Education

Zoete aardappelen in de wasmachine

Voor de Nederlandse productontwikkeling is kennis van andere culturen van levensbelang. Dat stelt prof.ir. Daan van Eijk (Industrieel Ontwerpen). Ontwerpers moeten daarom samenwerken met sociologen en cultureel antropologen, vertelt Van Eijk tijdens het symposium cultural diversity and design, waar hij zijn intreerede houdt.

br />
Van Eijk werd zelf hardhandig met zijn neus op dat feit gedrukt. “Ik had een mini-sabbatical in China”, zegt hij. “Ik wilde daar mijn was doen, maar de instructies stonden er alleen in Chinese tekens op. ‘Ach, hoe moeilijk kan een wasje draaien zijn’, dacht ik. Maar op welke knop ik ook drukte, ik kreeg het ding niet aan de praat. Hoe kan dit zo moeilijk zijn?”

Die vraag bezorgde Van Eijk hoofdbrekens. De ontwerper bepaalt hoe een product er uitziet. Maar voor het succes van zijn ontwerp is hij natuurlijk volledig afhankelijk van de cultuur van het land waarvoor hij ontwerpt. Juist daarom zouden IO’ers meer moeten samenwerken met sociale wetenschappers.

Een ander voorbeeld is wasmachines in Saoedi-Arabië. “Een wasmachineconcern verkocht daar amper wasmachines”, zegt Van Eijk. Waarom was een raadsel. “Al snel bleek dat de wasmachines te klein waren voor de lange gewaden van de Arabieren. Daarom werd vliegensvlug de wasmachine aangepast.”

Af en toe leveren culturele verschillen koddige voorbeelden op, waarbij een groot beroep wordt gedaan op de inventiviteit van een ontwerper. “In China gingen veel wasmachines kapot. Chinezen stopten hun zoete aardappelen namelijk ook in de machine. Dat vinden ze heel normaal. Nu zijn er speciale wasmachines waarin ook zoete aardappelen gewassen kunnen worden. Voor dat soort ontwerpen geldt: u vraagt wij draaien.”

Cultuurverschillen maken massaproductie zeker niet onmogelijk, betoogt Van Eijk. “Vaak is er een standaardproduct, waarvan de onderdelen per cultuur verschillen.” De beertender is daarvan een goed voorbeeld, meent hij. “Duitsers staan bekend als bierdrinkers. Maar ze hebben een andere taptechniek dan Nederlanders. Daar tappen ze soms wel zes keer. Heineken maakt natuurlijk liever maar één soort beertender. Dus hebben ze verschillende tapkranen voor de Nederlandse en Duitse markt bedacht.”

Er is intussen een nauwe samenwerking tussen de drie TU’s, sociale wetenschappen en bedrijven als Philips om nieuwe blunders te voorkomen. “In een van die gezamenlijke projecten zijn we de hoofdomtrek van Chinezen aan het meten. We maken zoveel apparaten, van helmen tot koptelefoons, bestemd voor het hoofd. Maar we weten niet of Chinezen dezelfde maten hebben als Europeanen. Eind volgend jaar worden die gegevens bekend. Ze komen voor iedereen beschikbaar, want alle ontwerpers moeten er van leren.”

Robert Visscher

Voor de Nederlandse productontwikkeling is kennis van andere culturen van levensbelang. Dat stelt prof.ir. Daan van Eijk (Industrieel Ontwerpen). Ontwerpers moeten daarom samenwerken met sociologen en cultureel antropologen, vertelt Van Eijk tijdens het symposium cultural diversity and design, waar hij zijn intreerede houdt.

Van Eijk werd zelf hardhandig met zijn neus op dat feit gedrukt. “Ik had een mini-sabbatical in China”, zegt hij. “Ik wilde daar mijn was doen, maar de instructies stonden er alleen in Chinese tekens op. ‘Ach, hoe moeilijk kan een wasje draaien zijn’, dacht ik. Maar op welke knop ik ook drukte, ik kreeg het ding niet aan de praat. Hoe kan dit zo moeilijk zijn?”

Die vraag bezorgde Van Eijk hoofdbrekens. De ontwerper bepaalt hoe een product er uitziet. Maar voor het succes van zijn ontwerp is hij natuurlijk volledig afhankelijk van de cultuur van het land waarvoor hij ontwerpt. Juist daarom zouden IO’ers meer moeten samenwerken met sociale wetenschappers.

Een ander voorbeeld is wasmachines in Saoedi-Arabië. “Een wasmachineconcern verkocht daar amper wasmachines”, zegt Van Eijk. Waarom was een raadsel. “Al snel bleek dat de wasmachines te klein waren voor de lange gewaden van de Arabieren. Daarom werd vliegensvlug de wasmachine aangepast.”

Af en toe leveren culturele verschillen koddige voorbeelden op, waarbij een groot beroep wordt gedaan op de inventiviteit van een ontwerper. “In China gingen veel wasmachines kapot. Chinezen stopten hun zoete aardappelen namelijk ook in de machine. Dat vinden ze heel normaal. Nu zijn er speciale wasmachines waarin ook zoete aardappelen gewassen kunnen worden. Voor dat soort ontwerpen geldt: u vraagt wij draaien.”

Cultuurverschillen maken massaproductie zeker niet onmogelijk, betoogt Van Eijk. “Vaak is er een standaardproduct, waarvan de onderdelen per cultuur verschillen.” De beertender is daarvan een goed voorbeeld, meent hij. “Duitsers staan bekend als bierdrinkers. Maar ze hebben een andere taptechniek dan Nederlanders. Daar tappen ze soms wel zes keer. Heineken maakt natuurlijk liever maar één soort beertender. Dus hebben ze verschillende tapkranen voor de Nederlandse en Duitse markt bedacht.”

Er is intussen een nauwe samenwerking tussen de drie TU’s, sociale wetenschappen en bedrijven als Philips om nieuwe blunders te voorkomen. “In een van die gezamenlijke projecten zijn we de hoofdomtrek van Chinezen aan het meten. We maken zoveel apparaten, van helmen tot koptelefoons, bestemd voor het hoofd. Maar we weten niet of Chinezen dezelfde maten hebben als Europeanen. Eind volgend jaar worden die gegevens bekend. Ze komen voor iedereen beschikbaar, want alle ontwerpers moeten er van leren.”

Robert Visscher

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.