Science

Het hulpje van de veiligheidsadviseur

De verloedering van de stad leidt niet zelden tot verhitte discussies. Analyse en beoordeling worden daarbij nogal eens verward met persoonlijk inzicht en esthetische voorkeur, meent bouwkundig ingenieur Rob van der Bijl. Hij deed daarom een beroep op de koelbloedige arbitrage van de pc.

Computers kunnen al een aardig potje schaken, maar een pruimbare vertaling zit er nog steeds niet in. De vormelijkheid van de machine botst tenslotte maar al te vaak met de dubbelzinnigheden in de mensenwereld. De ooit zo hooggespannen verwachtingen over kunstmatige intelligentie zijn de laatste tien jaar dan ook getemperd. Het nabootsen van een mens, de eretrofee in deze tak van sport, blijft voorlopig het domein van de science fiction.

Ook bij de faculteit Bouwkunde heerste er optimisme over de toepassing van kunstmatige intelligentie. Halverwege de jaren tachtig dacht men nog aardig wat architectonische en stedenbouwkundige expertise te kunnen onderbrengen in computersystemen. Een ambitieuze onderneming, met als eindbestemming het ‘objectiveren’ van bouwkundige kennis. Harde data op harde schijven, in plaats van vrijblijvende privé-opvattingen.

,,Dat viel tegen”, constateert ir. Rob van der Bijl, die al sinds 1986 betrokken is bij dergelijk onderzoek. ,,Ik weet dat TNO wel eens heeft geprobeerd een systeem voor brandpreventie op te zetten, maar dat is volgens mij op niets uitgelopen. Aan het begin van de jaren tachtig werd men daarom wat pragmatischer.” De onderzoeksgroepen bij Bouwkunde beseften later dat meer eer te behalen viel aan de ontwikkeling van zeer bescheiden kennissystemen.

Er ontbrak alleen nog een toepassing. De Politie Haaglanden bood hier uitkomst. Van der Bijl: ,,In 1990 deed zich de gelukkige omstandigheid voor dat zij onderzoek wilden laten verrichten naar veiligheid en de gebouwde omgeving. Zij kregen namelijk steeds meer aanvragen om te adviseren over veiligheidsaspecten van bouwplannen, en wilden daarom een stedenbouwkundige in huis halen.” Sindsdien onderzocht Van der Bijl hoe kennis over de relatie tussen de gebouwde omgeving en veiligheid in een computer gestopt kan worden. Komende dinsdag promoveert hij op dit onderwerp.
Zinsontleding

Van der Bijl begon met zich af te vragen hoe je kennis uit een kennisdomein kunt zuigen. ,,Je kunt daarvoor natuurlijk een expert ondervragen, maar dat vond ik zelf te gemakkelijk. Een expert hoeft bijvoorbeeld niet representatief te zijn voor een kennisdomein.” Uiteindelijk, nadat hij zijn licht had opgestoken bij de wetenschapsfilosofie, koos hij ervoor de gedachtenuitwisseling tussen experts, ofwel het discours te analyseren. Dat heeft immers voordelen. Er zit veel structuur in en het discours bevat de kennis van een hele groep experts.

Ideaal computervoer. Een ‘wetenschappelijke vingeroefening’ noemt Van der Bijl de analyses zelf. ,,Een cynicus zou het zinsontleding noemen, maar ik houd het liever op the art of close analysis. En bestudering van teksten als het programma van eisen van bouwkundige objecten is hiervoor zeer geschikt. Het echt interessante materiaal zit immers in het commentaar bij en de kritiek op de ontwerpen.”

Als case voor zijn onderzoek analyseerde Van der Bijl begin jaren 90 de teksten van veiligheidsadviseurs over het ontwerp van de ‘Galleria’ aan het Slachthuisplein in Den Haag, een gebouw van de hand van architect Aldo Rossi. Samen met de bouwkundige tekeningen en geografische informatie van de locatie, levert dit kennis op die gebruikt kan worden om de veiligheid van soortgelijke locaties te beoordelen.

De plaatsing van deuren kan daarbij net zo belangrijk zijn als de nabijheid van een verkeersader. ,,De afstand tussen een wijk en een snelwegoprit is zeer relevant voor de veiligheid”, benadrukt hij. ,,Want hoe kleiner deze is, hoe groter de kans op inbraak blijkt te zijn. Je moet daarom informatie aanbieden op verschillende schaalniveaus, en alle relaties tussen de onderdelen van de omgeving vastleggen.”

Om van al deze data een bruikbaar computerprogramma te kunnen maken, zette hij een precedent-gebaseerd systeem op dat een groot aantal gerealiseerde plannen bevat waarvan de veiligheidsaspecten klaarduidelijk zijn gemaakt. ,,Van oudsher worden precedenten vooral in twee vakgebieden gebruikt: in de juridische wereld en binnende architectuur”, weet Van der Bijl. ,,Men zoekt dan naar een verzameling van oplossingen, door vergelijkbare situaties te bekijken. Dat is ook een goed model om mensen te ondersteunen bij het maken van beslissingen.”
Worstjes

Hoewel zijn onderzoek voornamelijk bedoeld was om aan te tonen dat stedenbouwkundige kennis wel degelijk naar een computersysteem is te transplanteren, maakt de Politie Haaglanden inmiddels dankbaar gebruik van zijn programma Predore. ,,Het systeem is nu een beetje het geheugen van het politiecorps. Je kunt als adviseur met dit systeem snel aangeven waarom je bepaalde dingen wel of niet moet bouwen. Maar je moet wel oppassen. Als mensen met concrete vragen komen, dan moet je niet wijsneuzig gaan doen met voorbeelden en precedenten.”

De toekomst zal leren of misdaadanalisten en veiligheidsexperts massaal naar Predore zullen grijpen om bouwplannen te evalueren. De meningen over de relatie tussen de gebouwde omgeving en veiligheid zijn namelijk op z’n zachtst gezegd verdeeld.

Van der Bijl: ,,De ene stroming vindt het aanroeren van het onderwerp al taboe, en bestempelt onderzoek in die richting als deterministisch. De optimisten menen juist dat je veel aan de gebouwde omgeving kunt sleutelen. Ik vind beide stellingnamen overdreven. Maar met betere informatie kun je in elk geval gunstigere voorwaarden scheppen om wat te bereiken op veiligheidsgebied. Voor mijn promotieonderzoek had het onderwerp ook een ander kennisdomein kunnen bestrijken, zoals het maken van worstjes. Dat is ook expertise.”
Verkokering

Aanstaande dinsdag heeft Van der Bijl er twaalf jaar werk als onderzoeker opzitten. Dat heeft volgens hem in elk geval voorkomen dat hij als zelfstandig stedenbouwkundige werd verzwolgen door de praktijk van alledag.

,,Door het onderzoek kwam ik ook in aanraking met andere vakgebieden zoals logica, taalkunde en informatica. Dat is prettig want verkokering is inherent aan elk vakgebied. Bovendien werkt de manier waarop onderzoek tegenwoordig gefinancierd wordt, ook bevestiging van de bestaande paradigma’s in de hand. Ik heb nu zelf gekozen om mijn onderzoek in een bepaalde richting te sturen, maar de constante roep om concrete toepassingen heeft ook gevaarlijke kanten.”

Van der Bijls onderzoek krijgt na zijn promotie nog een vervolg. Er staat een Internet-versie van het systeem op stapel, en is het de bedoeling dat er een Europese versie van Predore uitkomt. ,,De applicatie was aanvankelijk bedoeld om politie-adviseurs te ondersteunen, maar het kan ook gebruikt kunnen worden om kennis om het gebied van criminaliteitspreventie te normaliseren”, licht hij toe. ,,Vanaf januari 1999 gelden er bijvoorbeeld nieuwe normen voor inbraakwerendheid van nieuwe woningen en daar zou je dit systeem ook weer voor kunnen gebruiken. Ik ga er dus nog wel even mee verder.”

Computers kunnen al een aardig potje schaken, maar een pruimbare vertaling zit er nog steeds niet in. De vormelijkheid van de machine botst tenslotte maar al te vaak met de dubbelzinnigheden in de mensenwereld. De ooit zo hooggespannen verwachtingen over kunstmatige intelligentie zijn de laatste tien jaar dan ook getemperd. Het nabootsen van een mens, de eretrofee in deze tak van sport, blijft voorlopig het domein van de science fiction.

Ook bij de faculteit Bouwkunde heerste er optimisme over de toepassing van kunstmatige intelligentie. Halverwege de jaren tachtig dacht men nog aardig wat architectonische en stedenbouwkundige expertise te kunnen onderbrengen in computersystemen. Een ambitieuze onderneming, met als eindbestemming het ‘objectiveren’ van bouwkundige kennis. Harde data op harde schijven, in plaats van vrijblijvende privé-opvattingen.

,,Dat viel tegen”, constateert ir. Rob van der Bijl, die al sinds 1986 betrokken is bij dergelijk onderzoek. ,,Ik weet dat TNO wel eens heeft geprobeerd een systeem voor brandpreventie op te zetten, maar dat is volgens mij op niets uitgelopen. Aan het begin van de jaren tachtig werd men daarom wat pragmatischer.” De onderzoeksgroepen bij Bouwkunde beseften later dat meer eer te behalen viel aan de ontwikkeling van zeer bescheiden kennissystemen.

Er ontbrak alleen nog een toepassing. De Politie Haaglanden bood hier uitkomst. Van der Bijl: ,,In 1990 deed zich de gelukkige omstandigheid voor dat zij onderzoek wilden laten verrichten naar veiligheid en de gebouwde omgeving. Zij kregen namelijk steeds meer aanvragen om te adviseren over veiligheidsaspecten van bouwplannen, en wilden daarom een stedenbouwkundige in huis halen.” Sindsdien onderzocht Van der Bijl hoe kennis over de relatie tussen de gebouwde omgeving en veiligheid in een computer gestopt kan worden. Komende dinsdag promoveert hij op dit onderwerp.
Zinsontleding

Van der Bijl begon met zich af te vragen hoe je kennis uit een kennisdomein kunt zuigen. ,,Je kunt daarvoor natuurlijk een expert ondervragen, maar dat vond ik zelf te gemakkelijk. Een expert hoeft bijvoorbeeld niet representatief te zijn voor een kennisdomein.” Uiteindelijk, nadat hij zijn licht had opgestoken bij de wetenschapsfilosofie, koos hij ervoor de gedachtenuitwisseling tussen experts, ofwel het discours te analyseren. Dat heeft immers voordelen. Er zit veel structuur in en het discours bevat de kennis van een hele groep experts.

Ideaal computervoer. Een ‘wetenschappelijke vingeroefening’ noemt Van der Bijl de analyses zelf. ,,Een cynicus zou het zinsontleding noemen, maar ik houd het liever op the art of close analysis. En bestudering van teksten als het programma van eisen van bouwkundige objecten is hiervoor zeer geschikt. Het echt interessante materiaal zit immers in het commentaar bij en de kritiek op de ontwerpen.”

Als case voor zijn onderzoek analyseerde Van der Bijl begin jaren 90 de teksten van veiligheidsadviseurs over het ontwerp van de ‘Galleria’ aan het Slachthuisplein in Den Haag, een gebouw van de hand van architect Aldo Rossi. Samen met de bouwkundige tekeningen en geografische informatie van de locatie, levert dit kennis op die gebruikt kan worden om de veiligheid van soortgelijke locaties te beoordelen.

De plaatsing van deuren kan daarbij net zo belangrijk zijn als de nabijheid van een verkeersader. ,,De afstand tussen een wijk en een snelwegoprit is zeer relevant voor de veiligheid”, benadrukt hij. ,,Want hoe kleiner deze is, hoe groter de kans op inbraak blijkt te zijn. Je moet daarom informatie aanbieden op verschillende schaalniveaus, en alle relaties tussen de onderdelen van de omgeving vastleggen.”

Om van al deze data een bruikbaar computerprogramma te kunnen maken, zette hij een precedent-gebaseerd systeem op dat een groot aantal gerealiseerde plannen bevat waarvan de veiligheidsaspecten klaarduidelijk zijn gemaakt. ,,Van oudsher worden precedenten vooral in twee vakgebieden gebruikt: in de juridische wereld en binnende architectuur”, weet Van der Bijl. ,,Men zoekt dan naar een verzameling van oplossingen, door vergelijkbare situaties te bekijken. Dat is ook een goed model om mensen te ondersteunen bij het maken van beslissingen.”
Worstjes

Hoewel zijn onderzoek voornamelijk bedoeld was om aan te tonen dat stedenbouwkundige kennis wel degelijk naar een computersysteem is te transplanteren, maakt de Politie Haaglanden inmiddels dankbaar gebruik van zijn programma Predore. ,,Het systeem is nu een beetje het geheugen van het politiecorps. Je kunt als adviseur met dit systeem snel aangeven waarom je bepaalde dingen wel of niet moet bouwen. Maar je moet wel oppassen. Als mensen met concrete vragen komen, dan moet je niet wijsneuzig gaan doen met voorbeelden en precedenten.”

De toekomst zal leren of misdaadanalisten en veiligheidsexperts massaal naar Predore zullen grijpen om bouwplannen te evalueren. De meningen over de relatie tussen de gebouwde omgeving en veiligheid zijn namelijk op z’n zachtst gezegd verdeeld.

Van der Bijl: ,,De ene stroming vindt het aanroeren van het onderwerp al taboe, en bestempelt onderzoek in die richting als deterministisch. De optimisten menen juist dat je veel aan de gebouwde omgeving kunt sleutelen. Ik vind beide stellingnamen overdreven. Maar met betere informatie kun je in elk geval gunstigere voorwaarden scheppen om wat te bereiken op veiligheidsgebied. Voor mijn promotieonderzoek had het onderwerp ook een ander kennisdomein kunnen bestrijken, zoals het maken van worstjes. Dat is ook expertise.”
Verkokering

Aanstaande dinsdag heeft Van der Bijl er twaalf jaar werk als onderzoeker opzitten. Dat heeft volgens hem in elk geval voorkomen dat hij als zelfstandig stedenbouwkundige werd verzwolgen door de praktijk van alledag.

,,Door het onderzoek kwam ik ook in aanraking met andere vakgebieden zoals logica, taalkunde en informatica. Dat is prettig want verkokering is inherent aan elk vakgebied. Bovendien werkt de manier waarop onderzoek tegenwoordig gefinancierd wordt, ook bevestiging van de bestaande paradigma’s in de hand. Ik heb nu zelf gekozen om mijn onderzoek in een bepaalde richting te sturen, maar de constante roep om concrete toepassingen heeft ook gevaarlijke kanten.”

Van der Bijls onderzoek krijgt na zijn promotie nog een vervolg. Er staat een Internet-versie van het systeem op stapel, en is het de bedoeling dat er een Europese versie van Predore uitkomt. ,,De applicatie was aanvankelijk bedoeld om politie-adviseurs te ondersteunen, maar het kan ook gebruikt kunnen worden om kennis om het gebied van criminaliteitspreventie te normaliseren”, licht hij toe. ,,Vanaf januari 1999 gelden er bijvoorbeeld nieuwe normen voor inbraakwerendheid van nieuwe woningen en daar zou je dit systeem ook weer voor kunnen gebruiken. Ik ga er dus nog wel even mee verder.”

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.