Campus

‘Problemen van vrouwen in Peru zijn anders dan in Nederland’

Zaida Salazar (35) ontvluchtte zes jaar geleden haar vaderland Peru. Vanuit Nederland zet zij zich nu in voor de positieverbetering van Peruaanse vrouwen, die vaak te lijden hebben onder huiselijk geweld.

Om ervaringen uit te wisselen bezocht Salazar, die binnenkort afstudeert bij microbiologie, kortgeleden de vrouwenconferentie in Peking.

Lang geleden studeerde Salazar in Peru al af in de scheikunde. Maar Peruaanse diploma’s tellen minder zwaar dan Europese, en dus studeert Salazar binnenkort opnieuw af in hetzelfde vak aan de TU. Ditmaal heeft Salazar zich verdiept zich nu in de microbiologie: ,,Ik doe onderzoek naar zuur water. Lima, de hoofdstad van Peru, kampt met het probleem dat de rivieren sterk vervuild zijn. De rivieren ontspringen allemaal in het Andes-gebergte, waar de grote hoeveelheid mijnen verantwoordelijk is voor de vervuiling. Bij microbiologie zoek ik naar methoden om het afvalwater biologisch af te breken.”

In 1989 ontvluchtte de Peruaanse haar land. Niet omdat ze overhoop lag met de regering (waarop ze overigens wel veel kritiek heeft) maar omdat de extreem linkse guerilla-organisatie Lichtend Pad het werken aan de universiteit vrijwel onmogelijk maakte. ,,Lichtend Pad dwong mensen aan de universiteit met hen samen te werken. Zo niet, dan werden ze geliquideerd. Verschillende van mijn collega’s zijn vermoord. Lichtend Pad had destijds heel veel macht.”

Samen met haar man vluchtte Salazar naar Nederland, waar ze pas na vier jaar een verblijfsvergunning kreeg. ,,Vier jaar wachten, waarin je niet mocht werken en niet studeren. Verschrikkelijk moeilijk en vervelend, want ik kan niet thuis zitten.” Omdat de macht van Lichtend Pad nu sterk is afgenomen, wacht Salazar de mogelijkheid af om weer terug te keren. ,,De Nederlandse regering raadt het ons nog steeds af, omdat ze niets kunnen doen wanneer we daar problemen zullen ondervinden.”
Macho

Toch heeft Salazar tijdens de vier jaar gedwongen nietsdoen niet stil gezeten. Met overgave stortte ze zich op de verbetering van de positie van (met name Latijnsamerikaanse) vrouwen: ,,De problemen van vrouwen in Peru zijn heel anders dan die van vrouwen in Nederland. Geweld tegen vrouwen binnen de familie is in de meeste landen van Latijns-Amerika een groot probleem. In Nederland is de situatie beter, maar ook hier zitten de blijf-van-mijn-lijf-huizen elk jaar voller.”

Een belangrijke oorzaak van de slechte positie van vrouwen in Latijns-Amerika ligt volgens Salazar in de sterke macho-cultuur: ,,In de tijd van de Inka’s hadden vrouwen het lang zo slecht niet als nu. Maar met de komst van de Spanjaarden is de cultuur veranderd. Andere oorzaken liggen in de armoede en inde grote invloed van de katholieke kerk. De meeste vrouwen krijgen op hun achttiende of negentiende al een kind. Tijd voor educatie is er dan niet meer. Kinderen baren is bij ons heel belangrijk. Dat moeten we veranderen, want door het grote aantal kinderen, is het moeilijk iets aan de armoede te doen. De president van Peru is een anti-conceptie programma begonnen, maar wordt daarin sterk tegengewerkt door de katholieke kerk. Kinderen zijn een gave van God, daarom mag je zelf niet over het aantal beslissen, is het argument. Verder vindt de katholieke kerk anti-conceptie niet de manier om de problemen van het land op te lossen. Is er een andere manier, vraag ik me dan af.”

,,In Latijns-Amerika is het de katholieke kerk die veel invloed heeft, in andere landen zijn er andere religies die die plaats innemen. Dit merkte ik bijvoorbeeld in gesprekken met andere vrouwen op de vrouwenconferentie in China. Zelf ben ik niet katholiek meer, maar algemeen religieus. Religie wordt gebruikt, en dat mag nooit, vind ik. Veel vrouwen zijn intussen zo ver dat ze zelf anti-conceptie accepteren. Maar dan moeten ze een gesprek gaan voeren met hun man. Dat is heel moeilijk, vaak wil die man ook niet. Waarom die mannen niet willen? Zij hebben de problemen niet waar vrouwen mee te kampen hebben. Ze letten nooit op de kinderen, en werken niet in het huishouden.”
Bijgeloof

Ook in het hoger onderwijs in Peru is de situatie voor vrouwen nog altijd slecht. ,,In sommige families, met name in de Andes, geldt dat vrouwen niet mogen studeren. Afgezien daarvan bestaat die mogelijkheid voor velen toch al niet omdat studeren duur is en de meeste vrouwen jong trouwen. Toch is tegenwoordig ongeveer één op de vijf studenten vrouw. Het percentage vrouwen is over alle studierichtingen ongeveer even hoog. Mijnbouw is de enige uitzondering, daar vind je alleen mannen. Dat komt door het bijgeloof in Peru dat wanneer er een vrouw in de mijn komt, er iets verschrikkelijks gebeurt: dan zal bijvoorbeeld één van de werknemers overlijden. Als de mijnwerkers een vrouw zien, willen ze de mijn niet meer in.”

,,Ook in Nederland moet er op dit gebied nog veel gebeuren. Er zijn hier ontzettend weinig vrouwelijke hoogleraren. In Chili bevinden zich bijvoorbeeld meer vrouwen in hoge posities dan in Nederland. Bij scheikunde hier in Delft lopen minder vrouwen rond dan in Peru.”

Haar actieve inzet voor verbetering voor de positie van vrouwen, dankt Salazar onder andere aan haar jeugd in een bergdorp in de Andes. ,,Ik ben geboren in Huancayo, een dorp in de Andes van de Wanka-indianen. Een kleine groepering wier land nooit door de Inka’s is bezet. Wanka-vrouwen zijn lichamelijk heel sterke vrouwen, die altijd voor zichzelf beslissen. Vanaf mijn kinderjaren ben ik gewend aan het verzet van de vrouwen tegen de dominantie van de man. Aan de universiteit waar ik studeerde, zaten dan ook heel veel vrouwen van deze stam. Toch is een universitaire opleiding nog geen garantie voor meer onafhankelijkheid. Veel afgestudeerden vinden geen werk, vrouwen al helemaal niet. Dan resten uiteindelijk toch weer de kindertjes en het huishouden.”
Taxi’s

In Delft is Salazar actief lid van een aantal organisaties die zich met name bezighouden met geweld tegen vrouwen binnen het gezin in Latijnsamerikaanse landen. Het Intercultureel Vrouwen Netwerk is de belangrijkste; voor deze organisatie werd Salazar naar de vrouwenconferentie in China uitgezonden. ,,Er waren bijna gelijktijdig twee conferenties aan de gang. De officiële van de VN en de NGO-conferentie (no governmental organisations, red.) waar ik aan meedeed. Op de VN-conferentie bevinden zich de officiële vertegenwoordigers van ieder land. Het zijn de regeringen die beslissen wat voor standpunten er worden uitgedragen, de deelnemers zijn dus niet zo vrij. De NGO-conferentie, die met 35.000 deelnemers veel groter was, heeft een grote invloed op de officiële.”

,,De NGO-conferentie was door de Chinese regering van Peking naar Huairou verplaatst, ongeveer anderhalf uur met de bus. Zo kon de hele omgeving beter gecontroleerd worden en konden ze ieder contact tussen ons en de Chinese bevolking vermijden. We mochten ons alleen met speciale taxi’s verplaatsen. De Chinese vrouwen op de conferentie waren heel goed geselecteerd. Er waren bijvoorbeeld vrouwen uit Tibet die beweerden dat de situatie daar zo goed was. Toevallig was er ook een groep Tibetaanse vrouwen die met behulp van een buitenlands paspoort waren binnengekomen. Die vertelden dat het met de mensenrechten in Tibet juist erg slecht gesteld was.” Op de conferentie kreeg ik te maken met heel verschillende vrouwen, uit verschillende culturen en met een verschillende educatie. Dat is moeilijk, in andere landen blijken heel andere problemen te heersen.”

Directe resultaten van de conferentie weet Salazar niet echt te noemen. Toch was de bijeenkomst volgens haar heel zinvol: ,,Het was een grote ervaring dat er zo veel problemen bestonden. We hebben een lijst met aanbevelingen opgesteld voor regeringen om de situatie voor vrouwen te verbeteren. De volgende conferentie is pas over tien jaar in Australië, maar dan zal ik er zeker weer bij zijn, wie weet dan namens Peru.”


Figuur 1 Salazar: ‘Bij scheikunde hier in Delft lopen minder vrouwen rond dan in Peru’

Kees Versluis

Zaida Salazar (35) ontvluchtte zes jaar geleden haar vaderland Peru. Vanuit Nederland zet zij zich nu in voor de positieverbetering van Peruaanse vrouwen, die vaak te lijden hebben onder huiselijk geweld. Om ervaringen uit te wisselen bezocht Salazar, die binnenkort afstudeert bij microbiologie, kortgeleden de vrouwenconferentie in Peking.

Lang geleden studeerde Salazar in Peru al af in de scheikunde. Maar Peruaanse diploma’s tellen minder zwaar dan Europese, en dus studeert Salazar binnenkort opnieuw af in hetzelfde vak aan de TU. Ditmaal heeft Salazar zich verdiept zich nu in de microbiologie: ,,Ik doe onderzoek naar zuur water. Lima, de hoofdstad van Peru, kampt met het probleem dat de rivieren sterk vervuild zijn. De rivieren ontspringen allemaal in het Andes-gebergte, waar de grote hoeveelheid mijnen verantwoordelijk is voor de vervuiling. Bij microbiologie zoek ik naar methoden om het afvalwater biologisch af te breken.”

In 1989 ontvluchtte de Peruaanse haar land. Niet omdat ze overhoop lag met de regering (waarop ze overigens wel veel kritiek heeft) maar omdat de extreem linkse guerilla-organisatie Lichtend Pad het werken aan de universiteit vrijwel onmogelijk maakte. ,,Lichtend Pad dwong mensen aan de universiteit met hen samen te werken. Zo niet, dan werden ze geliquideerd. Verschillende van mijn collega’s zijn vermoord. Lichtend Pad had destijds heel veel macht.”

Samen met haar man vluchtte Salazar naar Nederland, waar ze pas na vier jaar een verblijfsvergunning kreeg. ,,Vier jaar wachten, waarin je niet mocht werken en niet studeren. Verschrikkelijk moeilijk en vervelend, want ik kan niet thuis zitten.” Omdat de macht van Lichtend Pad nu sterk is afgenomen, wacht Salazar de mogelijkheid af om weer terug te keren. ,,De Nederlandse regering raadt het ons nog steeds af, omdat ze niets kunnen doen wanneer we daar problemen zullen ondervinden.”
Macho

Toch heeft Salazar tijdens de vier jaar gedwongen nietsdoen niet stil gezeten. Met overgave stortte ze zich op de verbetering van de positie van (met name Latijnsamerikaanse) vrouwen: ,,De problemen van vrouwen in Peru zijn heel anders dan die van vrouwen in Nederland. Geweld tegen vrouwen binnen de familie is in de meeste landen van Latijns-Amerika een groot probleem. In Nederland is de situatie beter, maar ook hier zitten de blijf-van-mijn-lijf-huizen elk jaar voller.”

Een belangrijke oorzaak van de slechte positie van vrouwen in Latijns-Amerika ligt volgens Salazar in de sterke macho-cultuur: ,,In de tijd van de Inka’s hadden vrouwen het lang zo slecht niet als nu. Maar met de komst van de Spanjaarden is de cultuur veranderd. Andere oorzaken liggen in de armoede en inde grote invloed van de katholieke kerk. De meeste vrouwen krijgen op hun achttiende of negentiende al een kind. Tijd voor educatie is er dan niet meer. Kinderen baren is bij ons heel belangrijk. Dat moeten we veranderen, want door het grote aantal kinderen, is het moeilijk iets aan de armoede te doen. De president van Peru is een anti-conceptie programma begonnen, maar wordt daarin sterk tegengewerkt door de katholieke kerk. Kinderen zijn een gave van God, daarom mag je zelf niet over het aantal beslissen, is het argument. Verder vindt de katholieke kerk anti-conceptie niet de manier om de problemen van het land op te lossen. Is er een andere manier, vraag ik me dan af.”

,,In Latijns-Amerika is het de katholieke kerk die veel invloed heeft, in andere landen zijn er andere religies die die plaats innemen. Dit merkte ik bijvoorbeeld in gesprekken met andere vrouwen op de vrouwenconferentie in China. Zelf ben ik niet katholiek meer, maar algemeen religieus. Religie wordt gebruikt, en dat mag nooit, vind ik. Veel vrouwen zijn intussen zo ver dat ze zelf anti-conceptie accepteren. Maar dan moeten ze een gesprek gaan voeren met hun man. Dat is heel moeilijk, vaak wil die man ook niet. Waarom die mannen niet willen? Zij hebben de problemen niet waar vrouwen mee te kampen hebben. Ze letten nooit op de kinderen, en werken niet in het huishouden.”
Bijgeloof

Ook in het hoger onderwijs in Peru is de situatie voor vrouwen nog altijd slecht. ,,In sommige families, met name in de Andes, geldt dat vrouwen niet mogen studeren. Afgezien daarvan bestaat die mogelijkheid voor velen toch al niet omdat studeren duur is en de meeste vrouwen jong trouwen. Toch is tegenwoordig ongeveer één op de vijf studenten vrouw. Het percentage vrouwen is over alle studierichtingen ongeveer even hoog. Mijnbouw is de enige uitzondering, daar vind je alleen mannen. Dat komt door het bijgeloof in Peru dat wanneer er een vrouw in de mijn komt, er iets verschrikkelijks gebeurt: dan zal bijvoorbeeld één van de werknemers overlijden. Als de mijnwerkers een vrouw zien, willen ze de mijn niet meer in.”

,,Ook in Nederland moet er op dit gebied nog veel gebeuren. Er zijn hier ontzettend weinig vrouwelijke hoogleraren. In Chili bevinden zich bijvoorbeeld meer vrouwen in hoge posities dan in Nederland. Bij scheikunde hier in Delft lopen minder vrouwen rond dan in Peru.”

Haar actieve inzet voor verbetering voor de positie van vrouwen, dankt Salazar onder andere aan haar jeugd in een bergdorp in de Andes. ,,Ik ben geboren in Huancayo, een dorp in de Andes van de Wanka-indianen. Een kleine groepering wier land nooit door de Inka’s is bezet. Wanka-vrouwen zijn lichamelijk heel sterke vrouwen, die altijd voor zichzelf beslissen. Vanaf mijn kinderjaren ben ik gewend aan het verzet van de vrouwen tegen de dominantie van de man. Aan de universiteit waar ik studeerde, zaten dan ook heel veel vrouwen van deze stam. Toch is een universitaire opleiding nog geen garantie voor meer onafhankelijkheid. Veel afgestudeerden vinden geen werk, vrouwen al helemaal niet. Dan resten uiteindelijk toch weer de kindertjes en het huishouden.”
Taxi’s

In Delft is Salazar actief lid van een aantal organisaties die zich met name bezighouden met geweld tegen vrouwen binnen het gezin in Latijnsamerikaanse landen. Het Intercultureel Vrouwen Netwerk is de belangrijkste; voor deze organisatie werd Salazar naar de vrouwenconferentie in China uitgezonden. ,,Er waren bijna gelijktijdig twee conferenties aan de gang. De officiële van de VN en de NGO-conferentie (no governmental organisations, red.) waar ik aan meedeed. Op de VN-conferentie bevinden zich de officiële vertegenwoordigers van ieder land. Het zijn de regeringen die beslissen wat voor standpunten er worden uitgedragen, de deelnemers zijn dus niet zo vrij. De NGO-conferentie, die met 35.000 deelnemers veel groter was, heeft een grote invloed op de officiële.”

,,De NGO-conferentie was door de Chinese regering van Peking naar Huairou verplaatst, ongeveer anderhalf uur met de bus. Zo kon de hele omgeving beter gecontroleerd worden en konden ze ieder contact tussen ons en de Chinese bevolking vermijden. We mochten ons alleen met speciale taxi’s verplaatsen. De Chinese vrouwen op de conferentie waren heel goed geselecteerd. Er waren bijvoorbeeld vrouwen uit Tibet die beweerden dat de situatie daar zo goed was. Toevallig was er ook een groep Tibetaanse vrouwen die met behulp van een buitenlands paspoort waren binnengekomen. Die vertelden dat het met de mensenrechten in Tibet juist erg slecht gesteld was.” Op de conferentie kreeg ik te maken met heel verschillende vrouwen, uit verschillende culturen en met een verschillende educatie. Dat is moeilijk, in andere landen blijken heel andere problemen te heersen.”

Directe resultaten van de conferentie weet Salazar niet echt te noemen. Toch was de bijeenkomst volgens haar heel zinvol: ,,Het was een grote ervaring dat er zo veel problemen bestonden. We hebben een lijst met aanbevelingen opgesteld voor regeringen om de situatie voor vrouwen te verbeteren. De volgende conferentie is pas over tien jaar in Australië, maar dan zal ik er zeker weer bij zijn, wie weet dan namens Peru.”


Figuur 1 Salazar: ‘Bij scheikunde hier in Delft lopen minder vrouwen rond dan in Peru’

Kees Versluis

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.