Niemand moet verbaasd opkijken als minister Ritzen deze kabinetsperiode voortijdig afhaakt. Bij zijn aantreden heeft de bewindsman zijn collega’s in het kabinet duidelijk gemaakt dat hij nieuwe, ingrijpende bezuinigingen op het hoger onderwijs en de studiefinanciering onaanvaardbaar acht.
De eerste slag heeft hij gewonnen. Of Ritzen ook eindwinnaar wordt, is nog lang niet zeker.
Anderhalf miljard moeten bezuinigen op het hoger onderwijs en de studiefinanciering, en toch weer minister van onderwijs worden – was Jo Ritzen gek geworden? In het vorige kabinet had hij meermalen laten doorschemeren dat de rek er nu wel uit was. Nu kwam hij echter toch weer terug.
Bij het verschijnen van de begroting voor 1995 moet dat beeld worden genuanceerd, zo lijkt het. Direct nadat hij ‘ja’ had gezegd – niemand anders kon of wilde – heeft Ritzen in het constituerende kabinetsberaad afstand genomen van het regeerakkoord, zo meldde althans Vrij Nederland vorige week. Zomaar even een half miljard weghalen bij het hoger onderwijs was absurd, vond Ritzen. En wat Kok had opgeschreven over de differentiatie van de opleidingen was, zacht gezegd, ook al weinig gelukkig.
Dat de vijfhonderd miljoen na zeer lastige discussies vooralsnog is geparkeerd , betekent volgens Ritzen dat hij er in is geslaagd om het kabinet duidelijk te maken dat er spanning bestaat tussen de doelstellingen – goed en toegankelijk hoger onderwijs – en het voornemen om te bezuinigen.
De eerste slag is gewonnen, maar meer ook niet. Het kabinet zal zeer kritisch toezien op de houding van het hoger onderwijs. Universiteiten en hogescholen zullen voortvarend en openhartig met staatssecretaris Nuis moeten gaan praten over differentiatie. Met elkaar moet worden aangetoond dat iedereen het beste voor heeft met het hoger onderwijs. Dan kan het gevaar mogelijk definitief worden bezworen, en in elk geval worden verminderd.
,,Het mes is van tafel, maar niet meegegeven aan de vuilnisman”, zoals Ritzen het vorige week zelf omschreef. Het mes is een zwaard van Damocles. De druk op de discussie over de stelselherziening blijft bestaan. En dat is nu net wat de instellingen zo irriteert. Wie zo’n omvangrijke operatie desondanks binnen korte tijd wil volbrengen, vraagt om moeilijkheden.
Wat dat betreft kwam de bezuiniging op de studiefinanciering Ritzen misschien niet eens zo slecht uit. Pas als een student even lang een beurs krijgt als zijn studie duurt, kan hij van zijn universiteit of hogeschool eisen dat het onderwijs optimaal is, luidt een bekende redenering van Ritzen. De instellingen moeten hun programma’s nu dus wel van alle drempels en weeffouten ontdoen. Of de instellingen net zo redeneren moet echter worden betwijfeld. Ondanks verwoede pogingen van Ritzen vertonen veel programma’s nog een lange rij mankementen.
De minister heeft het zichzelf bijzonder moeilijk gemaakt. Hij gaat een lastige tijd tegemoet. ,,Ik zie uit naar eenkabinetsperiode met veel moeilijke keuzes”, zei de immer optimistische Ritzen vorige week vrijdag. ,,En dat bedoel ik niet masochistisch.” Maar de ondertoon was duidelijk: ook bij hemzelf is de rek er ooit uit. (HOP/P.E.)
Niemand moet verbaasd opkijken als minister Ritzen deze kabinetsperiode voortijdig afhaakt. Bij zijn aantreden heeft de bewindsman zijn collega’s in het kabinet duidelijk gemaakt dat hij nieuwe, ingrijpende bezuinigingen op het hoger onderwijs en de studiefinanciering onaanvaardbaar acht. De eerste slag heeft hij gewonnen. Of Ritzen ook eindwinnaar wordt, is nog lang niet zeker.
Anderhalf miljard moeten bezuinigen op het hoger onderwijs en de studiefinanciering, en toch weer minister van onderwijs worden – was Jo Ritzen gek geworden? In het vorige kabinet had hij meermalen laten doorschemeren dat de rek er nu wel uit was. Nu kwam hij echter toch weer terug.
Bij het verschijnen van de begroting voor 1995 moet dat beeld worden genuanceerd, zo lijkt het. Direct nadat hij ‘ja’ had gezegd – niemand anders kon of wilde – heeft Ritzen in het constituerende kabinetsberaad afstand genomen van het regeerakkoord, zo meldde althans Vrij Nederland vorige week. Zomaar even een half miljard weghalen bij het hoger onderwijs was absurd, vond Ritzen. En wat Kok had opgeschreven over de differentiatie van de opleidingen was, zacht gezegd, ook al weinig gelukkig.
Dat de vijfhonderd miljoen na zeer lastige discussies vooralsnog is geparkeerd , betekent volgens Ritzen dat hij er in is geslaagd om het kabinet duidelijk te maken dat er spanning bestaat tussen de doelstellingen – goed en toegankelijk hoger onderwijs – en het voornemen om te bezuinigen.
De eerste slag is gewonnen, maar meer ook niet. Het kabinet zal zeer kritisch toezien op de houding van het hoger onderwijs. Universiteiten en hogescholen zullen voortvarend en openhartig met staatssecretaris Nuis moeten gaan praten over differentiatie. Met elkaar moet worden aangetoond dat iedereen het beste voor heeft met het hoger onderwijs. Dan kan het gevaar mogelijk definitief worden bezworen, en in elk geval worden verminderd.
,,Het mes is van tafel, maar niet meegegeven aan de vuilnisman”, zoals Ritzen het vorige week zelf omschreef. Het mes is een zwaard van Damocles. De druk op de discussie over de stelselherziening blijft bestaan. En dat is nu net wat de instellingen zo irriteert. Wie zo’n omvangrijke operatie desondanks binnen korte tijd wil volbrengen, vraagt om moeilijkheden.
Wat dat betreft kwam de bezuiniging op de studiefinanciering Ritzen misschien niet eens zo slecht uit. Pas als een student even lang een beurs krijgt als zijn studie duurt, kan hij van zijn universiteit of hogeschool eisen dat het onderwijs optimaal is, luidt een bekende redenering van Ritzen. De instellingen moeten hun programma’s nu dus wel van alle drempels en weeffouten ontdoen. Of de instellingen net zo redeneren moet echter worden betwijfeld. Ondanks verwoede pogingen van Ritzen vertonen veel programma’s nog een lange rij mankementen.
De minister heeft het zichzelf bijzonder moeilijk gemaakt. Hij gaat een lastige tijd tegemoet. ,,Ik zie uit naar eenkabinetsperiode met veel moeilijke keuzes”, zei de immer optimistische Ritzen vorige week vrijdag. ,,En dat bedoel ik niet masochistisch.” Maar de ondertoon was duidelijk: ook bij hemzelf is de rek er ooit uit. (HOP/P.E.)
Comments are closed.