Campus

‘Verwacht nooit een leuk feest’

‘Het 14e kippetje’, naar een script van Arnon Grunberg, was de openingsfilm van het Nederlands Film Festival. Voor regisseur Hany Abu-Assad, die enige tijd lucht- en ruimtevaartkunde studeerde, ging een droom in vervulling. Een Delftse schone was zijn muze.

,,Charlotte was de mooiste vrouw die ik ken. Ze woonde recht tegenover mij, op het Krakeelhof. Vanuit mijn huis kon ik haar kamer zien. Ik was heel erg verliefd, maar durfde haar niet aan te spreken. Als ik haar in de supermarkt tegenkwam, negeerde ik haar, terwijl ik totaal geobsedeerd door haar was. Elke poging tot contact mislukte. Eén keer heeft ze contact met mij gezocht, maar toen joeg ik haar weg. Het was een ramp!”

Charlotte kwam hij ook regelmatig tegen in het Trefcentrum. Elke woensdag werden daar films gedraaid. ,,Daar begon ik te dromen: als ik regisseur word, kan ik haar misschien wel iets over mezelf vertellen en laten merken dat ik verliefd op haar ben. Voor het maken van een film, had ik ineens een sterk motief: de liefde.”

Dat zijn filmcarrière zo is begonnen, heeft hij nog nooit prijsgegeven. En dat terwijl het thema van ‘Het 14e kippetje’ direct aan deze onbereikbare liefde is ontleend. ,,Er zijn twee soorten mensen”, horen we één van de hoofdpersonages in de film zeggen, ,,mensen die de liefde van hun leven mislopen en mensen die al het andere mislopen.”
Advertentie

Tot zijn negentiende had Abu-Assad geen enkel idee wat hij met zijn leven moest aanvangen. Het enige dat hij wist, was dat hij later een mooie vrouw wilde. Een advertentie van het sigarettenmerk Rothmans bracht licht in de duisternis. In die tijd stond op een serie reclamefoto’s steevast een piloot met een sigaret in de hand, omringd door drie mooie vrouwen. ,,Toen ik dat zag, wist ik dat ik iets met vliegen wilde doen.”

Hij verliet zijn geboortestad Nazareth en ging naar Duitsland om te studeren. Dat zou maar van korte duur zijn, want drie maanden later zat hij in Nederland. Een oom van hem, die in Groningen woonde, had hem met kerst uitgenodigd. Het eerste wat hem opviel was dat hier zoveel mensen fietsen. ,,In Nazareth fiets je alleen voor je plezier, dus ik dacht: wat een plezierig land moet dit zijn.”

In Delft kon hij meteen in de collegebanken plaatsnemen van Lucht- en Ruimtevaart. De eerste maanden waren niet makkelijk. Hij sprak geen woord Nederlands en werd gepaaid door Joy, een groep christelijke jongeren die liedjes zongen voor bejaarden en gehandicapten. ,,Ik zong wel mee, maar ik ben niet gelovig. Ze wilde me bekeren. Toen dat niet lukte, hebben ze me eruit gegooid.”

Hij voelde zich ,,een beetje bedonderd” in Delft, vooral wat de vrouwen betreft. Hij herinnert zich nog goed een concert van de Belgische band TC Matic in Lorre. ,,Zelf was ik alternatief, maar er waren ook veel corpsballen aanwezig. Ze gedroegen zich erg vervelend, waarop de zanger zei: ‘Ik was vergeten dat we in Delft zijn, met vijfhonderd corpsballen en drie lelijke meisjes.’ Daar heb ik hard om gelachen.”
Dia-series

Mede door de taalbarrière ging het met de studie niet al te best, zodat hij op advies van de decaan overstapte naar de hts in Haarlem. Wel bleef hij in Delft wonen. Naast zijn studie maakte hij dia-series van zijn leven. Het liefst wilde hij naar de Filmacademie, maar dan zou hij zijn studiebeurs kwijtraken en daarmee ook zijn verblijfsvergunning. Hij voelde zich dus gedwongen om de hts af te maken.

Twee jaar zou hij werken als proces-ingenieur bij een bedrijf in Veenendaal. Het werk viel hem tegen en zijn liefdesleven zat ook in het slop, dus besloot hij in 1989 terug te keren naar Nazareth. Daar liep hij een producer tegen het lijf die bezig was met het maken van een documentaire. Hij kon gelijk aan de slag. Eerst broodjes smeren en koffie inschenken, toen de boekhouding en vervolgens ook debudgetbewaking en de planning. ,,Het was mijn geluk dat hij erg lui was, zodat ik in één film alle aspecten van het produceren heb geleerd.”

Daarna produceerde hij voor de BBC een documentaire over Palestina en de korte speelfilm ‘Paperhouse’ (1992). Een jaar later ging hij terug naar Nederland om zich door zelfstudie de fijne kneepjes van het filmvak eigen te maken. Tegelijk werkte hij aan ‘De Dertiende’ (1995), een korte film die een voorbereiding was van ‘Het 14e kippetje’.

Voor deze laatste film had hij eerst zelf het scenario geschreven. Omdat hij niet tevreden was over de dialogen, schreef hij Arnon Grunberg, van wiens ‘Blauwe Maandagen’ (1994) hij erg onder de indruk was, of hij dat op zich wilde nemen. ,,Dat wilde hij graag doen, maar op zijn voorwaarde. Later bleek dat hij een geheel nieuw scenario had geschreven. Gelukkig bleef het thema overeind, want daarin kon Grunberg zich wel vinden.”

Dat veel mensen hun grote liefde mislopen, heeft volgens Abu-Assad te maken met de hoge verwachtingen die ze ervan hebben. Dat geldt voor veel zaken in het leven. ,,Als je een leuk feest verwacht, keer je altijd teleurgesteld naar huis. Daarom moet je niet te veel verwachten, dat is mijn motto, maar wel proberen om er het beste van te maken.”

Charlotte heeft hij sinds zijn verhuizing uit Delft nooit meer gezien. ,,Waarschijnlijk is ze al getrouwd en heeft ze nu drie kinderen, of zoiets. Toch is het misschien wel leuk om een keer met haar te praten.”

‘Het 14de Kippetje’ draait vanaf 22 oktober in Lumen.

,,Charlotte was de mooiste vrouw die ik ken. Ze woonde recht tegenover mij, op het Krakeelhof. Vanuit mijn huis kon ik haar kamer zien. Ik was heel erg verliefd, maar durfde haar niet aan te spreken. Als ik haar in de supermarkt tegenkwam, negeerde ik haar, terwijl ik totaal geobsedeerd door haar was. Elke poging tot contact mislukte. Eén keer heeft ze contact met mij gezocht, maar toen joeg ik haar weg. Het was een ramp!”

Charlotte kwam hij ook regelmatig tegen in het Trefcentrum. Elke woensdag werden daar films gedraaid. ,,Daar begon ik te dromen: als ik regisseur word, kan ik haar misschien wel iets over mezelf vertellen en laten merken dat ik verliefd op haar ben. Voor het maken van een film, had ik ineens een sterk motief: de liefde.”

Dat zijn filmcarrière zo is begonnen, heeft hij nog nooit prijsgegeven. En dat terwijl het thema van ‘Het 14e kippetje’ direct aan deze onbereikbare liefde is ontleend. ,,Er zijn twee soorten mensen”, horen we één van de hoofdpersonages in de film zeggen, ,,mensen die de liefde van hun leven mislopen en mensen die al het andere mislopen.”
Advertentie

Tot zijn negentiende had Abu-Assad geen enkel idee wat hij met zijn leven moest aanvangen. Het enige dat hij wist, was dat hij later een mooie vrouw wilde. Een advertentie van het sigarettenmerk Rothmans bracht licht in de duisternis. In die tijd stond op een serie reclamefoto’s steevast een piloot met een sigaret in de hand, omringd door drie mooie vrouwen. ,,Toen ik dat zag, wist ik dat ik iets met vliegen wilde doen.”

Hij verliet zijn geboortestad Nazareth en ging naar Duitsland om te studeren. Dat zou maar van korte duur zijn, want drie maanden later zat hij in Nederland. Een oom van hem, die in Groningen woonde, had hem met kerst uitgenodigd. Het eerste wat hem opviel was dat hier zoveel mensen fietsen. ,,In Nazareth fiets je alleen voor je plezier, dus ik dacht: wat een plezierig land moet dit zijn.”

In Delft kon hij meteen in de collegebanken plaatsnemen van Lucht- en Ruimtevaart. De eerste maanden waren niet makkelijk. Hij sprak geen woord Nederlands en werd gepaaid door Joy, een groep christelijke jongeren die liedjes zongen voor bejaarden en gehandicapten. ,,Ik zong wel mee, maar ik ben niet gelovig. Ze wilde me bekeren. Toen dat niet lukte, hebben ze me eruit gegooid.”

Hij voelde zich ,,een beetje bedonderd” in Delft, vooral wat de vrouwen betreft. Hij herinnert zich nog goed een concert van de Belgische band TC Matic in Lorre. ,,Zelf was ik alternatief, maar er waren ook veel corpsballen aanwezig. Ze gedroegen zich erg vervelend, waarop de zanger zei: ‘Ik was vergeten dat we in Delft zijn, met vijfhonderd corpsballen en drie lelijke meisjes.’ Daar heb ik hard om gelachen.”
Dia-series

Mede door de taalbarrière ging het met de studie niet al te best, zodat hij op advies van de decaan overstapte naar de hts in Haarlem. Wel bleef hij in Delft wonen. Naast zijn studie maakte hij dia-series van zijn leven. Het liefst wilde hij naar de Filmacademie, maar dan zou hij zijn studiebeurs kwijtraken en daarmee ook zijn verblijfsvergunning. Hij voelde zich dus gedwongen om de hts af te maken.

Twee jaar zou hij werken als proces-ingenieur bij een bedrijf in Veenendaal. Het werk viel hem tegen en zijn liefdesleven zat ook in het slop, dus besloot hij in 1989 terug te keren naar Nazareth. Daar liep hij een producer tegen het lijf die bezig was met het maken van een documentaire. Hij kon gelijk aan de slag. Eerst broodjes smeren en koffie inschenken, toen de boekhouding en vervolgens ook debudgetbewaking en de planning. ,,Het was mijn geluk dat hij erg lui was, zodat ik in één film alle aspecten van het produceren heb geleerd.”

Daarna produceerde hij voor de BBC een documentaire over Palestina en de korte speelfilm ‘Paperhouse’ (1992). Een jaar later ging hij terug naar Nederland om zich door zelfstudie de fijne kneepjes van het filmvak eigen te maken. Tegelijk werkte hij aan ‘De Dertiende’ (1995), een korte film die een voorbereiding was van ‘Het 14e kippetje’.

Voor deze laatste film had hij eerst zelf het scenario geschreven. Omdat hij niet tevreden was over de dialogen, schreef hij Arnon Grunberg, van wiens ‘Blauwe Maandagen’ (1994) hij erg onder de indruk was, of hij dat op zich wilde nemen. ,,Dat wilde hij graag doen, maar op zijn voorwaarde. Later bleek dat hij een geheel nieuw scenario had geschreven. Gelukkig bleef het thema overeind, want daarin kon Grunberg zich wel vinden.”

Dat veel mensen hun grote liefde mislopen, heeft volgens Abu-Assad te maken met de hoge verwachtingen die ze ervan hebben. Dat geldt voor veel zaken in het leven. ,,Als je een leuk feest verwacht, keer je altijd teleurgesteld naar huis. Daarom moet je niet te veel verwachten, dat is mijn motto, maar wel proberen om er het beste van te maken.”

Charlotte heeft hij sinds zijn verhuizing uit Delft nooit meer gezien. ,,Waarschijnlijk is ze al getrouwd en heeft ze nu drie kinderen, of zoiets. Toch is het misschien wel leuk om een keer met haar te praten.”

‘Het 14de Kippetje’ draait vanaf 22 oktober in Lumen.

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.