagen hierheen en veel vrouwen werken nog niet”, vertelt ze. Met hen gaat ze naar het strand en de stad in. En wilde ze naar het enorme nieuwe casino, het eerste van Singapore. “Maar we kwamen er niet in omdat mijn zoontje van acht maanden mee was. Minderjarigen mogen niet naar binnen. En regels zijn regels in Singapore.”
Voor haar verlof over is, wil ze wel een nieuwe baan vinden. “Maar het is moeilijk solliciteren met een klein kind thuis.” Opvang heeft ze nog niet. Veel andere expats hebben iemand in huis om voor het huishouden en de kinderen te zorgen. Die luxe voelt voor Van Middelkoop nog een beetje vreemd. “Maar het is veel goedkoper dan de crèche, dus ik denk dat we ons daar dan maar overheen moeten zetten.”
Weinig cultuur
“Voor het culturele leven hoef je hier niet te zijn”, zegt ing. Daan van der Schroeff (33). Op het podium naast hem speelt een rockband niet al te beste muziek. In Amsterdam ging hij zeker eens per week, maar liever vaker naar een concert. “Ik was laatst bij mijn broertje, die in Tokio woont. De culturele scene daar is echt om jaloers op te worden.”
Van der Schroeff is in Singapore om een fabriek te bouwen voor Shell. Die zet het zware residu uit de Bukom-raffinaderij om in ethyleen. Dat gaat weer naar een andere fabriek op het complex, om er grondstoffen voor onder andere de autoindustrie van te maken. “Van het residu maken ze nu vaak stookolie”, zegt Van der Schroeff.
In Nederland werkte hij al twee jaar aan de ontwikkeling van het elektrische distributiesysteem van de fabriek. Na zijn studie elektrotechniek – die hij begon in Delft en afmaakte in Rijswijk – werkte hij bij ingenieursbureau CB&I Lummus aan allerlei plannen. “Het is leuk om ze eens uit te voeren”, zegt Van der Schroeff die met zijn kantoor midden in de actie zit: vlak naast de flare – een vuurspugende schoorsteen – van de fabriek.
Van der Schroeff stapt iedere dag om zes uur zijn bed uit, ook op zaterdag. En hij is zelden voor half acht thuis. Maar de verantwoordelijkheid die hij krijgt, maken de lange dagen meer dan goed. “Als er iets gebeurt, kijken ze meteen naar jou. Dan moet je maar zien hoe je het oplost.”
Moeiteloos leven
Ze heeft een vrije dag, maar zelfs dan heeft ir. Alice Beurze Mba (33) het druk. Ze gaat in juni trouwen en moet nog veel regelen. Zoveel dat ze er een vrije dag voor nam. Normaal lukt het haar prima om alles te regelen, gewoon na haar lange werkdagen of in het weekeinde. Anders dan in Nederland, waar de winkels allang dicht waren als Beurze eindelijk vrij was.
“Dat is zo fijn hier, iedereen wil service verlenen”, vertelt Beurze, die vijfeneenhalf jaar in Singapore woont. “De stomerij haalt en brengt op je kantoor. En het postkantoor is gewoon op zondag open. Je kunt hier een moeiteloos leven leiden.” Ook aan het huishouden hoeft ze geen tijd te spenderen. Twee keer per week komt de hulp schoonmaken, strijken, boodschappen doen of de onderhoudsmonteur binnenlaten.
Beurze, opgeleid als civiel ingenieur, kan zich dus volop richten op haar werk bij de Standard Chartered Bank. Ze verkoopt financiële contracten aan grootgebruikers of producenten van olie. “Dat betekent dat ik continu de olieprijzen volg”, vertelt ze. “Ik zit tussen de beurshandelaren. Maar ik volg ook alle nieuws. De werkloosheid in de Verenigde Staten heeft bijvoorbeeld invloed op de markt.”
Dat de glimmende winkelcentra altijd open zijn en drinkbaar water uit de kraan komt, betekent niet dat er geen armoede is, meent Beurze. Taxichauffeurs hebben er soms een baan naast om rond te komen. “En na het uitgaan zie ik weleens een hele oude man frietjes van de vloer vegen”, aldus Beurze. “Ik betaal hier waanzinnig weinig belasting. Ik zou graag iets meer betalen voor wat betere sociale voorzieningen.”
Lekkere laksa
“Hier is de crisis voorbij.” Ir. Sara Caris (33) staat bij een enorme maquette van Singapore. Ze wijst op metrostations, hotels en shopping malls die in rap tempo verrijzen. Toen ze in Singapore aankwam, in september 2008, was het wel anders. De architect liep alle netwerkbijeenkomsten af en schreef talloze brieven naar architectenbureaus. Zonder succes: er was geen werk.
“Het is een prima land om niet te werken”, zegt Caris. “Altijd lekker weer en genoeg te zien en te doen.” Maar na een paar maanden was ze het zat. Ze had alle hoeken van de stad gezien, ieder gebouw bekeken. Ze begon haar eigen tourorganisatie, Arch1day. Het vele netwerken – ‘niets voor mij, maar hier heb ik het wel geleerd’ – bleek niet voor niets. Ze had al snel haar eerste klanten. En niet veel later leidde ze minister-president Balkenende rond tijdens zijn bezoek aan de stad. “Vergeleken bij Singapore is de nieuwe architectuur in Nederland vaak saai”, zegt ze. Ze wijst op een gebouw met een soort spinnenweb erover. “‘s Avonds is de verlichting van al die vakken in het spinnenweb echt spectaculair.”
Als ze weggaat, zal ze het eten in Singapore het meest missen. Hainanese kip met rijst, Koreaanse barbecue, black pepper crab, Singapore laksa, Caris kan niet kiezen wat ze het lekkerst vindt. De lijst met opties gaat nog even door. Ze bestelt twee keer per dag voor een paar euro een maaltijd bij een van de vele eetstalletjes. “Niemand kookt hier, je kunt toch niet op tegen die koks in de food courts.”
Beest als een bus
Mooi weer en interessante tripjes. Dat vindt ir. René Kartodikromo (30), in 2006 afgestudeerd bij L&R, de grootste voordelen van Singapore. Hij kwam acht maanden geleden naar de stad voor het eerste deel van zijn mba-opleiding. Met zijn vriendin woont hij tussen de andere studenten vlakbij zijn school, Insead. “We zitten met zijn alleen in een soort ‘Insead-bubble’. De hele dag studeren we samen en ‘s avonds hebben we feestjes of een barbecue bij het zwembad.”
Vanuit zijn bubble krijgt Kartodikromo toch genoeg mee van de Aziatische cultuur. Vooral door de vele reisjes die hij maakt in de weekends. “Je bent vanaf hier zo in Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië”, somt Kartodikromo op. Dat zal hij gaan missen, als hij in mei naar Frankrijk vertrekt voor het laatste deel van zijn studie.
Van Myanmar was hij nog het meest onder de indruk. “Het is een erg mooi land”, vertelt Kartodikromo. “Je merkt niet veel van het regime, maar ziet wel dat mensen arm zijn en niemand over politiek wil praten.” En ook het weekeinde in de Filippijnen maakte indruk. Kartodikromo kwam in het juiste seizoen en had het geluk twee keer tien minuten mee te zwemmen met een walvishaai, een beest zo groot als een stadsbus.
Gevraagd naar de nadelen van Singapore, noemt hij het vervoer. “Thuis in Amsterdam stapte ik op mijn fiets en was ik snel waar ik moest zijn.” Ook in Singapore is Kartodikromo in het bezit van een fiets, als een van de weinigen in de stad. “Maar het is hier te groot en veel te warm om te fietsen.”
Comments are closed.