Zohar Tzur is student luchtvaart- en ruimtevaarttechniek én vrijmetselaar. Een kijkje achter de schermen van deze nog altijd met een zweem van mysterie omgeven groepering voor mannen.
Welkom op Choorstraat 16a, het onopvallende onderkomen van twee Delftse vrijmetselaarsloges. Op de deur prijkt nog wel de naam van loge silentium (loge Fides blijft onbenoemd), maar de letters zijn grijs. En het bruinige traditionele vrijmetselaarslogo (passer en winkelhaak) springt nauwelijks in het oog.
Ook achter de deur wijst niets op het mysterie dat in de ogen van velen om de vrijmetselaars hangt. Zo doet de ontvangsthal vooral denken aan een gezelligere versie van de wachtkamer van de dokter. Als daar tenminste een bar zou staan en je er sigaarrokende mannen in pak tegen het lijf zou kunnen lopen.
In deze ruimte treffen we Tzur, keurig gekleed in pak en blauwe das. “We kleden ons meestal netjes, dat draagt bij aan de sfeer.” Hoe is hij eigenlijk bij de vrijmetselaars verzeild geraakt? “Ik zag op National Geographic of Discovery Channel – dat weet ik niet meer – een intrigerende documentaire”, vertelt hij. “Maar daar hing natuurlijk een waas van geheimzinnigheid omheen. Ik ben toen op internet meer informatie gaan zoeken en kwam uiteindelijk bij deze loge terecht. Na wat gesprekken met leden ben ik ingewijd.”
De andere vertrekken in het gebouw doen in eerste instantie de nog overgebleven romantische connotaties bij het woord ‘vrijmetselaar’ vergeten. De vergaderzaal, de keuken en de ruimte voor de jassen ogen weinig inspirerend. Maar dan komen we bij de ‘werkkamer’, waarin de rituelen van de vrijmetselaars zich afspelen. Deze blauwe kamer stelt niet teleur. Zwart-wit geblokte vloer, gouden sterren op het plafond, witte zuilen bij de ingang, plaatjes van sterrenbeelden aan de muren en een grote kubus met een gigantische Bijbel in het midden. “Het is nu een gewone ruimte”, vertelt logelid Björn, “maar zodra we hier een ritueel uitvoeren voélt het anders. Dan krijgen de symbolen die in deze kamer verstopt zitten ineens betekenis.”
Die rituelen zijn overigens geheim voor buitenstaanders. Tzur: “Je moet niet alles van tevoren verklappen.” De student is nu een jaar lid en is nog steeds de jongste, maar dat vindt hij niet erg. “Ik was in het begin een beetje bang dat ze me niet serieus zouden nemen, maar dat bleek gelukkig niet waar. Er is veel ruimte voor inbreng en uitwisseling van gedachten.”
Die gedachte-uitwisseling staat centraal in de vrijmetselarij. “Het is geen religie,” stelt logelid Peter met klem, “maar een methode om tot meer inzicht te komen. Iedereen is hier welkom. Er ligt nu een Bijbel, maar er mag bijvoorbeeld ook een Koran liggen of de Thora.” Toch mogen atheïsten geen lid worden. “Maar die willen dat ook niet”, denkt Tzur. “Sommigen hier geloven in Jezus, anderen in een hogere energie waar ze zich geen voorstelling van kunnen maken. In die laatste categorie val ik.”
Tzur voelt zich in elk geval thuis in de loge. “Na een week studeren en geld verdienen, is het erg lekker om een paar uur met je broeders van gedachten te kunnen wisselen.” Broeders? Zitten er geen vrouwen bij de vrijmetselaars? “Nee, een reguliere loge is alleen voor mannen”, vertelt Tzur. “Er zijn andere organisaties die gemengd of zelfs alleen voor vrouwen zijn, maar die behoren niet tot de grootorde van Nederland.”
Als we met Tzur aan de bar napraten, zijn de overige leden nog boven in de werkkamer. “Ze zijn een ritueel aan het oefenen”, vertelt hij. Oefenen? Is het dan een soort toneelstuk? “Ja, iedereen weet wel wat ze gaan doen.” Dan kijkt Tzur ineens bedachtzaam: “Meer moet ik er eigenlijk niet over zeggen. Als het om de rituelen gaat, weet ik niet zeker wat ik wel en niet mag vertellen.”
Binnenkort houdt loge ‘Fides’ een avond voor geïnteresseerden. Meer weten? Mail dan naar zohartzur@hotmail.com
Welkom op Choorstraat 16a, het onopvallende onderkomen van twee Delftse vrijmetselaarsloges. Op de deur prijkt nog wel de naam van loge silentium (loge Fides blijft onbenoemd), maar de letters zijn grijs. En het bruinige traditionele vrijmetselaarslogo (passer en winkelhaak) springt nauwelijks in het oog.
Ook achter de deur wijst niets op het mysterie dat in de ogen van velen om de vrijmetselaars hangt. Zo doet de ontvangsthal vooral denken aan een gezelligere versie van de wachtkamer van de dokter. Als daar tenminste een bar zou staan en je er sigaarrokende mannen in pak tegen het lijf zou kunnen lopen.
In deze ruimte treffen we Tzur, keurig gekleed in pak en blauwe das. “We kleden ons meestal netjes, dat draagt bij aan de sfeer.” Hoe is hij eigenlijk bij de vrijmetselaars verzeild geraakt? “Ik zag op National Geographic of Discovery Channel – dat weet ik niet meer – een intrigerende documentaire”, vertelt hij. “Maar daar hing natuurlijk een waas van geheimzinnigheid omheen. Ik ben toen op internet meer informatie gaan zoeken en kwam uiteindelijk bij deze loge terecht. Na wat gesprekken met leden ben ik ingewijd.”
De andere vertrekken in het gebouw doen in eerste instantie de nog overgebleven romantische connotaties bij het woord ‘vrijmetselaar’ vergeten. De vergaderzaal, de keuken en de ruimte voor de jassen ogen weinig inspirerend. Maar dan komen we bij de ‘werkkamer’, waarin de rituelen van de vrijmetselaars zich afspelen. Deze blauwe kamer stelt niet teleur. Zwart-wit geblokte vloer, gouden sterren op het plafond, witte zuilen bij de ingang, plaatjes van sterrenbeelden aan de muren en een grote kubus met een gigantische Bijbel in het midden. “Het is nu een gewone ruimte”, vertelt logelid Björn, “maar zodra we hier een ritueel uitvoeren voélt het anders. Dan krijgen de symbolen die in deze kamer verstopt zitten ineens betekenis.”
Atheïsten mogen geen lid worden
Die rituelen zijn overigens geheim voor buitenstaanders. Tzur: “Je moet niet alles van tevoren verklappen.” De student is nu een jaar lid en is nog steeds de jongste, maar dat vindt hij niet erg. “Ik was in het begin een beetje bang dat ze me niet serieus zouden nemen, maar dat bleek gelukkig niet waar. Er is veel ruimte voor inbreng en uitwisseling van gedachten.”
Die gedachte-uitwisseling staat centraal in de vrijmetselarij. “Het is geen religie,” stelt logelid Peter met klem, “maar een methode om tot meer inzicht te komen. Iedereen is hier welkom. Er ligt nu een Bijbel, maar er mag bijvoorbeeld ook een Koran liggen of de Thora.” Toch mogen atheïsten geen lid worden. “Maar die willen dat ook niet”, denkt Tzur. “Sommigen hier geloven in Jezus, anderen in een hogere energie waar ze zich geen voorstelling van kunnen maken. In die laatste categorie val ik.”
Tzur voelt zich in elk geval thuis in de loge. “Na een week studeren en geld verdienen, is het erg lekker om een paar uur met je broeders van gedachten te kunnen wisselen.” Broeders? Zitten er geen vrouwen bij de vrijmetselaars? “Nee, een reguliere loge is alleen voor mannen”, vertelt Tzur. “Er zijn andere organisaties die gemengd of zelfs alleen voor vrouwen zijn, maar die behoren niet tot de grootorde van Nederland.”
Als we met Tzur aan de bar napraten, zijn de overige leden nog boven in de werkkamer. “Ze zijn een ritueel aan het oefenen”, vertelt hij. Oefenen? Is het dan een soort toneelstuk? “Ja, iedereen weet wel wat ze gaan doen.” Dan kijkt Tzur ineens bedachtzaam: “Meer moet ik er eigenlijk niet over zeggen. Als het om de rituelen gaat, weet ik niet zeker wat ik wel en niet mag vertellen.”
Comments are closed.