Ondanks de crisis is het leeuwendeel van de pas afgestudeerde academici aan het werk. Toch heeft zeventig procent geen vast contract en werkt dertig procent onder zijn niveau. Een schrale troost: in 2005 was de arbeidsmarkt nog slechter.
Weekblad Elsevier liet ruim 3200 academici en ongeveer evenveel hbo’ers ondervragen die in het studiejaar 2009-2010 afstudeerden. Hun antwoorden bevestigen wat al langer duidelijk is: een vaste baan zit er voor de meeste starters niet in. Anderhalf jaar na afstuderen heeft 29 procent van de academici en 36 procent van de hbo’ers een vast contract. Ter vergelijking: tien jaar geleden was dat nog 48 en 65 procent.
Econometristen, informatici en docenten in exacte vakken zijn de uitzondering. Zeventig procent van hen heeft binnen achttien maanden een aanstelling voor onbepaalde tijd.
Afgestudeerden zoeken niet per se langer naar een baan. Ook met de werkloosheid na anderhalf jaar lijkt het ondanks de crisis nog mee te vallen. Die ligt volgens Elsevier op vijf procent bij de academici en op vier procent voor de hbo’ers. Wie een talenstudie deed staat er op de arbeidsmarkt het slechtst voor: één op de vijf is werkloos. Van de historici, cultureel antropologen en juristen met een internationale specialisatie was vijftien procent nog niet onder de pannen.
De meeste afgestudeerden hebben dus wel werk, maar tegen een lager salaris. Gemiddeld verdienen academici anderhalf jaar na afstuderen 2622 euro bruto. Dat is minder dan vorig jaar en ongeveer evenveel als in de vorige recessie in 2005. Het hoogste startsalaris is nog altijd voor tandartsen (zesduizend bruto per maand), econometristen, artsen en fiscaal juristen (ruim drieduizend euro).
Drie op de tien academici heeft een baan waarvoor het behaalde diploma niet nodig was geweest. Bij de afgestudeerden in taal- en cultuurstudies gaat het zelfs om zes tot zeven van de tien. Tijdens de vorige recessie in 2005 werkte gemiddeld 32 procent van de universitair geschoolden onder zijn niveau, aldus Elsevier.
De huidige lichting starters blijkt meer de solliciteren dan de vorige: ze schreven gemiddeld dertien brieven tegen acht in 2009. Uitschieters zijn onder meer de afgestudeerden criminologie (24 brieven). Gewilde starters daarentegen zijn afgestudeerden in de zorg, werktuigbouwkunde, informatica, fiscaal recht en fiscale economie.
Zeventien procent van de academici heeft achteraf spijt van zijn studiekeuze, vaak vanwege de slechte baankansen. Behalve voor afgestudeerden in taal, literatuur en cultuur gaat dat volgens Elsevier ook op voor bovengemiddeld veel economen. Die blikken ontevreden terug op het weinig inspirerende onderwijs dat ze genoten.
Comments are closed.