Education

TU-student moet land verlaten door bijbaan

Een uit Marokko afkomstige student van de TU Delft moet van de Immigratie- en Naturalisatiedienst Nederland verlaten. Reden: hij heeft te veel uren gemaakt bij Ikea, waar hij een bijbaantje heeft.

Moncif Ghezza (28, vierdejaars student informatica) wist niet wat hem overkwam toen hij op 12 januari terugkwam van een bezoek aan Marokko. Op zijn deurmat in Delfgauw lag een brief van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), waarin hem werd medegedeeld dat hij Nederland vóór 10 februari diende te verlaten.

Twee weken later is hij nog altijd niet over de schok heen. Zittend op zijn bed vertelt hij dat hij wel wist van de regeling die zegt dat niet-EU-studenten niet meer dan tien uur per week mogen werken, maar dat de situatie hem ertoe had gedwongen dit toch te doen. Ghezza: “Ik ben nu acht jaar in Nederland. Ieder jaar kreeg ik een nieuw visum, maar de afgelopen jaren was die telkens een paar maanden te laat. In die maanden mocht ik niet werken en moest ik schulden maken.”

Die schulden zaten Ghezza niet lekker, vertelt hij. “Ik wilde ze afbetalen. Daarom besloot ik vorig jaar om meer te gaan werken. Ik denk dat ik per week gemiddeld iets minder dan vijftien uur heb gewerkt.”

Volgens IND-woordvoerder Arnoud Strijbis is het ‘onjuist dat betrokkene zijn visum al jaren te laat krijgt’. “Slechts eenmaal is in de voorgaande verlengingsprocedures de termijn overschreden; in de andere gevallen is tijdig beslist.”

Strijbis wil verder niet ingaan op Ghezza’s zaak. Hij wil alleen een algemeen verhaal vertellen. “Om te beoordelen hoeveel iemand werkt, wil de IND salarisspecificaties over een representatieve periode bekijken. Een periode van zes tot twaalf maanden geeft een goed beeld. Als blijkt dat betrokkene gemiddeld meer dan tien uur per week heeft gewerkt, is dat een reden voor intrekking of niet verlengen van de verblijfsvergunning.”

Het teveel aan uren is voor de IND niet de enige reden om Ghezza geen verblijfsvergunning meer te geven. Hij zou een paar maanden hebben gewerkt terwijl hij geen tewerkstellingsvergunning had, iets dat de student met zijn loonstrookjes gemakkelijk kan weerleggen. De student zou ook onrechtmatig huursubsidie en zorgtoeslag hebben ontvangen.

Ghezza snapt niet hoe hij van de ene instantie toeslagen kan krijgen, terwijl dat van de andere niet blijkt te mogen. Net zoals hij niet begrijpt dat de belastingdienst zonder klagen belasting inhoudt op het loon dat hij met te veel werken heeft verdiend. “Het rare is dat er niets aan de hand zou zijn als ik zwart had gewerkt. Maar dat wil ik niet doen. Het is toch niet verkeerd om te werken? EU-studenten mogen in Nederland wel meer dan tien uur per week werken, maar ik heb er toch niet voor gekozen om in Marokko geboren te worden?”

Ghezza’s advocaat mr. Julien Luscuere werkt aan een bezwaarschrift. Het is voor hem geen nieuwe materie. “Internationale studenten op lerarenopleidingen lopen wel vaker tegen de regels aan. Zij moeten voor hun studie voor de klas staan, maar mogen dus maar weinig worden ingezet. Daar wordt nog wel eens mee gesjoemeld”, weet hij. Daar kan hij in Ghezza’s zaak misschien gebruik van maken. “Ik heb het idee dat de IND in het ene geval wel een oogje dichtknijpt en in het andere niet.”

Luscuere denkt dat de bezwaarprocedure van Ghezza zes tot twaalf maanden zal duren. In de tussentijd mag hij in Nederland blijven en doorstuderen. Het land verlaten kan hij niet, werken mag hij niet. “Gelukkig is die tien uur werk per week niet bedoeld om in het levensonderhoud te voorzien. Het is van bijkomende aard. Niet-EU-studenten moeten hun studie op een andere manier, meestal met geld van hun ouders financieren. Daardoor loopt Ghezza nu alleen een extraatje mis en kan hij voorlopig doorgaan met zijn studie.”

Ghezza zelf ziet het allemaal wat minder rooskleurig. “Ik ben 28 en wil niet meer dat mijn ouders alles betalen. Ik heb ook broers en zusjes die willen studeren. En ik vind het erg moeilijk om door te gaan terwijl het heel onzeker is of ik mijn studie kan afmaken. Ik slaap slecht.”

De student wil er nog niet aan denken wat er zal gebeuren als hij terug moet naar Marokko. “Er is daar zo weinig werk, dat je voor eenvoudige banen al diploma’s nodig hebt. Ik heb straks niks.”

Een vriend van Ghezza heeft zijn zaak aangekaart bij de Tweede Kamerfracties van GroenLinks en de PvdA. Zeker de eerste is van plan schriftelijke vragen te stellen aan de minister. GroenLinks-fractiemedewerker Peter van Dijk vindt het ‘volstrekt belachelijk dat Ghezza zo wordt afgerekend’. “Het gaat om vijf uur werk per week meer. Ik zie niet hoe het Nederlandse belang daardoor wordt aangetast.”

Angelina van Kampen, fractiemedewerkster van de PvdA is voorzichtiger: “Als het inderdaad algemene regelgeving is waaraan deze student niet voldoet, dan moet je een hele beleidswijziging doorvoeren voor één geval. Ik weet niet of dat zal gebeuren.”

Moncif Ghezza (28, vierdejaars student informatica) wist niet wat hem overkwam toen hij op 12 januari terugkwam van een bezoek aan Marokko. Op zijn deurmat in Delfgauw lag een brief van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), waarin hem werd medegedeeld dat hij Nederland vóór 10 februari diende te verlaten.

Twee weken later is hij nog altijd niet over de schok heen. Zittend op zijn bed vertelt hij dat hij wel wist van de regeling die zegt dat niet-EU-studenten niet meer dan tien uur per week mogen werken, maar dat de situatie hem ertoe had gedwongen dit toch te doen. Ghezza: “Ik ben nu acht jaar in Nederland. Ieder jaar kreeg ik een nieuw visum, maar de afgelopen jaren was die telkens een paar maanden te laat. In die maanden mocht ik niet werken en moest ik schulden maken.”

Die schulden zaten Ghezza niet lekker, vertelt hij. “Ik wilde ze afbetalen. Daarom besloot ik vorig jaar om meer te gaan werken. Ik denk dat ik per week gemiddeld iets minder dan vijftien uur heb gewerkt.”

Volgens IND-woordvoerder Arnoud Strijbis is het ‘onjuist dat betrokkene zijn visum al jaren te laat krijgt’. “Slechts eenmaal is in de voorgaande verlengingsprocedures de termijn overschreden; in de andere gevallen is tijdig beslist.”

Strijbis wil verder niet ingaan op Ghezza’s zaak. Hij wil alleen een algemeen verhaal vertellen. “Om te beoordelen hoeveel iemand werkt, wil de IND salarisspecificaties over een representatieve periode bekijken. Een periode van zes tot twaalf maanden geeft een goed beeld. Als blijkt dat betrokkene gemiddeld meer dan tien uur per week heeft gewerkt, is dat een reden voor intrekking of niet verlengen van de verblijfsvergunning.”

Het teveel aan uren is voor de IND niet de enige reden om Ghezza geen verblijfsvergunning meer te geven. Hij zou een paar maanden hebben gewerkt terwijl hij geen tewerkstellingsvergunning had, iets dat de student met zijn loonstrookjes gemakkelijk kan weerleggen. De student zou ook onrechtmatig huursubsidie en zorgtoeslag hebben ontvangen.

Ghezza snapt niet hoe hij van de ene instantie toeslagen kan krijgen, terwijl dat van de andere niet blijkt te mogen. Net zoals hij niet begrijpt dat de belastingdienst zonder klagen belasting inhoudt op het loon dat hij met te veel werken heeft verdiend. “Het rare is dat er niets aan de hand zou zijn als ik zwart had gewerkt. Maar dat wil ik niet doen. Het is toch niet verkeerd om te werken? EU-studenten mogen in Nederland wel meer dan tien uur per week werken, maar ik heb er toch niet voor gekozen om in Marokko geboren te worden?”

Ghezza’s advocaat mr. Julien Luscuere werkt aan een bezwaarschrift. Het is voor hem geen nieuwe materie. “Internationale studenten op lerarenopleidingen lopen wel vaker tegen de regels aan. Zij moeten voor hun studie voor de klas staan, maar mogen dus maar weinig worden ingezet. Daar wordt nog wel eens mee gesjoemeld”, weet hij. Daar kan hij in Ghezza’s zaak misschien gebruik van maken. “Ik heb het idee dat de IND in het ene geval wel een oogje dichtknijpt en in het andere niet.”

Luscuere denkt dat de bezwaarprocedure van Ghezza zes tot twaalf maanden zal duren. In de tussentijd mag hij in Nederland blijven en doorstuderen. Het land verlaten kan hij niet, werken mag hij niet. “Gelukkig is die tien uur werk per week niet bedoeld om in het levensonderhoud te voorzien. Het is van bijkomende aard. Niet-EU-studenten moeten hun studie op een andere manier, meestal met geld van hun ouders financieren. Daardoor loopt Ghezza nu alleen een extraatje mis en kan hij voorlopig doorgaan met zijn studie.”

Ghezza zelf ziet het allemaal wat minder rooskleurig. “Ik ben 28 en wil niet meer dat mijn ouders alles betalen. Ik heb ook broers en zusjes die willen studeren. En ik vind het erg moeilijk om door te gaan terwijl het heel onzeker is of ik mijn studie kan afmaken. Ik slaap slecht.”

De student wil er nog niet aan denken wat er zal gebeuren als hij terug moet naar Marokko. “Er is daar zo weinig werk, dat je voor eenvoudige banen al diploma’s nodig hebt. Ik heb straks niks.”

Een vriend van Ghezza heeft zijn zaak aangekaart bij de Tweede Kamerfracties van GroenLinks en de PvdA. Zeker de eerste is van plan schriftelijke vragen te stellen aan de minister. GroenLinks-fractiemedewerker Peter van Dijk vindt het ‘volstrekt belachelijk dat Ghezza zo wordt afgerekend’. “Het gaat om vijf uur werk per week meer. Ik zie niet hoe het Nederlandse belang daardoor wordt aangetast.”

Angelina van Kampen, fractiemedewerkster van de PvdA is voorzichtiger: “Als het inderdaad algemene regelgeving is waaraan deze student niet voldoet, dan moet je een hele beleidswijziging doorvoeren voor één geval. Ik weet niet of dat zal gebeuren.”

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.