Er is nog maar één manier om de bezuinigingen op studenten en hoger onderwijs van tafel te krijgen, meent studentenbond LSVb: via de verkiezingen van de Provinciale Staten.
In de Studentenkamer, het periodieke gesprek tussen de studentenbonden en de staatssecretaris, kwamen de partijen bepaald niet nader tot elkaar. Afgezien van enkele praktische zaken bleken ze geen overeenstemming te kunnen bereiken.
“Er valt niet met Zijlstra te praten, omdat hij geen inhoudelijke maatregelen neemt”, stelt LSVb-voorzitter Sander Breur na afloop. “Als je beleid invoert, doe je dat om gedrag te veranderen. Maar hij treft ook mensen die geen rekening hebben kunnen houden met dit beleid en nu al zijn uitgelopen. Dat ontmaskert zijn doelstelling.”
Staatssecretaris Halbe Zijlstra erkende tijdens het overleg dat zijn maatregel tegen het langstuderen niet alleen het aantal langstudeerders moet terugdringen, maar ook geld moet opleveren.
Hij verdedigde met verve dat zijn maatregel ook de huidige studenten treft, en niet alleen de nieuwe: “Vaak kiezen we in Nederland de makkelijke weg en zadelen we de volgende lichting met de bezuinigingen op. Dat vind ik niet goed. We moeten de balans zoeken tussen rechtszekerheid en rechtsgelijkheid. Wij kiezen nu vooral voor de rechtsgelijkheid.”
Ook was hij niet van plan allerlei uitzonderingen op de maatregelen toe te staan. “Als wij een kerstboom met uitzonderingen optuigen, dan brengt dat uitvoeringskosten met zich mee. Daar hebben universiteiten en hogescholen hun profileringsfondsen voor.”
Dus is er nog maar één mogelijkheid, denkt de LSVb: alle ouders en studenten moeten bij de verkiezingen voor de Provinciale Staten op een partij stemmen die tegen deze maatregelen is.
Alleen op praktische punten konden de staatssecretaris en de bonden elkaar vinden. Het collegegeldkrediet wordt gespreid verstrekt, dus moeten studenten het collegegeld ook bij alle universiteiten en hogescholen gespreid kunnen betalen. Zijlstra meent dat dit al in de wet staat, maar hoort het graag als een instelling zich er niet aan houdt.
Ook de titulatuur voor afgestudeerde hbo’ers, waar het Interstedelijk Studenten Overleg aandacht voor vroeg, zal volgens Zijlstra goedkomen. Hij zou de knoop spoedig doorhakken, beloofde hij. Het voorstel moet nog naar de Tweede Kamer, dus hij wilde er niet op vooruitlopen, maar hij liet doorschemeren dat hbo’ers en wo’ers in het buitenland voortaan dezelfde titel zullen kunnen voeren.
Ik werk aan de Jaffalaan, bij TBM. Het is een prettig en licht gebouw. Alleen de kantine is als een tochtige straathoek waar niemand lang wil verblijven. De bewoners van deze faculteit zijn, zou Vuijsje zeggen, ‘allemaal nette mensen’. De heren veelal in pak met stropdassen en dames in ton-sur-ton ensembles. Als er gasten komen, schenken we koffie in designkopjes die wel mooi, maar niet handig zijn. De studenten zijn vriendelijk en verre van spectaculair in hun outfits. Ze lopen in spijkerbroeken en de enige frivoliteit bestaat uit hun felgekleurde gympen. Ik ging er een beetje vanuit dat alle faculteiten aan de TU soortgelijke bewoners zouden hebben. Tot ik bij technische natuurkunde belandde.
In een hal wachtte ik op Cees Dekker die in een vakgroepvergadering zat. Hij gaat een lezing verzorgen in de Elsevier Technologiedebatten. In de wachtruimte stond een studentikoos afgebladderd skailederen bankstel. Toen ik erop ging zitten, zakte ik een halve meter weg. De meisjesachtige secretaresse was even informeel als vriendelijk, en gaf me vers gezette koffie in een grote mok. Aan een tafeltje zat een slanke jonge man met verzorgd afrokapsel. Volgens elke standaard een elegante man. Hij droeg een geruite broek, met hip overhemd en precies goede trui. Cool. Hij werd begroet door een Chinees die voorbijliep met een jojo aan een lang touwtje, alsof hij een hondje uitliet. De twee maakten een praatje terwijl de Chinees ongelooflijke trucs uithaalde met de jojo.
Opeens stroomde de hal vol: het vakgroepoverleg was ten einde. Er werd ontspannen gekletst en gelachen. De helft ging koffie halen, de andere helft ging naar een zaal waar een tafelvoetbalspel stond. Ook deze groep was aanmerkelijk hipper dan wat ik dagelijks aan de Jaffalaan zie.
Is dit de Nerd 2.0? Slim, wellicht briljant, en ook nog eens goed gekleed?

Comments are closed.