Education

‘Ik wil niet bang zijn’

Hij kan weer rechtop lopen en zijn buikspieren bewegen, maar zijn wond bloedt af en toe nog wel. Martin Ogink, eerstejaars student werktuigbouwkunde, knapt weer een beetje op van de buikwond die hij bij een steekpartij opliep.

br />
Ogink was tijdens oud en nieuw bij studentencomplex De Krakeelhof aan het feesten met zijn ouders en vrienden, toen een groep jongens opeens vuurwerk in het vreugdevuur gooide. “Het vuurwerk schoot alle kanten op”, zegt hij. “Er ontstond commotie en een vriend werd geslagen. Ik ging er naartoe, maar er sprong meteen een kerel bovenop. Iets in die jas van die kerel scheurde.”

Volgens Ogink werd er flink geduwd en kwam er een man naar hem toe. “Hij zei: ‘Is dit hem?’ Toen kwamen er vier kerels op me af en werd ik op mijn mond geslagen en aan mijn haren getrokken. Een huisgenoot pakte mij beet en zei dat ik weg moest.”

Tot zijn schrik zag Ogink dat de badjas van zijn huisgenoot onder het bloed zat. “Ik trok mijn shirt omhoog en zag allemaal bloed. Ik dacht: ‘Shit, een ambulance: ik moet geholpen worden!’ Ze hadden me neergelegd zodat het niet zo zou bloeden. Ik keek om me heen en dacht: ‘Wat een toestand’.”

In het ziekenhuis werd Martin direct geopereerd. “De volgende dag werd ik wakker en zag ik een flinke wond in mijn buik. De wond is opengelaten, zodat die beter kan genezen. Af en toe voel ik nog wel een pijnscheut en als ik moet hoesten, trekt die wond.”

Ogink kende de groep jongens niet. “Ik heb zelf niet gezien wie mij heeft gestoken. Ik probeerde iedereen te sussen. Ik ben half Antilliaans en die groep zag er ook zo uit, dus ik dacht die groep wel rustig te kunnen krijgen.”

Of Ogink nu bang is? “Ik was eerst bang dat ik bang zou zijn. Op de eerste dag dat ik weer in Delft was, ben ik meteen gaan fietsen. ’s Nachts ben ik expres laat thuisgekomen om te kijken of het ging. Ik wil niet bang zijn.”

Studeren is nog wel moeilijk. “Ik zit op Virgiel en daar is het nieuws natuurlijk ook rondgegaan. Als ik naar de UB ga, moet ik iedere keer mijn verhaal doen. Op een gegeven moment ben je al die aandacht wel zat: het is al twee weken bezig. Ik zit nu in mijn tentamenweek, maar heb een paar tentamens laten vallen. Volgend kwartaal zal ik extra hard moeten studeren. De studieadviseur zei dat als ik er psychisch veel last van had en daardoor tentamens niet haalde, ik maar naar de studentenpsycholoog moest gaan.”

Over de daders heeft Ogink niets meer gehoord. “De politie is ermee bezig. Ze zeiden dat het wel moeilijk zal worden, omdat niemand de steekpartij heeft gezien. Om de dader te pakken, moet hij door zijn vrienden worden verlinkt.”

Connie van Uffelen

Hij kan weer rechtop lopen en zijn buikspieren bewegen, maar zijn wond bloedt af en toe nog wel. Martin Ogink, eerstejaars student werktuigbouwkunde, knapt weer een beetje op van de buikwond die hij bij een steekpartij opliep.

Ogink was tijdens oud en nieuw bij studentencomplex De Krakeelhof aan het feesten met zijn ouders en vrienden, toen een groep jongens opeens vuurwerk in het vreugdevuur gooide. “Het vuurwerk schoot alle kanten op”, zegt hij. “Er ontstond commotie en een vriend werd geslagen. Ik ging er naartoe, maar er sprong meteen een kerel bovenop. Iets in die jas van die kerel scheurde.”

Volgens Ogink werd er flink geduwd en kwam er een man naar hem toe. “Hij zei: ‘Is dit hem?’ Toen kwamen er vier kerels op me af en werd ik op mijn mond geslagen en aan mijn haren getrokken. Een huisgenoot pakte mij beet en zei dat ik weg moest.”

Tot zijn schrik zag Ogink dat de badjas van zijn huisgenoot onder het bloed zat. “Ik trok mijn shirt omhoog en zag allemaal bloed. Ik dacht: ‘Shit, een ambulance: ik moet geholpen worden!’ Ze hadden me neergelegd zodat het niet zo zou bloeden. Ik keek om me heen en dacht: ‘Wat een toestand’.”

In het ziekenhuis werd Martin direct geopereerd. “De volgende dag werd ik wakker en zag ik een flinke wond in mijn buik. De wond is opengelaten, zodat die beter kan genezen. Af en toe voel ik nog wel een pijnscheut en als ik moet hoesten, trekt die wond.”

Ogink kende de groep jongens niet. “Ik heb zelf niet gezien wie mij heeft gestoken. Ik probeerde iedereen te sussen. Ik ben half Antilliaans en die groep zag er ook zo uit, dus ik dacht die groep wel rustig te kunnen krijgen.”

Of Ogink nu bang is? “Ik was eerst bang dat ik bang zou zijn. Op de eerste dag dat ik weer in Delft was, ben ik meteen gaan fietsen. ’s Nachts ben ik expres laat thuisgekomen om te kijken of het ging. Ik wil niet bang zijn.”

Studeren is nog wel moeilijk. “Ik zit op Virgiel en daar is het nieuws natuurlijk ook rondgegaan. Als ik naar de UB ga, moet ik iedere keer mijn verhaal doen. Op een gegeven moment ben je al die aandacht wel zat: het is al twee weken bezig. Ik zit nu in mijn tentamenweek, maar heb een paar tentamens laten vallen. Volgend kwartaal zal ik extra hard moeten studeren. De studieadviseur zei dat als ik er psychisch veel last van had en daardoor tentamens niet haalde, ik maar naar de studentenpsycholoog moest gaan.”

Over de daders heeft Ogink niets meer gehoord. “De politie is ermee bezig. Ze zeiden dat het wel moeilijk zal worden, omdat niemand de steekpartij heeft gezien. Om de dader te pakken, moet hij door zijn vrienden worden verlinkt.”

Connie van Uffelen

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.