Education

‘Bodem heeft veel te bieden’

Een conferentie over de ondiepe ondergrond die deze week plaatsvindt, wijst ingenieurs en beleidsmakers op de rijkdom in de eigen bodem.

De maatschappij begint binnen te dringen in de ondiepe ondergrond, constateert organisator dr.ir. Timo Heimovaara (Civiele Techniek en Geowetenschappen). Het ministerie van Vrom buigt zich over de vraag hoe het gebruik ervan geregeld moet worden. Daarnaast willen ingenieurs van alles doen, gewoon omdat het kan. Dit is de huidige situatie van de bodem tussen twee meter en drie kilometer diepte. Dit gebied werd tot nu toe alleen voor zijn draagvermogen gebruikt, maar nu ook in toenemende mate voor warmte- en koudeopslag, filtering van grondwater en voor bouw (de Noordzuidlijn gaat tot dertig meter diepte). Er leven allerlei vragen, stelt Heimovaara, en die willen we breed neerzetten in ons congres.

De eerste internationale conferentie over Frontiers in Shallow Subsurface Technology (ondiepe ondergrond), die van woensdag 20 tot en met vrijdag 22 januari in de aula plaatsvindt, brengt allerlei disciplines samen. Het evenement vormt de afsluiting van het onderzoeksprogramma ‘Delft Earth’ onder leiding van prof.dr. Salle Kroonenberg, maar het zou eveneens het begin kunnen zijn van een deel van het nieuwe onderzoeksprogramma BioGeoCivil, opgezet in samenwerking met onder andere TNO-bouw, Deltares, TU Eindhoven, Universiteit Utrecht en Wageningen Universiteit en Researchcentrum.
Op het congres wil de organisatie hoogtepunten presenteren van hedendaags bodemgebruik zoals de nieuwste ontwikkelingen in tunnelbouw, kennis over ondergrondse stromingen en opslag van CO2. Heimovaara hoopt dat onderzoekers hierdoor gaan beseffen welk potentieel er onder onze voeten ligt, voor zowel wetenschap als maatschappij, “als ze wat breder durven kijken”. Bovendien, stelt hij, is de snelheid van innovatie het grootst op het snijvlak van verschillende wetenschappen. Heimovaara ziet het congres als unieke kans voor contacten tussen wetenschappers en beleidsmakers. “Wij brengen ze samen. Ik ben benieuwd hoe dat gaat werken.” 

www.shallowsubsurface.org

Hij schreef teksten voor ‘De Wereld Draait Door’, ‘Koppensnellers’, ‘De Staat van Verwarring’, ‘BNN De Nieuwste Show’, de ‘Spek & Bonenshow’ en ‘Doe maar Normaal’. Hij had een eigen sketch in ‘Knevel en Van den Brink’, en schreef en speelde voor het radioprogramma ‘Spijkers met Koppen’ en voor de Hyena’s.
Alsof dat allemaal nog niet genoeg is, is Pieter Jouke ook een van de oprichters van burorenkema.nl, de shirtjessite nooitmeerwassen.nl, de grappenfabriek.nl en NuWZ.nl. Verder schrijft, presenteert en maakt hij filmpjes voor pocketinfo.nl.
Tussendoor, zo lijkt het, staat de Delftenaar maandag 30 maart in de eerste Strongbow Cider Stand-up Comedy Night. Met het cabarettalent Kristel Zweers. Een vrouw met lef die volgens Pieter Jouke zeer authentiek is en grappen maakt omdat ze dat gewoon leuk vindt.
Voor Pieter Jouke zelf geldt dat ook. “Ik vond comedy altijd al heel leuk, maar had het nooit gedaan. Totdat mijn oud-huisgenoten tijdens het eten zeiden: als je nu je mond eens houdt en op het podium gaat staan? Kan dat dan? Ik dacht dat je daar een opleiding voor nodig had. Ik heb het gedaan en werd vrij snel ontdekt. Mijn derde optreden was betaald.”
Hij werd toegelaten tot ‘Comedytrain’ en speelde op het podium van Toomler en talloze andere theaters en clubs. Toch had Pieter Jouke als afgestudeerd arbeids- en organisatiepsycholoog daarnaast een andere baan nodig. Die kreeg hij bij de faculteit Techniek, Bestuur en Management. “Ik ben zelfs nog hoofd personeel & organisatie geweest bij een organisatie in Rotterdam.”
Als grappenmaker personeelsadviseur zijn bij de TU, is dat niet saai? “Nee, leuk! Met mijn leidinggevende heb ik altijd veel gelachen. Je hebt bij een universiteit te maken met mensen die nadenken en je kunt als stand-up comedian ook een toegevoegde waarde hebben op de TU.” Als personeelsadviseur kun je immers ook pijn tegenkomen en een beetje lachen, kan soms helpen, wil hij er maar mee zeggen.
Inspiratie haalt hij uit werkelijk alles wat hij op zijn pad tegenkomt. “Ik denk heel associatief. Bij de TU moest ik dat tegenhouden, moest ik serieus zijn. Dan zette ik dat associatieve uit.”
Na een jaar of vier had Pieter Jouke het wel gezien bij de TU. “Ik zeg wel eens: sinds ik weg ben bij de TU, ben ik met pensioen. Ik vind het heel tof om grapjes te maken. Stand-up comedy is het leukste dat er is. Grapjes bedenken, die voordragen, mensen laten lachen en daar nog geld voor krijgen ook.”
Soms ziet hij nog wel eens oud-collega’s of voormalige huisgenoten in de zaal zitten. “Zij hebben nu hoge functies als manager of directeur, maar zeggen dan tegen mij: wat jij doet is eigenlijk wel het tofst.”
Wat hij in ieder geval overhield aan zijn andere leven als personeelsadviseur is stof voor het boek ‘Koning van de koffieautomaat – Een betere carrière dankzij humor’. Dit schreef hij met Michiel Peereboom en Victor Mastboom. “Het boek is voor een groot gedeelte op mijn ervaringen bij de TU geïnspireerd. Van die mensen die grappen maken bij de koffieautomaat. Zelf houd ik niet zo van comedy of stand-up, omdat ik halverwege de punch al heb bedacht.”
Wel leuk vindt hij cabaretiers als Daniel Arends en Sander van Opzeeland. “Daniël kan dingen zeggen die heel mooi zijn. Sander kan heel onwaarschijnlijke grappen bedenken, waarvan ik niet halverwege al denk: o, dat gaat die kant op.”
Over welke kant zijn eigen voorstelling in De Sjees op gaat, kan hij alvast het volgende verklappen. “Het is geen improvisatie maar een grotendeels voorbereid optreden. Leuk voor mensen die houden van slimmere humor dan poep, pis en gulp. Ik vind het leuk als mensen een beetje kunnen nadenken. Absurdistische grappen.”

www.desjees.nl

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.