Education

TU opent vestiging in Brazilië

Prins Willem-Alexander heeft vandaag de Braziliaanse vestiging van de TU Delft geopend. De opening volgt op jarenlang gezamenlijk onderzoek naar duurzame biobrandstof en -materialen.


‘TU Delft Brazil & BE-Basic Brazil’ is officieel een vestiging van de TU en BE-Basic, een consortium van bedrijven, universiteiten en onderzoeksinstituten op het gebied van biobased economy, dat gecoördineerd wordt door de TU. 



De vestiging wordt ondergebracht bij de universiteit van Campinas, Unicamp. Wellicht komt er in de toekomst een eigen pand met eigen onderzoeksfaciliteiten, maar volgens hoogleraar biotechnologie en maatschappij Patricia Osseweijer wordt de vestiging voorzichtig opgebouwd. “We kunnen voor nu heel goed gebruik maken van de labs van Unicamp.”


Prins Willem-Alexander onthulde bij de opening een marmeren plaat, niet in Campinas, maar in São Paulo. De prins is in Brazilië met een Nederlandse handelsdelegatie.



De Delftse vestiging in Campinas start de komende jaren met een aantal promovendi en PDEngs, die een verkort promotietraject volgen. Volgens Osseweijer zijn het Delftse onderzoek en dat van de universiteit van Campinas complementair, zoals de kennis over het opwerken van suikers naar chemicaliën. “Zo kunnen we samenwerken aan het ontwikkelen van duurzaam geproduceerde biomassa.”


In Brazilië is geld voor onderzoek naar het verduurzamen van bio-ethanol, er zijn grondstoffen voorhanden en, niet onbelangrijk, er zijn studenten die biotechnologie willen studeren, vertelt Osseweijer. “Qua onderwijs is daar en hier behoefte aan goed opgeleide mensen. Samen met Campinas kunnen we modules voor afstandsonderwijs samenstellen.”


De Braziliaanse interesse in bio-ethanol gaat terug naar de oliecrisis van 1973, toen het land droog kwam te staan. Osseweijer vertelt dat bio-ethanol inmiddels voorziet in vijftig procent van de brandstofbehoefte in het land. “Iedere auto is daar flex fuel.”


Dat is heel anders dan in Europa. Osseweijer: “De Europese ambitie was tien procent bio-ethanol bijmengen in benzine. Maar nu zijn er alweer plannen om dat percentage te verlagen. Men is bang dat bio-ethanol niet duurzaam genoeg gemaakt of ingevoerd kan worden. Voor de eerste generatie bio-ethanol snap ik de kritiek. Die kan inderdaad concurreren met de voedselproductie. Daarom werken wij juist aan de tweede generatie, op basis van landbouwafval van de suikerrietplantages. De kennis die wij hiermee opdoen in Brazilië is heel relevant voor de rest van de wereld.”


De Delftse dependance in Campinas is de vijfde over de grens. De andere vier staan allemaal in China.

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.