Education

Kort Nieuws

NanoscoopHet Nederlands Centrum voor Nanoscopie heeft van NWO 6,1 miljoen euro ontvangen voor de aanschaf van de nieuwste en sterkste elektronenmicroscoop.

Daarmee kunnen moleculaire bouwstenen van cellen bestudeerd worden. Het apparaat komt in het celobservatorium van het LUMC in Leiden. Delftse onderzoekers van het Kavli-instituut krijgen ook toegang, net als onderzoekers van acht andere universiteiten en instituten.

www.necen.nl

Betere studiekeuze
De TU Delft gaat eerstejaarsvakken online zetten voor potentiële studenten. Dat schrijven rector Luyben en hoofd onderwijs- en studentenzaken Anka Mulder op ScienceGuide. Doel is aankomende studenten de juiste studiekeuze te laten doen. Via de zogenaamde open course ware (ocw) moet studenten een reëel beeld krijgen van de inhoud en het niveau van de te kiezen studie. De huidige voorlichting in het Nederlands hoger onderwijs blijkt daarvoor nog onvoldoende, met veel uitval tot gevolg. De TU Delft begon er in 2007/2008 mee en was daarmee een van de eerste Europese universiteiten die open course ware aanbood. De TU ziet er ook mogelijkheden in om ‘een leven lang leren’ te stimuleren. Volgens de commissie-Veerman leeft dat in Nederland onvoldoende, wat onder meer blijkt uit het afgenomen aantal deelnemers bij de Open Universiteit. Uit eerste ervaringen van de TU blijkt dat bijscholende werknemers via open course ware wel kunnen worden bereikt.

www.scienceguide.nl

Windonderzoek
Het onderzoek bij Duwind kan van start nu het kabinet als onderdeel van 67 miljoen euro voor de energieagenda, 19,5 miljoen beschikbaar heeft gesteld voor onderzoek naar windparken op zee. In programma Far and Large Offshore Wind (Flow) werkt het Delftse instituut voor windenergie Duwind samen met onder meer energieproducent RWE, onderzoeksinstituut ECN en een aantal industriële partners aan de ontwikkeling van grootschalige windenergie op zee. De toekenning van bijna 20 miljoen euro betekent voor Duwind dat er op verschillende faculteiten van de TU in totaal zestien promovendi kunnen worden aangesteld, licht prof.dr. Gerard van Bussel toe. Er zal onderzoek plaatsvinden naar andere windturbines, nieuwe funderingstechnieken, onderhoudsstrategieën en installatietechnieken die geschikt zijn voor windparken ver op zee. Ook de inpassing van de stroom in een dynamisch elektriciteitsnet op Europese schaal wordt onderzocht. 

www.flow-windpark.nl

Stedenbouw
“Stedenbouwkundig ontwerpen is in essentie geen vak, geen discipline, laat staan een wetenschap.” Dat stelt hoogleraar Wouter Vanstiphout die 9 juni (de dag van de verkiezingen) zijn intreerede ‘Ontwerp is politiek’ geeft bij Bouwkunde. Stedenbouw is volgens de professor de arena waar gevochten en onderhandeld wordt over de belangen en overtuigingen die leidend moeten zijn in de inrichting van onze steden.

MaastorenDe nieuwe kantoortoren op de Rotterdamse Kop van Zuid dat afgelopen vrijdag is geopend, wordt verwarmd en gekoeld met water uit de Maas. De installatie is verzorgd door Techniplan Adviseurs die daar in 2007 al de Vernuftelingprijs voor hebben gekregen. In de winter is koude uit het Maaswater gewonnen voor koeling in de zomer. ’s Zomers wordt juist de warmte onttrokken en opgeslagen. Het oppervlaktewater als zonnecollector lijkt breed toepasbaar.

Verkiezingen39,7 Procent van de studenten heeft vorige week gestemd voor de studentenraad (sr). Dat is een hogere opkomst dan in 2009, toen 37 procent zijn stem uitbracht. Dat is opmerkelijk, want er viel weinig te kiezen. Oras was de enige partij die meedeed, nadat AAG zich door een gebrek aan mankracht had teruggetrokken. Oras-voorzitter Michael van Lith had niet verwacht dat de opkomst dit jaar hoger zou zijn dan ooit. “Dat was een leuke verrassing.” 18,5 Procent stemde blanco, drie keer zoveel als een jaar eerder. Van Lith leest daaruit dat deze mensen het of niet eens zijn met de standpunten van Oras of dat ze principieel meer dan één partij in de sr willen. Hij hoopt dat er bij de volgende verkiezingen wel weer een concurrerende partij zal zijn. Van Lith heeft ‘via, via, via’ gehoord dat er studenten zijn die dat initiatief willen nemen. Naast de lijsttrekker kregen dit jaar voor het eerst twee andere kandidaten voorkeursstemmen: Caroline Streng en Milou Foole, de nummers twee en vier van de kieslijst.

NobelprijswinnaarsTwee Delftenaren zijn uitgenodigd om deel te nemen aan de Lindau-conferentie die tussen 27 juni en 2 juli plaatsvindt aan de Bodensee. Marijn van Loenhout en Katja Nowack (beiden van Technische Natuurwetenschappen) komen daar met zevenhonderd jonge wetenschappers uit de hele wereld (twaalf uit Nederland) samen met ongeveer zestig Nobelprijswinnaars. 

www.lindau.de

Engelenbak wintDe 28 bewoners van studentenhuis De Engelenbak hadden er op voorhand alle vertrouwen in. En terecht, zo bleek. Op 20 mei pakten ze in Club Air in Amsterdam de titel ‘Studentenhuis 2010’, een wedstrijd georganiseerd door Studenten.net. De bekendmaking had plaats tijdens een finalefeest in Amsterdam, waar ook de Student van het jaar werd gekozen en de Sloggi Studentenbillenaward werd uitgereikt. 

www.studenten.net/lifestyle

RioHet studententeam Greenchoice Forze rijdt deze week met zijn waterstofkart door Rio de Janeiro. De studenten zijn er voor het door Michelin georganiseerde Challenge Bibendum – een manifestatie voor de meest duurzame auto’s. Op 3 juni vindt er een grote parade plaats door de stad. Terug in Nederland bouwen de studenten verder aan hun derde waterstofkart die op 19 augustus deelneemt aan het WK in Den Haag.

www.greenchoice-forze.nl

Club dNAHet nieuwe ontwerp van Club dNA (de Nieuwe Academie) wordt donderdag om 17.00 uur gepresenteerd in hal C van de Schiehallen aan de Schieweg. Momenteel worden deze hallen voornamelijk door bedrijven gebruikt voor opslag. Maar deze gaan verdwijnen en er komt ruimte voor onder meer kunstenaars en andere creatievelingen, studie- en sportverenigingen en TU-afgestudeerden, clubs en urban speelplaatsen.

Aanmelden kan via aanmelder.nl/18087

KlachtenloketStudenten met klachten over de TU kunnen vanaf 1 september terecht bij een digitaal klachtenloket. Studentendecanen sturen klachten vervolgens door naar de juiste persoon. 
Het instellen van één klachtenloket is verplicht volgens de nieuwe Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Zo’n loket maakt het voor studenten gemakkelijker om met klachten te komen, omdat zij nu niet eerst hoeven uitzoeken bij wie ze precies moeten zijn. Onderdeel van het klachtenbureau is de ombudsman voor studenten. Die werd vorig jaar op non-actief gesteld. De functie wordt teruggebracht van 1,0 fte naar 0,2 fte. De nieuwe ombudsman begint binnenkort. 

 

WIE IS MIG DE JONG?
Voor hij als planoloog aan de Universiteit van Amsterdam afstudeerde, had Mig de Jong (Rotterdam, 1982) al een propedeuse psychologie en een bachelor wijsbegeerte achter de rug. Maar zijn voorliefde voor het computerspel SimCity was waarschijnlijk belangrijker bij de keuze voor planologie, zegt hij. “Ik vind het altijd leuk om na te denken over stedelijke inrichting. Hoe mensen zich verplaatsen. Hoe ze omgaan met hun ruimtelijke omgeving. En hoe je dat kunt verbeteren.”
De Jongs eigen ruimtelijke omgeving is Amsterdam. Hij woont niet direct in de buurt van de Noord-Zuidlijn, maar in de Jordaan. Hij publiceerde onder meer over het gebruik van verkeersmodellen in beleidsvorming, over de omgeving van hogesnelheidstreinstations en over de Vasco da Gamabrug bij Lissabon – met meer dan zeventien kilometer de langste brug van Europa en toch in slechts anderhalf jaar voltooid.

Bij grote infrastructurele projecten zijn forse kostenoverschrijdingen eerder regel dan uitzondering. Jij onderzoekt projecten die juist wel goed zijn verlopen. Waarom?
“Het bestaande onderzoek richt zich sterk op projecten waar het misliep. Zeer nuttig, maar zo kom je vooral de don’ts te weten. De do’s zijn ook belangrijk.”

Wanneer is een project succesvol?
“Als een metrolijn op tijd wordt opgeleverd en het aantal reizigers niet achterblijft bij de verwachtingen, is al aan twee succescriteria voldaan. Maar mijn belangrijkste criterium is dat het project niet duurder mag zijn uitgevallen dan in de begroting stond. Mij gaat het vooral om het verschijnsel dat informatie die politici en burgers in het beginstadium over een project aangereikt krijgen, achteraf vaak onvolledig of onjuist blijkt te zijn. Zo brokkelt het vertrouwen af, en daarmee het draagvlak voor nieuwe projecten. Ook als die wel deugdelijk onderbouwd zijn.”

Heb je al succesprojecten geanalyseerd?
“Ja, en opvallend genoeg blijken sommige ‘succesvolle’ projecten helemaal niet zo succesvol te zijn. Mensen presenteren graag positieve cijfers, en kennelijk niet alleen in de fase waarin een plan nog door de gemeenteraad moet worden geloodst. Natuurlijk zijn er ook echte successen, zoals de Westerscheldetunnel.”

Welk Nederlands project bleek bij nadere bestudering niet zo succesvol te zijn?
“Het is een snelweg. Meer kan ik er nu niet over zeggen: ik wil eerst meer bronnen verzamelen. Maar zoiets zet je als onderzoeker wel aan het denken. Bij dit onderzoek moet je sowieso omzichtig te werk gaan. Kritische vragen stel je niet aan het begin van een interview, bijvoorbeeld. Dan klapt je gesprekspartner dicht. Geen enkele betrokkene staat te springen om je vertellen over wat mis is gegaan.”

Waarom wil je zowel Nederlandse als buitenlandse projecten onderzoeken?
“Ik hoop tot een theorie te komen die ook buiten Nederland relevant is. Mijn streven is om van een spoorproject, een wegproject, een brug en een tunnel steeds een Nederlands en een buitenlands voorbeeld te onderzoeken. Mijn promotor Bent Flyvbjerg, tegenwoordig hoogleraar in Oxford, heeft wereldwijd zo’n 260 grote infrastructuurprojecten geanalyseerd. Spoortrajecten bleken gemiddeld 45 procent duurder dan begroot, bruggen en tunnels 34 procent, wegen 20 procent.”

Welke succesfactoren kom je in je literatuuronderzoek tegen?
“Transparantie is een belangrijke succesfactor bij geslaagde projecten, want zo krijg je sneller een realistisch beeld van de kosten. Maar planners houden niet altijd van transparantie.
Als private partijen investeren in een project, kan dat ook een positieve factor zijn. Ze hebben geen zin om geld te verliezen en zullen dus sneller dan menig overheidsorganisatie toetsen of de ramingen wel kloppen. Bij de ontwikkeling van projecten als de Kanaaltunnel en de Noord-Zuidlijn gaan politici er vaak prat op dat daar nieuwe, innovatieve technologie bij komt kijken. Maar juist het werken met bestaande technologie die zijn waarde al heeft bewezen is een belangrijke succesfactor. De keuze voor bestaande technologie stelt bovendien investeerders en aannemers gerust. In Madrid voltooien ze nu een metrolijn met steeds dezelfde techniek en steeds dezelfde standaardmaten. Een groot verschil met de Noord-Zuidlijn. Daar dacht de aannemer: een station dat twintig meter diep ligt, onder een stad op palen, hoe moet ik dat aanpakken? Aannemers zijn voorzichtig. Ze berekenen eerst de risico’s en berekenen die weer door aan de opdrachtgever. Daardoor vielen de eerste offertes voor de Noord-Zuidlijn zo prijzig uit dat de gemeente Amsterdam de risico’s ging overnemen om zo de kosten te drukken en het project doorgang te laten vinden. Die tactiek heeft financieel niet bepaald gunstig voor Amsterdam uitgepakt.”

Is de aanpak in Madrid niet een beetje saai? Ingenieurs willen innovatief zijn.
“Ja, en zo hoort het ook. Maar in Madrid komt er wel elk jaar tien kilometer metrospoor bij. In Amsterdam is dat zeshonderd meter. En beide steden geven er evenveel geld aan uit! Amsterdam is niet verplicht om het zo aan te pakken als Madrid. Maar dan moet je de burger wel informeren over het verschil in kosten.”

De Amsterdamse gemeenteraad besloot deze zomer door te gaan met de Noord-Zuidlijn. Volgens het rapport van de commissie-Veerman was dat de verstandigste keuze. Jij hebt dat rapport onvolledig genoemd. De kosten-batenanalyses zouden niet deugen. Het rapport zou bijvoorbeeld een te rooskleurig beeld schetsen van de te verwachten reizigersaantallen. Je stelt zelfs dat de commissie rekenkundige trucs heeft gebruikt om de toekomstige baten hoger te laten lijken.
“Klopt.”

Waarom zouden de commissieleden zoiets doen?
“Ik kan niet in hun hoofd kijken. Maar als ik zie hoe het rapport is opgesteld… dat valt alleen te begrijpen als je aanneemt dat ze naar een gewenste, positieve conclusie toewerkten.”

Trek je de integriteit van de commissie in twijfel?
“Dat is zware kritiek, ja. Maar als zulke kritiek gerechtvaardigd is, moet iemand ook durven roepen dat de keizer geen kleren aan heeft. Het gaat tenslotte om gemeenschapsgeld.”

Als het rapport pessimistischer was geweest, had de gemeenteraad dan andere conclusies getrokken?
“Ik denk het niet. Sommige raadsleden hebben al aangegeven te verwachten dat de kosten hoger uitvallen dan Veerman nu voorspelt. Ze vinden dat de Noord-Zuidlijn er toch maar moet komen.”

Wat had de commissie volgens jou moeten adviseren? Stoppen met het project en een verlies nemen van 1,3 miljard?
“Het is niet mijn rol als wetenschapper om politici te vertellen wat ze moeten doen. Mijn taak is om de cijfers in het advies zorgvuldig te analyseren. Doorgaan betekent dat dat Amsterdam waarschijnlijk nog veel ellende voor de kiezen krijgt. ”

Wat is het worstcasescenario?
“Je herinnert je nog wel dat dit jaar in Keulen bij de aanleg van een nieuwe metrolijn het stadsarchief is ingestort. Dat is een worstcasescenario. Een veel waarschijnlijker scenario is dat Amsterdam met nieuwe kostenoverschrijdingen te maken krijgt.”

Als die Noord-Zuidlijn eenmaal is opgeleverd, is iedereen blij en heeft niemand het meer over de kostenoverschrijdingen.
“Dat zou kunnen. Maar dat ontslaat je niet van de plicht om burgers tijdig te informeren over de werkelijke kosten en baten en risico’s. Daar bestaat een goede methode voor, waarbij je een statistische vergelijking trekt met het verloop van eerdere, soortgelijke projecten. De Noord-Zuidlijn is niet zo uniek als sommige bestuurders denken.”

Een bestuurder kan er oprecht van overtuigd zijn dat de Noord-Zuidlijn van cruciaal belang is voor Amsterdam. Die denkt: ik sta niet te lang stil bij wat er allemaal mis kan gaan, want anders komt dat ding er nooit.
“Ja, dat is de psychologische kant. Mensen willen dan zo graag dat het goed gaat, dat ze informatie die met dat idee in strijd is, niet meer tot zich laten doordringen. Ik heb niet voor niets onlangs gepleit voor een onafhankelijke instantie die grote projecten als de Noord-Zuidlijn onbevangen kan bekijken. Met de blik van een registeraccountant, bijvoorbeeld. Zo’n instelling – dat zou de Rekenkamer kunnen zijn – heeft voldoende afstand en kent niet de verleiding om een opdrachtgever naar de mond te praten.”

Zal Amsterdam blij zijn met de adviezen van zo’n instituut?
“Dat zou je wel verwachten, want je kunt dan als gemeenteraad eindelijk het kaf van het koren scheiden. Nu hebben de projecten waar het hardst over gelogen wordt, de meeste kans om goedgekeurd te worden. Dat is de megaprojectparadox. Stel, je hebt drie projecten die even waardevol zijn en waarbij je ongeveer dezelfde kosten en baten mag verwachten. Project één kiest voor een voorzichtige schatting, project twee voor een realistische schatting en project drie stelt de zaken veel mooier voor dan ze zijn. Dan krijgt project drie het groene licht, want dat presenteert zichzelf het beste. Een onafhankelijk instituut kan zo’n zeepbel tijdig doorprikken.”

www.migdejong.nl

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.