Nederlanders hebben een rotsvast vertrouwen in de wetenschap. Maar als onderzoek in opdracht van de overheid gebeurt, is dat vertrouwen veel minder vanzelfsprekend, schrijft het Rathenau Instituut.
Het Rathenau sprak er uitgebreid over met 53 respondenten verdeeld over negen focusgroepen. Wat alle respondenten met elkaar gemeen hebben, is dat zij voorwaarden stellen aan hun vertrouwen, blijkt uit de gesprekken. Onafhankelijkheid is er daar een van. De overheid mag best meedenken met onderzoekers, maar beslist geen druk op hen uitoefenen om hun bevindingen aan te passen. Omgekeerd moeten de wetenschappers het maken van beleid volgens de ondervraagden juist weer aan de politiek overlaten.
Ook financiële onafhankelijkheid vinden ze belangrijk. Sommigen vrezen dat ‘wie betaalt, bepaalt’. In het groepje kritische burgers gingen stemmen op om universiteiten weer meer vaste financiering te geven voor onderzoek, “zodat zij onafhankelijker zijn van sturing vanuit de overheid”.
Daarnaast speelt transparantie een rol. Wetenschappers moeten heldere uitleg geven over hun onderzoek, vinden de respondenten, en het liefst in begrijpelijke taal. Ze willen niet het gevoel krijgen dat wetenschappers informatie “achterhouden, verzwijgen of verdraaien”. Bij onderzoek in opdracht van de overheid is het extra belangrijk dat onderzoekers de resultaten van hun onderzoek “ongehinderd en volledig vrij kunnen publiceren”.
Een andere bevinding van de gesprekken: mensen zijn niet alleen rationeel. Om te bepalen of ze een onderzoek betrouwbaar vinden of niet, laten ze zich ook leiden door hun intuïtie en door eerdere (negatieve) ervaringen met de wetenschap. Om die laatste reden kan het nuttig zijn om burgers vaker bij de wetenschap te betrekken, menen de onderzoekers. (HOP, Evelien Flink)
Do you have a question or comment about this article?
redactie@hogeronderwijspersbureau.nl
Comments are closed.