“Waarom wordt de techniek voor dieselmotoren niet ook voor benzinemotoren toegepast?” vroeg Julien van Campen zich vorige week af. “Benzine bevat per liter meer energie dan diesel, dus je zou verwachten dat je een auto dan nog zuiniger zou kunnen laten rijden.”
Ferdy Walvoort, derdejaars student technische natuurkunde: “Bij de techniek van een dieselmotor wordt telkens een vaste hoeveelheid lucht gecomprimeerd met een – circa – factor achttien, waarna de gewenste hoeveelheid diesel wordt ingespoten (oftewel: ‘kwaliteitsregeling’). Door de hoge temperatuur van de gecomprimeerde lucht en de relatief lage ontbrandingstemperatuur van diesel zal de brandstof direct ontbranden. Bij een benzinemotor daarentegen wordt brandstof gebruikt met een veel hogere ontbrandingstemperatuur (gerelateerd aan het ‘octaangetal’). Om de benzine toch te kunnen verbranden, wordt een mengsel van lucht en brandstof met vaste verhouding aangestoken door een elektrische vonk (‘kwantiteitsregeling’). Wanneer benzine in een dieselmotor wordt gebruikt, zal deze hoogstwaarschijnlijk dus niet ontbranden, aangezien de ontbrandingstemperatuur niet wordt bereikt.” Nooit thuis proberen, raad ik aan.
Mirjam Schmúll, vijfdejaars bouwkunde, voegt daar nog een weetje aan toe: “Een dieselmotor is vanwege zijn techniek veel zwaarder dan een benzinemotor, aangezien de motor de hoge druk van de gecomprimeerde lucht aan moet kunnen.”
Stefan Jongerius, zesdejaars luchtvaart- en ruimtevaarttechniek, heeft een aardig technisch vraagje: “Op een ouderwetse telefoon met draaischijf zit altijd ook een mysterieus knopje. Waarvoor dient dit knopje?” (IK)
Reacties of nieuwe vragen kun je wekelijks vóór maandag 16.00 uur mailen naar: waarom_daarom@yahoo.com. Maximaal vijftig woorden, en vergeet je naam, studie en studiejaar niet te vermelden!
“Waarom wordt de techniek voor dieselmotoren niet ook voor benzinemotoren toegepast?” vroeg Julien van Campen zich vorige week af. “Benzine bevat per liter meer energie dan diesel, dus je zou verwachten dat je een auto dan nog zuiniger zou kunnen laten rijden.”
Ferdy Walvoort, derdejaars student technische natuurkunde: “Bij de techniek van een dieselmotor wordt telkens een vaste hoeveelheid lucht gecomprimeerd met een – circa – factor achttien, waarna de gewenste hoeveelheid diesel wordt ingespoten (oftewel: ‘kwaliteitsregeling’). Door de hoge temperatuur van de gecomprimeerde lucht en de relatief lage ontbrandingstemperatuur van diesel zal de brandstof direct ontbranden. Bij een benzinemotor daarentegen wordt brandstof gebruikt met een veel hogere ontbrandingstemperatuur (gerelateerd aan het ‘octaangetal’). Om de benzine toch te kunnen verbranden, wordt een mengsel van lucht en brandstof met vaste verhouding aangestoken door een elektrische vonk (‘kwantiteitsregeling’). Wanneer benzine in een dieselmotor wordt gebruikt, zal deze hoogstwaarschijnlijk dus niet ontbranden, aangezien de ontbrandingstemperatuur niet wordt bereikt.” Nooit thuis proberen, raad ik aan.
Mirjam Schmúll, vijfdejaars bouwkunde, voegt daar nog een weetje aan toe: “Een dieselmotor is vanwege zijn techniek veel zwaarder dan een benzinemotor, aangezien de motor de hoge druk van de gecomprimeerde lucht aan moet kunnen.”
Stefan Jongerius, zesdejaars luchtvaart- en ruimtevaarttechniek, heeft een aardig technisch vraagje: “Op een ouderwetse telefoon met draaischijf zit altijd ook een mysterieus knopje. Waarvoor dient dit knopje?” (IK)
Reacties of nieuwe vragen kun je wekelijks vóór maandag 16.00 uur mailen naar: waarom_daarom@yahoo.com. Maximaal vijftig woorden, en vergeet je naam, studie en studiejaar niet te vermelden!
Comments are closed.