De vijf miljoen euro die platform Bèta Techniek aan de TU Delft gaf is volgens een evaluatie goed terecht gekomen. Resultaat: 45 procent meer instroom en 32 procent meer afgestudeerden.
Platform Bèta Techniek stelde het geld ter beschikking in het kader van het WO-Sprint programma. Het doel? Aantrekkelijk onderwijs en loopbaanperspectieven in bèta en techniek stimuleren. “De eerste fase is begonnen met de ondersteuning van projecten, die nu tot ons standaardbeleid zijn gaan behoren. Een goed voorbeeld is ons project met hogescholen. Daar hebben we – samen met Hbo-instellingen – schakelprogramma’s opgezet, die al in de minor van de Hbo-bachelor gevolgd kan worden, zodat goede Hbo studenten op een betere manier doorstromen naar de universiteit. Dat is nu opgenomen in de structuur van de O&S organisatie”, vertelt Nellie van de Griend, coördinator WO-Sprint.
“We hadden met het geld een aantal projecten opgezet om de instroom, doorstroom en uitstroom van studenten te verbeteren. Voorbeelden daarvan zijn ‘junior TU Delft’, ‘beta 1-op-1’, ‘Imagine’, ‘Censat’ en de ontwikkeling van wiskunde voor het voortgezet onderwijs” (zie voor meer informatie over die projecten deze site).
Op basis van de resultaten van deze eerste fase, die voor de TU dus succesvol verliep, wordt het geld verdeeld voor de tweede fase. “Dat geld komt er”, bevestigt van de Griend. Bedragen zijn door het Platform Bèta Techniek nog niet genoemd.
Het geld dat vrijkomt, zal in elk geval vermoedelijk in lopende projecten gestopt worden, “maar dat moeten we in een vervolggesprek helder krijgen. We willen dan zichtbare, bestaande activiteiten die een structurele plek binnen de organisatie hebben, stimuleren.”
De projecten ter bevordering van de instroom van studenten en doorstroom naar de arbeidsmarkt die met het geld bekostigd werden, hebben hun doelstelling van 15 procent verhoging tussen 2000 en 2007 ruimschoots gehaald. 45 procent meer studenten stroomden in en er waren 32 procent meer afgestudeerden.
Platform Bèta Techniek stelde het geld ter beschikking in het kader van het WO-Sprint programma. Het doel? Aantrekkelijk onderwijs en loopbaanperspectieven in bèta en techniek stimuleren.
De eerste fase begon met de ondersteuning van projecten die nu standaard TU-beleid zijn geworden. “Een goed voorbeeld zijn de schakelprogramma’s die we samen met hogescholen hebben opgezet.”, vertelt Nellie van de Griend, coördinator WO-Sprint.
Andere voorbeelden van projecten die de TU met het geld heeft betaald zijn de ‘junior TU Delft’, ‘beta 1-op-1’, ‘Imagine’, ‘Cansat’ en de ontwikkeling van wiskunde voor het voortgezet onderwijs. (meer informatie op de scholierenportal).
Op basis van de resultaten van deze eerste fase, die voor de TU dus succesvol verliep, wordt het geld verdeeld voor de tweede fase. “Dat geld komt er”, bevestigt van de Griend. Bedragen zijn door het Platform Bèta Techniek nog niet genoemd. Het geld gaat vermoedelijk naar lopende projecten.
Comments are closed.