Education

Papenrock

Als je de songteksten van het derde AHC-songfestival (Aller Heiligen Convent) als graadmeter voor de problemen van de gemiddelde student kunt gebruiken, dan heeft-ie maar één soort problemen: op het gebied van de liefde.

Van de acht liedjes ging er precies eentje níet over liefde, maar over een gestolen fiets. De andere zeven liedjes varieerden van ‘Iedereen wil met haar’ tot ‘Uit mijn hart’ en gingen over onbereikbare liefdes, verloren liefdes of verstoten liefdes.

Dit doet echter niets af aan de hitgevoeligheid van deze nummers. Het was immers Guus Meeuwis die het eerste AHC-songfestival won met de inmiddels landelijk bekende hit ‘Het is een nacht’. En waar gaat dat over…? Juist.

Papenrock ’96, zoals de organisatie het derde AHC-songfestival doopte, werd dit jaar in Delft gehouden. De eer om het grootse spektakel te organiseren verdiende Delft door vorig jaar samen met Tilburg als eerste te eindigen. In navolging van het ‘grote zusje’ van dit spektakel (zoals de voorzitter van Virgiel het Eurovisie Songfestival betitelde) werd de avond geopend op de bekende deunen van Eurovisie. Ook de verdere opzet van de avond deed sterk denken aan dat van dat ‘grote zusje’. Er waren twee presentatoren (twee mannen, om in Delftse stijl te blijven) die de stukjes aan elkaar praatten en de huishoudelijke mededelingen doorgaven, er waren filmpjes over de verschillende steden van herkomst, die zo nu en dan tot hilariteit in de zaal leidden. En elke stad vaardigde een jurylid af. Deze acht juryleden werden bijgestaan door vier mensen ‘uit het vak’, te weten een muziekrecensent, een tekstschrijver en twee conservatoriumstudenten.

De uitsmijter werd verzorgd door de band Fish for Breakfast. ,,Nu genoeg van dit softe gedoe”, zei de zanger van de band en zette het lied ‘Nederpaap’ in. Binnen de kortste keren stond de hele zaal op de stoelen en werd uitbundig de tekst (,,Hij zegt geen yo maar b’vo”) meegezongen.

Ondertussen werden de voorbereidingen getroffen voor de puntentelling. Delftse techneuten hadden een scorebord gemaakt op de computer, waardoor de puntentelling, in tegenstelling tot andere jaren, heel soepel verliep. Nadat de acht voorzitters van de verschillende verenigingen hun punten hadden toegekend bleek te strijd zich vooral tussen Delft en Rotterdam af te spelen. De vakjury besliste echter anders. Alle vier vonden zij de Tilburgse inzending het beste nummer. De Rotterdamse inzending werd afgedaan als ‘een aardige meezinger’, terwijl het Delftse nummer als ‘mat’ werd betiteld. Zo kon het gebeuren dat Tilburg na een overwinning in het eerste jaar en een gedeeltelijk eerste plaats vorig jaar nu wéér met de gouden cd (de hoofdprijs) naar huis ging. Natuurlijk mochten de zangers Hilberts & Dankers het winnende nummer ‘Zeg geen nee’ nog één keer ten gehore brengen, wat nu al door iedereen in de zaal werd meegezongen. Guus Meeuwis mag wel oppassen.

Als je de songteksten van het derde AHC-songfestival (Aller Heiligen Convent) als graadmeter voor de problemen van de gemiddelde student kunt gebruiken, dan heeft-ie maar één soort problemen: op het gebied van de liefde. Van de acht liedjes ging er precies eentje níet over liefde, maar over een gestolen fiets. De andere zeven liedjes varieerden van ‘Iedereen wil met haar’ tot ‘Uit mijn hart’ en gingen over onbereikbare liefdes, verloren liefdes of verstoten liefdes.

Dit doet echter niets af aan de hitgevoeligheid van deze nummers. Het was immers Guus Meeuwis die het eerste AHC-songfestival won met de inmiddels landelijk bekende hit ‘Het is een nacht’. En waar gaat dat over…? Juist.

Papenrock ’96, zoals de organisatie het derde AHC-songfestival doopte, werd dit jaar in Delft gehouden. De eer om het grootse spektakel te organiseren verdiende Delft door vorig jaar samen met Tilburg als eerste te eindigen. In navolging van het ‘grote zusje’ van dit spektakel (zoals de voorzitter van Virgiel het Eurovisie Songfestival betitelde) werd de avond geopend op de bekende deunen van Eurovisie. Ook de verdere opzet van de avond deed sterk denken aan dat van dat ‘grote zusje’. Er waren twee presentatoren (twee mannen, om in Delftse stijl te blijven) die de stukjes aan elkaar praatten en de huishoudelijke mededelingen doorgaven, er waren filmpjes over de verschillende steden van herkomst, die zo nu en dan tot hilariteit in de zaal leidden. En elke stad vaardigde een jurylid af. Deze acht juryleden werden bijgestaan door vier mensen ‘uit het vak’, te weten een muziekrecensent, een tekstschrijver en twee conservatoriumstudenten.

De uitsmijter werd verzorgd door de band Fish for Breakfast. ,,Nu genoeg van dit softe gedoe”, zei de zanger van de band en zette het lied ‘Nederpaap’ in. Binnen de kortste keren stond de hele zaal op de stoelen en werd uitbundig de tekst (,,Hij zegt geen yo maar b’vo”) meegezongen.

Ondertussen werden de voorbereidingen getroffen voor de puntentelling. Delftse techneuten hadden een scorebord gemaakt op de computer, waardoor de puntentelling, in tegenstelling tot andere jaren, heel soepel verliep. Nadat de acht voorzitters van de verschillende verenigingen hun punten hadden toegekend bleek te strijd zich vooral tussen Delft en Rotterdam af te spelen. De vakjury besliste echter anders. Alle vier vonden zij de Tilburgse inzending het beste nummer. De Rotterdamse inzending werd afgedaan als ‘een aardige meezinger’, terwijl het Delftse nummer als ‘mat’ werd betiteld. Zo kon het gebeuren dat Tilburg na een overwinning in het eerste jaar en een gedeeltelijk eerste plaats vorig jaar nu wéér met de gouden cd (de hoofdprijs) naar huis ging. Natuurlijk mochten de zangers Hilberts & Dankers het winnende nummer ‘Zeg geen nee’ nog één keer ten gehore brengen, wat nu al door iedereen in de zaal werd meegezongen. Guus Meeuwis mag wel oppassen.

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.