Campus

‘We streven naar meer interactie met de leden’

De Afdeling Jonge Leden (AJL) van het Koninklijk Instituut voor Ingenieurs (KIvI) bestaat tien jaar. De organisatie die alle aspirant-leden en de jongere KIvI-ingenieurs bindt, telt vijfduizend Delftse contributie-betalers.

Voorzitter van die Delftenaren, in KivI-jargon: de kern West, was tot voor kort assistent-in-opleiding Cees de Wijs. ,,De KIvI wilde een continuïteitsgarantie inbouwen.”

Cees de Nijs was van augustus 1992 tot afgelopen juli voorzitter van de werkgroep West van de Afdelin Jonge Leden. Hij legt uit: ,,Elke stad met technische universitaire opleidingen heeft een werkgroep. Dat zijn Groningen, Enschede, Wageningen, Eindhoven, en Delft natuurlijk. Als overkoepelend orgaan fungeert een landelijk bestuur.” De Wijs is assistent-in-opleiding bij de vakgroep informatiesystemen aan de faculteit Technische Wiskunde en Informatica. Eén dag per week is hij op de TU te vinden, de rest van de tijd zit hij bij KPN in Den Haag. Hij hoopt in mei 1995 te promoveren.

Het KIvI behartigt de belangen voor de 22 duizend aangesloten Nederlandse ingenieurs. Negenduizend daarvan zijn lid van de Afdeling Jonge Leden. De Wijs: ,,Dat zijn enerzijds de aspirant-leden, techniek-studenten met een propaedeuse op zak. En anderzijds jonge ingenieurs die nog geen vijf jaar hun diploma op zak hebben.” Meer dan de helft van de leden van de ‘ondervereniging’ studeert dus in Delft. ,,Dat is logisch”, meent De Wijs. ,,De oorsprong van het KIvI ligt ook in Delft, hoelang bestaat de Universiteit Twente nou? Het KIvI bestaat 147 jaar, de TU Delft 152. Hun historie loopt vrijwel parallel. De Delftse poot is altijd prominent aanwezig geweest, en in de vakafdelingen van de vereniging zijn dan ook veel Delftenaren te vinden.”
Vergrijzing

Hoewel het KIVI zelf dus bijna anderhalve eeuw oud is, bestaat de jongerenafdeling pas een decennium. De Wijs: ,,Pas in 1984 kwam men door vergrijzing binnen de vereniging tot het besef dat de toekomstige leden, de studenten van nu zijn. Daarom wilde men de opstap voor studenten naar het KIvI verkleinen; men wilde een continuïteitsgarantie inbouwen. De organisatie wilde, bij wijze van spreken, dichter bij de bron zitten. Vandaar de jonge leden-tak.”

,,De afdeling poogt jonge ingenieurs en technisch studenten te binden. Dat gebeurt door excursies, die niet àltijd naar Shell of Siemens gaan. Bij een excursie pogen we te laten zien wat een bedrijf verlangt van een jonge ingenieur. Daar doen onder studenten vage geruchten de ronde over, over wat je nou precies moet kunnen. Terwijl dat toch van het grootste belang is om daar op in te kunnen springen. De tijd is voorbij dat je al voor je afstuderen verzekerd was van een baan. Nu staan de gegadigden, om maar eens te overdrijven, in rijen van tien.Daarom doen we ook veel aan sollicitatietechnieken en intelligentietesten. Een beetje bedrijf laat sollicitanten een intelligentietest doen. Wij kunnen je daar op voorbereiden.”

Andere activiteiten zijn incidentele symposia en lezingen over van alles en nog wat. De Wijs: ,,Het aantal bezoekers varieert van pakweg twintig bij een lezing over post-doctorale opleidingen aan een grand école in Parijs, tot een uitverkochte zaal met honderdtwintig toehoorders bij een lezing over de Betuwelijn de avond voor het debat in de Tweede Kamer. We geven ook veel informatie over werken in het buitenland. Waarom zouden we ons als Nederlandse ingenieurs immers beperken tot ons eigen land? De Nederlandse ingenieursmarkt is verzadigd. We proberen onze horizon te verbreden.”
Concurrenten

Hoe kom je als student of net afgestudeerd ingenieur bij de afdeling terecht, toch een redelijk onzichtbare organisatie. ,,Daar zijn een paar mogelijkheden voor”, aldus De Wijs. ,,Bijvoorbeeld via een vriendje die al meedraait. Ten tweede heb je de mensen die wel eens willen weten wat er met hun contributie gebeurt en ten derde heb je aio’s. Er lijkt een tendens te ontstaan dat er steeds meer aio’s actief worden binnen de afdeling. Studenten hebben minder tijd door studiedruk, en studenten- en studieverenigingen zijn altijd al geduchte concurrenten geweest. Ingenieurs die werken hebben vaak ook weinig tijd of zijn niet meer in Delft te vinden. Dan blijven de aio’s over.”

De Wijs werd zelf ooit door een kennis meegenomen. ,,Eerst werd ik lid van de werkgroep. Dat zijn zo’n vijftien mensen die de activiteiten verzorgen voor de kern West. Dat was in augustus 1991. Ik heb mij onder andere beziggehouden met de acquisitie. Na verloop van tijd was ik ‘rijp’ voor de voorzitterstaak. In die functie heb ik twee principes nagestreeft: ten eerste worden de activiteiten voor en door jonge ingenieurs en ingenieurs in spe georganiseerd. Ten tweede wilde ik er voor zorgen dat er vrijwilligheid is maar geen vrijblijvendheid.”

Het lustrum wordt uiteraard opgeluisterd met diverse activiteiten. Het thema van het lustrum is ‘de jonge ingenieur en de toekomst’. De Wijs hierover: ,,Een actueel thema lijkt me zo. Bedrijven stoten steeds meer R&D-activiteiten af. Als je ziet hoe bijvoorbeeld Natlab van Philips onder druk staat, dan baart mij dat grote zorgen. Willen wij ingenieurs die slechts wat uit kunnen rekenen of moeten ze ook kunnen innoveren? Vandaar het lustrumsymposium over ‘Techniek en innovatie’. Nederland heeft zoveel kennis in huis op sommige vakgebieden. Neem nou de laboratoria van Ballast Nedam en de HBG, die nemen een koppositie in op hun vakgebied. Om die positie te behouden pleiten wij dan ook voor een vijfjarige ingenieursopleiding. Het is natuurlijk belachelijk dat een volwaardige ingenieur in Nederland in vier jaar opgeleid zou kunnen worden, terwijl dat in andere landen in vijf of zes jaar gebeurd.”
Kliek

De activiteiten van de kern West worden door vijftien actieve mensen georganiseerd. De Wijs: ,,De meeste leden denken bij het KIvI aan ‘De Ingenieur’, het vaktijdschrift, maar er wordt zoveel meer gedaan met hun contributie. Gelukkig zijn het steeds andere mensen die onze activiteiten bezoeken. Als dat continu een vaste kliek zou zijn, zou ik me grote zorgen maken. Maar het feit dat steeds honderd andere mensen onze lezingen bezoeken, bewijst dat er binding is met ‘de achterban’. We streven naar meer interactie met onze leden. We willen weten van onze leden wat ze willen horen.”

,,Naar mijn mening zijn er op dit moment te weinig studenten en relatief te veel ingenieurs actief in de werkgroep West. Dat moet komen door onwetendheid van de studenten over de Afdeling Jonge Leden. Het contact dat we hebben met Delftse studenten via bedrijvendagen en het programmaboekje is misschien te gering. Bij de werkgroep Oost in Twente zitten juist weer meer studenten. Daar heeft de afdeling ook een kamer in een universiteitsgebouw. In Delft zou dat ook moeten, gewoon een kamer ergens op de TU. Dat zou het KIvI al veel tastbaarder maken, in plaats van een organisatie ver weg in Den Haag.”

,,Leden van de Afdeling Jonge Leden moeten ook meer doorstromen naar de top van het KIvI. Binnen die organisatie heerst er op het moment een duidelijke waardering voor het werk van de jonge leden. Het KIvI wil graag gebruik maken van de vitaliteit van de jonge leden.” (T.K.)

Tom Köhler


,,Niet àltijd een excursie naar Shell”

De Afdeling Jonge Leden (AJL) van het Koninklijk Instituut voor Ingenieurs (KIvI) bestaat tien jaar. De organisatie die alle aspirant-leden en de jongere KIvI-ingenieurs bindt, telt vijfduizend Delftse contributie-betalers. Voorzitter van die Delftenaren, in KivI-jargon: de kern West, was tot voor kort assistent-in-opleiding Cees de Wijs. ,,De KIvI wilde een continuïteitsgarantie inbouwen.”

Cees de Nijs was van augustus 1992 tot afgelopen juli voorzitter van de werkgroep West van de Afdelin Jonge Leden. Hij legt uit: ,,Elke stad met technische universitaire opleidingen heeft een werkgroep. Dat zijn Groningen, Enschede, Wageningen, Eindhoven, en Delft natuurlijk. Als overkoepelend orgaan fungeert een landelijk bestuur.” De Wijs is assistent-in-opleiding bij de vakgroep informatiesystemen aan de faculteit Technische Wiskunde en Informatica. Eén dag per week is hij op de TU te vinden, de rest van de tijd zit hij bij KPN in Den Haag. Hij hoopt in mei 1995 te promoveren.

Het KIvI behartigt de belangen voor de 22 duizend aangesloten Nederlandse ingenieurs. Negenduizend daarvan zijn lid van de Afdeling Jonge Leden. De Wijs: ,,Dat zijn enerzijds de aspirant-leden, techniek-studenten met een propaedeuse op zak. En anderzijds jonge ingenieurs die nog geen vijf jaar hun diploma op zak hebben.” Meer dan de helft van de leden van de ‘ondervereniging’ studeert dus in Delft. ,,Dat is logisch”, meent De Wijs. ,,De oorsprong van het KIvI ligt ook in Delft, hoelang bestaat de Universiteit Twente nou? Het KIvI bestaat 147 jaar, de TU Delft 152. Hun historie loopt vrijwel parallel. De Delftse poot is altijd prominent aanwezig geweest, en in de vakafdelingen van de vereniging zijn dan ook veel Delftenaren te vinden.”
Vergrijzing

Hoewel het KIVI zelf dus bijna anderhalve eeuw oud is, bestaat de jongerenafdeling pas een decennium. De Wijs: ,,Pas in 1984 kwam men door vergrijzing binnen de vereniging tot het besef dat de toekomstige leden, de studenten van nu zijn. Daarom wilde men de opstap voor studenten naar het KIvI verkleinen; men wilde een continuïteitsgarantie inbouwen. De organisatie wilde, bij wijze van spreken, dichter bij de bron zitten. Vandaar de jonge leden-tak.”

,,De afdeling poogt jonge ingenieurs en technisch studenten te binden. Dat gebeurt door excursies, die niet àltijd naar Shell of Siemens gaan. Bij een excursie pogen we te laten zien wat een bedrijf verlangt van een jonge ingenieur. Daar doen onder studenten vage geruchten de ronde over, over wat je nou precies moet kunnen. Terwijl dat toch van het grootste belang is om daar op in te kunnen springen. De tijd is voorbij dat je al voor je afstuderen verzekerd was van een baan. Nu staan de gegadigden, om maar eens te overdrijven, in rijen van tien.Daarom doen we ook veel aan sollicitatietechnieken en intelligentietesten. Een beetje bedrijf laat sollicitanten een intelligentietest doen. Wij kunnen je daar op voorbereiden.”

Andere activiteiten zijn incidentele symposia en lezingen over van alles en nog wat. De Wijs: ,,Het aantal bezoekers varieert van pakweg twintig bij een lezing over post-doctorale opleidingen aan een grand école in Parijs, tot een uitverkochte zaal met honderdtwintig toehoorders bij een lezing over de Betuwelijn de avond voor het debat in de Tweede Kamer. We geven ook veel informatie over werken in het buitenland. Waarom zouden we ons als Nederlandse ingenieurs immers beperken tot ons eigen land? De Nederlandse ingenieursmarkt is verzadigd. We proberen onze horizon te verbreden.”
Concurrenten

Hoe kom je als student of net afgestudeerd ingenieur bij de afdeling terecht, toch een redelijk onzichtbare organisatie. ,,Daar zijn een paar mogelijkheden voor”, aldus De Wijs. ,,Bijvoorbeeld via een vriendje die al meedraait. Ten tweede heb je de mensen die wel eens willen weten wat er met hun contributie gebeurt en ten derde heb je aio’s. Er lijkt een tendens te ontstaan dat er steeds meer aio’s actief worden binnen de afdeling. Studenten hebben minder tijd door studiedruk, en studenten- en studieverenigingen zijn altijd al geduchte concurrenten geweest. Ingenieurs die werken hebben vaak ook weinig tijd of zijn niet meer in Delft te vinden. Dan blijven de aio’s over.”

De Wijs werd zelf ooit door een kennis meegenomen. ,,Eerst werd ik lid van de werkgroep. Dat zijn zo’n vijftien mensen die de activiteiten verzorgen voor de kern West. Dat was in augustus 1991. Ik heb mij onder andere beziggehouden met de acquisitie. Na verloop van tijd was ik ‘rijp’ voor de voorzitterstaak. In die functie heb ik twee principes nagestreeft: ten eerste worden de activiteiten voor en door jonge ingenieurs en ingenieurs in spe georganiseerd. Ten tweede wilde ik er voor zorgen dat er vrijwilligheid is maar geen vrijblijvendheid.”

Het lustrum wordt uiteraard opgeluisterd met diverse activiteiten. Het thema van het lustrum is ‘de jonge ingenieur en de toekomst’. De Wijs hierover: ,,Een actueel thema lijkt me zo. Bedrijven stoten steeds meer R&D-activiteiten af. Als je ziet hoe bijvoorbeeld Natlab van Philips onder druk staat, dan baart mij dat grote zorgen. Willen wij ingenieurs die slechts wat uit kunnen rekenen of moeten ze ook kunnen innoveren? Vandaar het lustrumsymposium over ‘Techniek en innovatie’. Nederland heeft zoveel kennis in huis op sommige vakgebieden. Neem nou de laboratoria van Ballast Nedam en de HBG, die nemen een koppositie in op hun vakgebied. Om die positie te behouden pleiten wij dan ook voor een vijfjarige ingenieursopleiding. Het is natuurlijk belachelijk dat een volwaardige ingenieur in Nederland in vier jaar opgeleid zou kunnen worden, terwijl dat in andere landen in vijf of zes jaar gebeurd.”
Kliek

De activiteiten van de kern West worden door vijftien actieve mensen georganiseerd. De Wijs: ,,De meeste leden denken bij het KIvI aan ‘De Ingenieur’, het vaktijdschrift, maar er wordt zoveel meer gedaan met hun contributie. Gelukkig zijn het steeds andere mensen die onze activiteiten bezoeken. Als dat continu een vaste kliek zou zijn, zou ik me grote zorgen maken. Maar het feit dat steeds honderd andere mensen onze lezingen bezoeken, bewijst dat er binding is met ‘de achterban’. We streven naar meer interactie met onze leden. We willen weten van onze leden wat ze willen horen.”

,,Naar mijn mening zijn er op dit moment te weinig studenten en relatief te veel ingenieurs actief in de werkgroep West. Dat moet komen door onwetendheid van de studenten over de Afdeling Jonge Leden. Het contact dat we hebben met Delftse studenten via bedrijvendagen en het programmaboekje is misschien te gering. Bij de werkgroep Oost in Twente zitten juist weer meer studenten. Daar heeft de afdeling ook een kamer in een universiteitsgebouw. In Delft zou dat ook moeten, gewoon een kamer ergens op de TU. Dat zou het KIvI al veel tastbaarder maken, in plaats van een organisatie ver weg in Den Haag.”

,,Leden van de Afdeling Jonge Leden moeten ook meer doorstromen naar de top van het KIvI. Binnen die organisatie heerst er op het moment een duidelijke waardering voor het werk van de jonge leden. Het KIvI wil graag gebruik maken van de vitaliteit van de jonge leden.” (T.K.)

Tom Köhler


,,Niet àltijd een excursie naar Shell”

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.