De studentenraad (sr) is tegen deelname van de TU Delft aan het experiment met een bindend studieadvies voor tweedejaars studenten. Collegelid Anka Mulder liet zich tijdens een sr-vergadering echter niet verleiden tot beloftes.
Universiteiten en hogescholen mogen vanaf september 2014 experimenteren met een bindend studieadvies (bsa) in het tweede studiejaar. Studenten die te weinig studiepunten halen, moeten hun opleiding alsnog staken.
Dit kwam in maart ook al even ter sprake bij een overleg van het college van bestuur met de studentenraad. Toen verwees Mulders voorganger Paul Rullmann naar een tweet van de TU: ‘Bij de #TUDelft voorlopig geen pilot #BSA na 2e/3e jaar. Eerst het effect van de huidige middelen meten (BSA na 1j & harde knip).’
De sr wilde vandaag expliciet van Mulder horen dat de TU volgend jaar niet meedoet aan zo’n experiment. De raad vindt het een negatieve prikkel die alleen maar het studierendement verhoogt en voorbij gaat aan het argument voor een bsa om studenten eerder op de juiste plek te hebben. Bovendien zouden studenten hierdoor minder naast hun studie gaan doen.
Mulder zei dat de TU zich nog niet heeft aangemeld voor het experiment, maar dat er binnen de universiteit wel directeuren onderwijs zijn die denken dat zo’n bsa gaat helpen. “Universiteiten die al langer een bsa hebben, zien studenten dippen in het tweede jaar”, zei ze. Ze wil eerst een discussie hierover met de directeuren onderwijs.
Ook wil zij kijken hoe het loopt met het verhoogde bsa van 45 studiepunten en het vernieuwde curriculum van de bacheloropleidingen. Ze gaf aan dat een hoger studierendement ook betekent dat meer studenten een diploma halen. “Sneller studeren is niet slecht. Nederlandse studenten doen langer over hun studie dan studenten in de meeste andere landen. Voor jullie kansen op de arbeidsmarkt is het beter als jullie eerder afstuderen.”
De sr wees er op dat er meer middelen zijn om een dip in het tweede jaar te voorkomen, zoals studiebegeleiding. Mulder zei daarop open te voor andere suggesties.
Overigens zegt interim directeur onderwijs en studentenzaken Nellie van de Griend desgevraagd dat er al serieus wordt gekeken naar alternatieven. Bijvoorbeeld een p-in-2, studiebegeleiding en betere monitoring van studenten. “We herkennen en erkennen dat er in het tweede en derde jaar iets moet gebeuren. Je wilt het onderwijs zo inrichten dat je studenten maximaal actief houdt. Wat daarvoor nodig is, daar zijn we nog niet over uit.”
Comments are closed.