Kleinschalige masteropleidingen bieden over het algemeen beter onderwijs dan grote, blijkt uit de Keuzegids Masters 2015. De universiteiten van Wageningen en Maastricht komen, net als vorig jaar, als beste uit de bus.
Wageningen Universiteit is volgens de redactie van de Keuzegids de “absolute topper bij de voltijdmasters”. De Universiteit Maastricht is de beste brede universiteit, al heeft die “weinig echte toppers”. Ook Nijmegen doet het goed, net als de Technische Universiteit Eindhoven en de Open Universiteit. Die laatste heeft de allerhoogste score, maar biedt alleen maar afstandsonderwijs aan.
De twee Amsterdamse universiteiten doen het al jaren slecht in de Keuzegids, en dat is ook in 2015 niet anders.
De waarderingen in de gids zijn gebaseerd op studentenoordelen uit de Nationale Studenten Enquête en deskundigenoordelen uit de zesjaarlijkse opleidingsaccreditaties.
De beste masterstudies van Nederland zijn bijna allemaal klein, met gemiddeld zo’n vijftig tot zestig studenten per jaar, valt de Keuzegids op. Dat is volgens de redactie geen toeval: “Er is meer persoonlijke aandacht, de lijntjes met docenten en andere medewerkers zijn kort, studenten kennen elkaar beter.”
Toch is kleinschaligheid geen vereiste voor succes. In de top-20 staat bijvoorbeeld ook de master plant sciences van Wageningen Universiteit, een opleiding met meer dan tweehonderd studenten. In het wetenschappelijk onderwijs kreeg de master nanoscience van de Rijksuniversiteit Groningen de meeste punten.
Maar studiekiezers met een bachelordiploma Nederlands op zak kunnen vrij weinig met die informatie. Daarom kijkt de Keuzegids per masterstudie welke instelling goed onderwijs biedt. De master neuroscience bijvoorbeeld is het best aan de Universiteit van Amsterdam of de Radboud Universiteit Nijmegen, maar voor de master Europese Studies staan Maastricht en Groningen bovenaan de lijst.
In het hoger beroepsonderwijs doen de masteropleidingen van Hogeschool Inholland het net als vorig jaar goed, hoewel die instelling dit jaar is ingehaald door Artez, hogeschool voor de kunsten. Ook de Hogeschool Utrecht en de Hogeschool Rotterdam doen het goed.
Een voordeel van de hbo-masters is dat ze eigenlijk altijd kleinschalig zijn, omdat er minder studenten voor kiezen. Maar te klein is ook niet goed, aldus de Keuzegids. Sommige masters hebben zo weinig studenten dat de kwaliteit eronder lijdt.
Comments are closed.